100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Algemene economie $4.28
Add to cart

Summary

Samenvatting Algemene economie

2 reviews
 317 views  14 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting van 42 pagina's voor het vak Algemene economie aan de Hanze

Preview 3 out of 42  pages

  • May 24, 2014
  • 42
  • 2013/2014
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: JeffreyB • 9 year ago

review-writer-avatar

By: jasha • 10 year ago

avatar-seller
Samenvatting algemene economie hoofdstuk 17 tot 27
Hoofdstuk 17. Aanbod van geld
Geld is een algemeen aanvaard ruilmiddel waarmee mensen kunnen betalen. Geld is een:

 Ruilmiddel
 Oppotmiddel
 Rekeneenheid
 Betaalmiddel

Geld als ruilmiddel
Het gebruik van geld als ruilmiddel heeft twee grote voordelen. De ruil kan worden opgesplitst in
twee delen en deze twee transacties hoeven niet op hetzelfde moment plaats te vinden.

Het opsplitsen van de ruil in twee delen heeft ook tot gevolg dat er een tijdsverschil tussen verkoop
van het ene goed en koop van het andere goed kan liggen.

Met geld kan iemand in principe alles kopen, wanneer en bij wie hij maar wil. Vandaag dat we geld
ook wel ongedifferentieerde koopkracht noemen. Vanwege deze eigenschap gebruiken we voor geld
ook wel de term liquide middelen.

Een hoge inflatie tast de ruilmiddelfunctie van het geld aan, omdat het de splitsing van de ruil in twee
delen moeilijker maakt. Door een hoge inflatie neemt de koopkracht van het geld snel af. Dit
betekent dat er eigenlijk geen tijdsverschil tussen de verkoop van het ene goed en de aankoop van
het andere goed kan liggen.

Soms leidt een zeer hoge inflatie (hyperinflatie) in een land er zelfs toe dat verkopers alleen nog
maar goederen of vreemde valuta in ruil voor producten willen ontvangen.

Geld als rekeneenheid
Naast ruilmiddel is geld ook de maatstaaf waarin mensen de waarde van goederen en diensten
uitdrukken.

Geld kan zijn functie als rekeneenheid moeilijk uitoefenen bij een hoge inflatie. In landen met een
hoge inflatie geven prijzen maar kort een goed beeld van de werkelijke waarde van goederen. Geld
heeft in een situatie van een hyperinflatie nauwelijks meer betekenis heeft als rekeneenheid of
waarde maatstaaf.

Geld als oppotmiddel
Een derde functie van geld is die van oppotmiddel. Door te sparen, bouwen huishoudens in de loop
van de tijd een vermogen op. Ze kunnen hun vermogen aanhouden in de vorm van onroerend goed,
aandelen, obligaties, spaarrekeningen, maar ook in de vorm van liquide middelen (munten,
bankbiljetten of een betaalrekening bij een bank. Geld dat mensen als onderdeel van het vermogen
aanhouden, noemen we opgepot geld.

,In een land met een hoge inflatie verliest geld zijn functie als oppotmiddel. Mensen met kasgeld
zullen daarom hun liquide middelen moeten beleggen in bijvoorbeeld onroerend goed, goud of
vreemde valuta’s.

Functie Kenmerk Gevolg van hoge inflatie
Ruilmiddel Ongedifferentieerde Geen tijdsverschil meer
koopkracht (splits de mogelijk tussen verkoop en
goederenruil op in 2 delen) aankoop (uiteindelijk terug naar
goederenruil)
Andere valuta neemt
ruilmiddelfunctie over

Rekeneenheid Eenduidige waardemaatstaaf Prijzen geven slechts voor een
voor goederen (vermindert het korte termijn de werkelijke
aantal prijzen in een economie) waarde van goederen weer

Oppotmiddel Vermogensbestanddeel Kasgeld als
vermogensbestanddeel
vermindert snel in koopkracht.


*Functies van geld en de gevolgen van een hoge inflatie

Chartaal geld zijn muntjes en briefgeld.

Giraal geld zijn rekening couranten goederen. (transacties etc.)

 Intrinsieke waarde is de materiaal waarde
 Nominale waarde is de waarde wat er op staat

De waarde van geld is puur gebaseerd op vertrouwen.

Gevolgen van een hoge inflatie:

1. Geld omzetten in goederen  vraag naar goederen omhoog

Of

2. Geld omzetten in vreemde valuta  wisselkoers eigen valuta daalt  importprijzen eigen
valuta omhoog


Deflatie de waarde van je geld neemt toe.
- De waarde van je schuld gaat ook omhoog

Banken worden begrensd door de liquiditeits- en solvabiliteitseisen.
- Wederzijdse schuldaanvaarding

, Op dit moment is de uitgifte van bankbiljetten een monopolie van de centrale bank. In de moderne
geldeconomieën houden mensen het grootste deel van hun geld aan in de vorm van een direct
opeisbaar tegoed bij een bank (giraal geld).

Giraal geld en de rol van banken
Rente is de beloning voor het afstaan van liquide middelen die de geldlener (debiteur) moet betalen
aan de geldverstrekker (crediteur).

Een bankier kan naast geld uitlenen in de vorm van bankbiljetten ook geld uitlenen in de vorm van
een giraal tegoed. De lener ontvangt zijn lening in de vorm van een direct opeisbare vordering op de
bankier.

Een direct opeisbaar tegoed wordt ook wel een rekening courant tegoed genoemd.

Als een bank een direct opeisbare schuld aan de lener aanvaardt en de lener een schuld op termijn
aan de bank, noemen we deze vorm van geldschepping wederzijdse schuldaanvaarding.

Geldhoeveelheid en binnenlandse liquiditeitenmassa
We hebben drie geldsoorten behandeld waarmee mensen kunnen betalen. Deze drie geldsoorten
samen noemen we primaire liquiditeiten, te weten:

1. Munten die de overheid in omloop brengt
2. Bankbiljetten die de centrale bank in omloop brengt
3. Giraal geld dat de banken in omloop brengen

De munten en bankbiljetten samen noemen we chartaal geld. Chartaal geld is het tastbare of
stoffelijke deel van de geldhoeveelheid.

De Europese Centrale Bank (ECB) meet de hoeveelheid geld in de eurozone door de balansen van de
monetaire financiële instellingen (MFI) te analyseren. De MFI zijn de financiële instellingen die de
geld uitgevende sector van het eurogebied vormen, te weten de ECB en de geldscheppende banken.

De optelsom van verschillende geldsoorten noemen we monetaire aggregaten.


M1 (primaire liquiditeitenmassa)

 Munten in handen van het publiek +
 Bankbiljetten in handen van het publiek +
 Giraal geld

M3 ((secundair) binnenlandse liquiditeitenmassa) binnen 2 jaar om te zetten in M1

 M1 +
 Korte spaargeld +
 Korte termijndeposito

Kort spaargeld + korte termijndeposito’s = secundaire liquiditeitenmassa

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Nielshaverkort10. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.28. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53068 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.28  14x  sold
  • (2)
Add to cart
Added