Anatomie en fysiologie, met MyLab NL toegangscode 6e editie
Tentamen vragen voor de toets: biomedisch kennisbasis toets over de leerdoelen / toetsmatrijs. Studiejaar - Inholland Amsterdam - HBOV
Er staan 32 tentamenvragen in die op de toets kwamen van studiejaar . En er staan 37 tentamenvragen uit eerdere toetsen.
Goed beeld wat je kan verwachten v...
Lecture 4 -- Human Development -- Endocrine System
Lecture 3 -- Human Development -- Female reproductive System
Lecture 2 -- Human Development -- Male reproductive System
All for this textbook (3)
Written for
Hogeschool InHolland (InHolland)
HBO verpleegkunde
Biomedische kennis (BIOMEDISCHE)
All documents for this subject (170)
11
reviews
By: demyelfring • 1 year ago
By: Fleurvdbergxxx • 1 year ago
❤️
By: jadehavo • 11 months ago
By: Fleurvdbergxxx • 11 months ago
❤️
By: mhphoekstra • 1 year ago
By: mhphoekstra • 1 year ago
By: veronica_litra • 2 year ago
By: faywesselse • 2 year ago
By: fabienne03 • 2 year ago
Show more reviews
Seller
Follow
Fleurvdbergxxx
Reviews received
Content preview
TENTAMEN HET HART & HET BLOEDVATENSTELSEL
BIOMEDISCH KENNISBASIS TOETS
02 NOVEMBER 2020
De tweede harttoon doet zich voor als:
A: de semilunaire-kleppen open gaan
B: de AV-kleppen sluiten
C: de semilunaire-kleppen sluiten.
De eerste zachte harttoon klinkt als de atrioventriculaire kleppen….. en de semilunaire kleppen…..
A: open gaan; dicht gaan
B: dicht gaan; open gaan
C: open gaan; open gaan
De volgende gebeurtenissen spelen zich af tijdens de hartcyclus;
1: de ventriculaire druk stijgt en wordt groter dan die in de arteriën.
2: de ventrikels vullen zich passief
3: de atriale relaxatie begint
4: de atriale contractie dwingt een kleine additionele hoeveelheid bloed de ventrikels in.
5: de druk in de ventrikels daalt en bloed stroomt terug tegen de slippen van de semilunair kleppen waardoor ze
moeten sluiten.
6: de ventriculaire contractie drukt de AV-kleppen dicht.
Kies de juiste volgorde voor deze gebeurtenissen:
A: 2,4,3,6,1,5
B: 3,6,1,5,4,2
C: 4,3,6,1,5,2
Alfa en beta globuline in het plasma zijn onder andere verantwoordelijk voor:
A: humorale afweer
B: transport van lipofiele stoffen
C: transport van hydrofiele stoffen
Een volwassen rode bloedcel is
A: biconcaaf
B: bevat een cel kern
C: wordt reticulocyt genoemd
Volgens het Frank-Starling mechanisme resulteert een krachtigere contractie in een
A: afgenomen slagvolume
B: toegenomen slagvolume
C: ongewijzigd slagvolume
De hoeveelheid bloed die naar het rechteratrium wordt vervoerd is:
A: de cardiac output
B: de veneuze return
C: het slagvolume
, Als de bloeddruk of zuurstofconcentratie daalt, regelen de hartcentra:
A: een afname van de activiteit van de sympathische motorische neuronen
B: een toename van de activiteit van parasympatische motorische neuronen
C: een toename van de cardiac output
De vaten die uitwisseling van materiaal tussen het bloed en de weefsels mogelijk maken zijn:
A: capillairen
B: arteriolen
C: venen
Welke bloedvaten zijn in staat de drukveranderingen op te vangen die optreden tijdens de hartcyclus:
A: elastische arteriën
B: arteriolen
C: musculaire arteriën
……. Heeft betrekking op de factoren die de doorbloeding in het gehele vasculaire stelsel tegengaan.
A: turbulentie
B: vasculaire weerstand
C: totale perifere weerstand
Wat heeft het grootste effect op de doorbloeding van de weefsels:
A: de afstand van de diffusie over de vaatwanden
B: de perifere weerstand
C: vaatlengte
Baroreceptoren die de functie hebben een adequate doorbloeding van de hersenen te handhaven zijn
gelokaliseerd in:
A: de sinus caroticus
B: de linkerventrikel
C: de glomus aorticum
Pijn of een drukkend gevoel op de borst als gevolg van een ischemie heet ook wel
A: palpitaties
B: angina pectoris
C: myocardinfarct
Ischemie van de hartspier wordt veroorzaakt door vernauwingen in de
A: coronaire
B: de aorta
C: de sinus coronarius
Lipoproteïnen vervoeren cholesterol in de bloedbaan. Welke van de onderstaande lipoproteïnen wordt ook wel
slecht cholesterol genoemd
A: HDL- cholesterol
B: LDL- cholesterol
C: VHDL- cholesterol
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Fleurvdbergxxx. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.35. You're not tied to anything after your purchase.
