Hoofdstuk 1:
Basisbegrippen en communicatietheorie
1.2 Sportmanagers in actie
Mintzberg (2009) heeft de verschillende activiteiten die managers vervullen in een model weergeven.
Er worden drie vlakken onderscheiden die als schijven boven elkaar liggen:
- Information plane:
o Hierbinnen gaat het om het managen van informatie;
o Via verbale, schriftelijke of digitale informatie communiceer je met medewerkers of
externen en probeer je indirect mensen te beïnvloeden;
- People plane:
o Hierbinnen gaat het om mensen rechtstreeks managen;
o Mensen aansturen, motiveren of ondersteunen;
o Je moedigt individuen aan, werkt aan teambuilding of legt op het mensvlak relaties
aan met derden;
- Action plane:
o Hierbinnen ben je als manager concreet bezig met het managen via actie;
o Dat kan betrekking hebben op het oplossen van dagelijkse problemen, het leiden van
projecten of het onderhandelen met externe partijen;
HET KENNISNETWERK VAN SPORTMANAGEMENTPROFESSIONALS
Managementgedrag wordt doeltreffender als het gebaseerd is op situationele kennis die in de
managamentpraktijk eigen gemaakt is. Professionele kennis is ‘practice-based’ en nauwelijks
geabstraheerd van de specifieke context (in plaats van het originele ‘evidence-based’).
De focus van praktijkprofessionals is gericht op ‘weten hoe te handelen’. Hooguit op de achtergrond
spelen algemene managementconcepten en objectief verkregen regelmaatkennis een (bescheiden)
rol. Er zit een enorme kloof tussen op algemeen geldige kennis gebaseerd “weten wat er aan de hand
is’ (= evidence-based management) en persoonsgebonden maatregelkennis die een passende
aanpak van concrete praktijkproblemen ondersteunt (= practice-based management).
Bij het oplossen van lastige vraagstukken op het gebied van het organiseren en managen van
sportactiviteiten gaat de sportmanager systematisch-methodisch te werk. Daarbij van het actueel
geldige ‘body of knowledge; gebruikmakend. Zowel de ‘knowhow’ van meer praktische aard als de op
theorie gebaseerde ‘knowwhy’ spelen daarbij een belangrijke rol. Managementvraagstukken kunnen
vanuit een Europese of Amerikaanse visie benaderd worden.
DE AMERIKAANSE VISIE OP MANAGEN EN ORGANISEREN
Dit kenmerkt zich door ondernemend individualisme, een klein overheidsapparaat en formele regels
en procedures. Alles is gericht op kwantiteit: meer marktaandeel, hogere omzetcijfers en meer winst.
1
,Sport organiseer je als een ‘money-making machine’. Ze zijn er dus om het financiële rendement
maximaal op te voeren. Wie de baas is mag het zeggen en bepalen wat er gebeuren moet.
DE EUROPESE VISIE OP MANAGEN EN ORGANISEREN
Leren doe je ‘on the job’. Intercollegiale toetsing waarborgt de kwaliteit van de geleverde producten.
Leidinggevende bevoegdheden zijn gebaseerd op vakmanschap. Centrale Europese waarden zijn het
streven naar gemeenschappelijkheid en collectieve solidariteit. In overleg en op basis van
gelijkwaardigheid wordt getracht conflicten te slechten en voor langere tijd relaties met elkaar aan te
gaan (consensus en onderling vertrouwen).
Ook het bedrijfsleven staan voor duurzaamheid, samenwerken en het dienen van het gezamenlijk
belang centraal. Initiatief van medewerkers wordt gestimuleerd en gewaardeerd. Niet de baas, maar
wie het weet mag het zeggen (gedecentraliseerd). Geld verdienen is een gevolg van kwaliteit leveren
en waarde toevoegen voor de klant.
HET HEDENDAAGSE SPORTORGANISATIE LANDSCHAP
Min of meer zijn er twee typen sportpraktijken te onderscheiden:
1. De praktijken waar wedstrijden en competities de kern vormen (Der sportliche Sport);
2. De sportpraktijken waarbij de deelnemers in de eerste plaats zijn gericht op zelf fitter, vitaler
en/of slanker te worden. Competities is hierbij van ondergeschikt belang. Ontspanning,
sportieve recreatie en/of gezondheidsbevordering staat centraal (Nicht-sportliche Sport).
ONDERSCHEIDENDE SPORTMANAGEMENT PRAKTIJKEN
Beroepspraktijken worden hier opgevat als: “relatief stabiele en samenhangende vormen van sociaal
gevestigde beroepsmatige activiteiten waarbij managers overeenkomstige doeleinden een waarden
trachten te verwezenlijken”.
De beroepsvorming op het gebied van sportmanagement is vormgeven in professionele praktijken die
de volgende kenmerken vertonen (Jochemsen, 2006):
- De beroepswerkzaamheden die verricht worden zijn sociaal gevestigd in de samenleving;
- De beroepsbeoefenaren zijn onderdeel van een beroepsgroep en ontwikkelen een eigen
professionele kennisbasis;
- Binnen de betreffende beroepspraktijk worden kwaliteitscriteria gehanteerd die bepalen in
welke mate iemand als een goede beroepsbeoefenaar wordt beschouwd;
- Over de eisen die men stelt aan de kwaliteit van het uitoefenen van het beroep en de
beroepsprestaties wordt voortdurend gereflecteerd en onderhandeld.
Professionele praktijken zijn ingebed in organisatorische verbanden. Op basis van de functie die de
organisaties vervullen wordt onderscheidt gemaakt in drie organisatieprocessen Simon, 1989):
2
, - Marktorganisaties:
o Hierbinnen beslist het management zelfstandig over strategische en bestuurlijke
vraagstukken;
o Het zijn onafhankelijke organisaties die voor anderen producten, diensten op
capaciteit leveren;
o Komen voor in zowel de publieke als privaat domein;
- Taakorganisaties:
o Deze zijn van bovengeschikte beleidsorganen (de principaal) afhankelijk;
o De principaal bepaald welke producten, diensten of capaciteit aan wie geleverd wordt;
o Operationeel kan de organisatie de nodige vrijheid hebben;
o Komen voor in zowel de publieke als privaat domein;
- Hybride organisaties:
o Deze zit tussen het bedrijfsleven en organisaties;
o Komt voor in de maatschappelijke ‘middenveld’-organisaties;
o Denk aan vrijwilligersorganisaties, sportassociaties, vakbonden en dergelijke;
o Ze verschaffen diensten aan de leden voor zingeving en (normerende) waarde
vorming. Door hun non-profitkarakter vormden de ruggengraat van de sportieve
samenleving;
Binnen het beroepsdomein sportmanagement kunnen al doende vier professionele praktijken worden
onderscheiden: Twee Rijnlands-georiënteerde en twee Angelsaksisch-georiënteerde
sportmanagementpraktijken.
1. Maatschappelijke middenveldorganisaties (beroepspraktijk I):
o Verenigingen, bonden, federaties;
o Middel: Integratie van minderheden in de samenleving;
o Doel: competitie spelen, sportieve strijd aangaan.
o Participatiefunctie van de sport;
2. Publieke overheidsorganisaties (beroepspraktijk II):
o Sportzaken gemeente;
o Middel: Wijk aantrekkelijker maken voor de bewoners;
o Doel: Recreatief nieuwe uitdagingen aangaan, meedoen;
o Maatschappelijke waarde van sport;
3. Private commerciële ondernemingen (beroepspraktijk III):
o Middel: leuk netwerken met anderen/bedrijven/bedrijfsuitjes;
o Doel: Lekker actief bezig zijn;
o Economische waarde van sport;
4. Hybride professionele topsportorganisaties (beroepspraktijk IV).
o Middel: citymarketing door binnenhalen groot sportevenement, zoals start Tour de
Frans;
o Doel: meemaken van een groots evenement voor bewoners/bedrijven;
o Entertainmentfunctie van (top)sport.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Leerling101. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.44. You're not tied to anything after your purchase.