Eenmanszaak: de eigenaar kan als werkgever met werknemers een
arbeidsovereenkomst sluiten. De ondernemers hebben met de gewone
regels van het privaatrecht te maken. De eigenaar = de onderneming.
Hele vermogen is verhaalsobject.
Rechtsvormen:
- Met rechtspersoonlijkheid:
o Vereniging (waaronder de informele)
o Coöperatie
o Onderling waarborgmaatschappij (owm)
o NV
o BV
o Stichting
- Zonder rechtspersoonlijkheid:
o Eenmanszaak
o Maatschap
o Vennootschap onder firma
o Commanditaire vennootschap
Vereniging en stichting:
- Bedoeld om niet commerciële activiteiten te verrichten
- Worden opgericht voor een bepaald doel
- Winst is niet bedoeld ten goede van de oprichters of bestuurders
- Vereniging: open, in beginsel democratisch karakter heeft, waarin de
leden veel zeggenschap (kunnen) hebben)
- Stichting: rechtspersoon zonder leden en daardoor zal het toezicht
op het bestuur anders georganiseerd moeten worden
Coöperatie en owm:
- Bouwen voort op de rechtsregels van de vereniging
- Owm: houdt zich bezig met verzekeringen ten behoeve van leden
- Coöperatie: met alle overige vormen van bedrijfsvoering
- Beide zijn geschikt om een onderneming in te drijven
- Leden hebben zeggenschap en recht op de winst
Nv en Bv:
- Hebben met de coöperatie en de owm gemeen dat er een
onderneming mee wordt gedreven waarvan de winst mag worden
uitgekeerd
- Geen leden maar aandeelhouders
- Aandeelhouders hebben recht op winst en zeggenschap
- De wet biedt een bv echter veel meer flexibiliteit bij het inrichten
van de rechtspersoon in vergelijking met een nv
,Maatschap, vof en cv:
- Primaire samenwerkingsovereenkomsten tussen vennoten (de
personen achter de onderneming) die gezamenlijk hetzelfde doel
nastreven. Ze worden daarom ook wel personenvennootschappen
genoemd
- Maatschap: beroep van de vennoten centraal
- Vof/cv: bedrijf zelf meer van belang
- Cv: kenmerkt zich doordat er naast gewone (beherende) vennoten
een of meer geldschieters (commanditaire vennoten) zijn die zich
niet met het dagelijks bestuur bezighouden. Commanditaire
vennoten zijn niet persoonlijk aansprakelijk voor de
ondernemingsschulden
De keuze van een rechtsvorm die voor een organisatie wordt
gemaakt, wordt in hoofdlijnen door de antwoorden op de
volgende vragen bepaald:
1. Kan deze rechtsvorm door een persoon worden opgericht
2. Mag de winst worden uitgekeerd aan de ondernemer achter de
ondernemingsvorm?
3. Zijn de functionarissen (bestuurders, leden of aandeelhouders)
aansprakelijk voor schulden van de organisatie?
4. Wordt de winst bij de rechtsvorm zelf belast met winstbelasting?
A: B: C: D:
door winstuitkeri aansprakelijk belastingplic
een ng e htig over de
persoo toegestaan? functionariss winst?
n op en?
te
richte
n?
Eenmansza X X X X
ak
Vereniging In beginsel niet
Coöperatie X X
Owm X X
Nv X X X
Bv X X X
Stichting X In beginsel niet
Maatschap X X
Vof X X
Cv X X
Hoofdstuk 1: Rechtspersonen, algemene thema’s
Paragraaf 1.2
Natuurlijk persoon: drager van rechten en plichten
, - Onderneming wil beginnen zal dat tot gevolg hebben dat hij
gebonden is aan iedere overeenkomst die ten behoeve van de
onderneming wordt gesloten
- Vermogen van een onderneming zal deel uitmaken van het
vermogen van de natuurlijk persoon/ondernemer: hiertussen bestaat
geen scheidslijn
Rechtspersoon: wordt voor onbepaalde tijd opgericht 2:17 BW
- Regels van het functioneren ervan: boek 2 BW
- Rechtspersoon = rechtssubject 2:5 BW
- Alle wettelijke regels die op een natuurlijk persoon van toepassing
zijn ook op een rechtspersoon van toepassing
- Kan functioneren door middel van zogeheten organen:
o Vereniging, coöperatie en owm: hebben we te maken met
leden
o Nv/bv: aandeelhouders
- Orgaan: persoon of groep personen die bijdragen of uitvoering
geven aan het handelen van een rechtspersoon
- Rechtspersoon, via zijn organen, in het belang van het doel handelt
Hiervoor zullen er rechtshandelingen worden verricht.
Organen van een rechtspersoon:
- Algemene vergadering (leden of aandeelhouders)
- Bestuurder/bestuur
- Raad van commissarissen
o Houden toezicht op bestuur en om deze bij belangrijke
beslissingen te adviseren
- + 50 personen werkzaam Ondernemingsraad
o Komt op voor belangen van deze mensen
Artikel 2:8 BW Kan worden gezien een algemeen beginsel van behoorlijk
ondernemingsbestuur = kern van het rechtspersonenrecht.
Paragraaf 1.3
Organieke bestuursrechtelijke wetten: staat de bevoegdheid om
namens de publiekrechtelijke rechtspersoon privaatrechtelijk
rechtshandelingen te verrichten. De organieke wet bepaalt zodoende wie
(welk bestuursorgaan) bevoegd is om het overheidslichaam
privaatrechtelijk te vertegenwoordigen.
De openbare lichamen die in de Grondwet worden genoemd hebben op
grond van artikel 2:1 lid 1 BW rechtspersoonlijkheid.
De regels van Boek 2 van het BW zijn op deze publiekrechtelijke
rechtspersonen niet van toepassing, behalve artikel 2:5 BW. Hoe een
publiekrechtelijke rechtspersoon handelt, daarover gaan de organieke
wetten.
Paragraaf 1.4
, Oprichting rechtspersoon is een rechtshandeling.
- Vereniging/coöperatie/owm: vereist de wet dat twee of meer
personen hun wil verklaren die gericht is op het rechtsgevolg,
namelijk het ontstaan van de rechtspersoon
- Nv/bv: dat het een instituut is dat weliswaar rechtsbetrekkingen
heeft met diverse betrokken personen, maar dat de inhoud van die
rechtsbetrekking geen overeenkomst is
De wet vereist dat de oprichtingshandeling in een bepaalde vorm
geschiedt
- Rechtspersoon wordt bij notariële akte opgericht
o Vereniging 2:27 BW
o Coöperatie/owm 2:54 BW
o NV 2:64 BW
o BV 2:175 BW
o Stichting 2:286 BW
- Het ondertekenen door comparanten en de notaris wordt passeren
genoemd: op dat moment is de rechtspersoon rechtsgeldig
opgericht
De eisen die de wet aan de inhoud van de notariële
oprichtingsakte stelt voor de betreffende rechtspersonen, staan
in de wet:
- Vereniging 2:27 BW
- Coöperatie en owm 2:53a BW jo 2:27/2:54 BW
- NV 2:65-2:66 BW
- BV 2:176-2:177 BW
- Stichting 2:286-2:287 BW
Oprichtingsakte kent de volgende indeling
1. De verklaring van de comparant(en) (of oprichten die hem volmacht
heeft gegeven) een rechtspersoon te willen oprichten
2. De eerste statuten van de rechtspersoon
a. Naam van de rechtspersoon
b. Doelformulering
c. Zetel van de rechtspersoon is de woonplaats die van belang is
om de relatief competente rechter te kunnen bepalen als de
rechtspersoon gedaagde is in een geding
3. Vermelding van de namen van de eerste bestuurders (en eventueel
commissarissen), eerste aandeelhouders en de overeenkomst tot
storting op aandelen (dit laatste geldt alleen voor de Nv en Bv)
Systeemvereisten
a. Nv: 2:93 lid 4, 2:94a-2:95, 2:132 lid 1 en 2:142 lid 1 BW
b. Bv: 2:203 lid 4, 2:204-2:205, 2:242 lid 1 en 2:252 lid 1 BW
c. Vereniging, coöperatie en owm: 2:19 lid 1 onder d BW: de
rechtspersoon wordt ontbonden door het geheel ontbreken
van leden
4. Ondertekening door comparant(en) en notaris
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller frederiquezaat. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.49. You're not tied to anything after your purchase.