Zeer goede en complete samenvatting van cursus en lesnotities en oefeningen.
Ik had hiervoor geen voorkennis en met het studeren van deze samenvatting behaalde ik een 17/20!
De samenvatting is heel logisch en overzichtelijk opgebouwd en geeft extra uitleg over moeilijke begrippen of oefening voorb...
Financiëlë inzichtën ën budgëttërën
Hoofdstuk 1: de jaarrekening
1.1 De jaarrekening
• Wettelijk document met info over de financiële situatie van bedrijf (laatste 2 jaren),
• Omvat balans, resultatenrekening en toelichting,
• Verschillend van jaarverslag* (ontwikkeling bedrijf, risico’s, bedrijfsstrategie, …).
• Verkort of volledig schema**
• Volledig: omzet (70) en Hg, Hs en Gs (60) en D&DG (61)
• Verkort: alleen brutomarge (70 min (60+61))
• Verplichting om jaarrekening neer te leggen bij NBB***
1.2 Overzicht van de jaarrekening
De jaarrekening bestaat uit 3 delen:
• De balans
o Geeft het vermogen (vb. alle bezittingen) van de onderneming weer op een bepaald
tijdstip (vb. 31 december)
• De resultatenrekening
o Geeft het overzicht weer van alle opbrengsten en kosten van een onderneming
gedurende het voorbije jaar (en dus het resultaat).
• De toelichting (inclusief sociale balans)
o Achtergrondinformatie
1.2.1 De balans
, • Momentopname
• Geen 1-tot-1 relatie tussen actief- en passiefposten
• Ordening
o Activa: volgens (omgekeerde) graad van liquiditeit of beschikbaarheid
Vb. vaste activa = weinig liquide
▪ Vaste activa: gebouwen, machines
▪ Vlottende activa: geld, liquide middelen
o Passiva: volgens (omgekeerde) graad van opeisbaarheid
Vb. ingebracht kapitaal: niet opeisbaar door derden
▪ Eigen vermogen: bedrag dat je zelf inbrengt in het bedrijf
▪ Vreemd vermogen: schulden aan de bank, veel sneller opeisbaar
1.2.2 De resultatenrekening
= resultaat van de activiteit van de onderneming
Opbrengsten – kosten = resultaat
Bedrijfsresultaten = bedrijfsopbrengsten – bedrijfskosten
Hebben te maken met eigenlijke bedrijfsactiviteit, bijvoorbeeld:
• BO: omzet = opbrengsten uit verkoop goederen, levering diensten
• BK: aankoop van grondstoffen, handelsgoederen, diensten en diverse
goederen, personeelskosten, afschrijvingen, …
II. Immateriële vaste activa
• Kosten van onderzoek en ontwikkeling: R&D vb. ontwikkeling prototype
• Octrooien (patenten), licenties, concessies (soort vergunning)
• Software
III. Materiële vaste activa
• Terreinen en gebouwen (22)
• Installaties, machines en uitrusting (vb. computer, kopieertoestel)(23)
• Meubilair en rollend materieel (vb. wagens, heftruck)(24)
IV. Financiële vaste activa
• Deelnemingen in verbonden ondernemingen (controle >50%) vb.
moederonderneming/dochteronderneming
• Deelnemingen in onderneming waarmee een deelnemingsverhouding bestaat (min. 10%)
• Vorderingen op VO en ODV
, 1.3.1.2 De vlottende activa
• Aankoop
o De meeste bedrijven kopen grondstoffen en/of handelsgoederen aan. Een dergelijke
aankoop moet natuurlijk betaald worden en dit gebeurt met liquide middelen.
• Voorraad
o De aangekochte voorraden blijven een bepaalde periode in het bedrijf aanwezig.
• Productie
o Productiebedrijven kopen grond- en hulpstoffen aan om die te verwerken tot gereed
product.
• Verkoop/dienstverlening
o Bedrijven verkopen handelsgoederen, diensten en/of een gereed product (indien het
gaat over een productiebedrijf).
V. Vorderingen >1jaar
=tegoeden de onderneming pas na meer dan één jaar kan innen. = geld dat je te goed hebt
VI. voorraden en bestellingen in uitvoering
• Grond- en hulpstoffen
o Grondstoffen = goederen die worden aangekocht om te gebruiken in het
productieproces
o Hulpstoffen = hulpstoffen hebben slechts een bijkomstige rol in het productieproces
▪ Vb. gebruik van verf bij productie van Smartphone
• Goederen in bewerking, gereed product
o Goederen in bewerking = goederen of producten die nog maar gedeeltelijk zijn
afgewerkt
▪ Vb. een ruw afgewerkte smartphone
o Gereed product = een zelf geproduceerd goed dat volledig afgewerkt is en klaar is
om te verkopen
▪ Vb. volledige afgewerkte en verpakte smartphone
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller vincentvanlaenen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.72. You're not tied to anything after your purchase.