Socrates: Ziet men als de bron van wijsheid. De eerste die de mens centraal zette.
- De eerste filosoof die keek naar de mens en hoe deze moest leven.
- Dit in tegenstelling tot zijn voorgangers. Die keken naar de natuur waarop die was opgebouwd. Pre
socratisci – natuurfilosofen.
- Elenchus: vorm van onderzoek Het op de proef stellen van opvattingen van de
gesprekspartner. Niemand wist iets zeker.
- Begon de vraag naar een deugd: bijv. wat is moed.
- Socrates bleef doorvragen totdat diegene inzag dat hij geen goed antwoord had op de vraag.
- Spoorde mensen aan om zelf na te denken en niet domweg op het oordeel van andere af te gaan.
- 1 deugd: de verstandelijkheid is voor elke mens hetzelfde. En Zelf kennis: ‘ mens ken uzelf’
dan pas kan je gelukkig worden Eudaimonia
- Dankzij hem draait de huidige filosofie om menselijke vragen en problemen.
- Vroedvrouwtechniek echte inzichten komen van binnenuit.
- Zijn leerling was plato.
Plato: 400 voor christus. De grote denker.
- Probeerde met nietes zijn filosofie te verduidelijken
- Grondlegger van de Mythe.
- De waarneembare wereld is onvolmaakt
- Alle dingen die we zien zijn slechts afbeeldingen van de werkelijkheid. Ideeën.
- Filosoof met de meeste invloed. invloed op denken iedereen die na hem kwam.
- De eerste die systematisch onderzoek deed naar filosofische ondewerpen.
- Socrates komt in elke dialoog voor van plato.
- Socratische dialogen.
- Volgens plato kun je dingen veel beter uitleggen in een gesprek dan bijv. in een lijst met stellingen.
Aristoteles: Voor velen gezien als de grondlegger van de natuurwetenschappen.
De Griekse filosoof Aristoteles: Noemt het vermogen tot oordelen logos/ de rede. Volgens hem is die precies
wat ons onderscheidt van dieren.
- Aristoteles: ‘ de rede ‘: het vermogen tot oordelen de logos oftewel de rede. Dit is volgens hem het
vermogen dat ons onderscheid van dieren.
- Was de leermeester van alexander de grote.
- Gebruikte logica om te filosoveren.
- Bedacht regels voor de logica en schreef deze op.
- Charles darwin roemde hem als bioloog.
- Bijv. een eikeltje heeft een vorm en materie (inhoud) wil een eikenboom worden perfecte
eikenboom kan niet. entelecheia
- Vormen en streven naar volmaaktheid.
- Als je weet wat goed is, kun je bijna niets anders doen.
- Zijn leermeester was Plato
- Leverde onschatbare bijdrage aan onder meer logica, politieke wetenschappen, geschiedenis.
- Vormen en streven naar volmaaktheid spelen een rol in de ethiek van aristoteles
- Grootste streven om gelukkig te worden.
- Deugdelijk handelen.
- Het juiste midden.
Deugden Aristoteles.
Tekort Deugd Teveel
lafheid moed Overmoed-roekeloosheid
benepenheid matigheid Mateloosheid/ gulzigheid
Onaardig/ twistziek vriendelijkheid Behaagziek/ vleierij
onverschilligheid betrokkenheid bemoeizucht
Kil/ ongevoelig compassie overgevoelig
Nalatigheid/ ongevoeligheid Hulpvaardigheid/ zorgzaamheid Bemoeizucht/ pateralisme/
overbezorgd
Van der Bersselaar.
- Deugden zijn niet bedoeld om knopen door te hakken of morele dilemma’s op te lossen.
- Eerst iets moeten zeggen over de ‘juiste houding’ die in het zorgen gepast is.
, - Hij grijpt hierbij terug op de deugdethiek (aristoteles) en koppelt elke fase van Tronto een bijpassende
‘zorgdeugd’.
- Om goede zorg te kunnen geven moet de ander daarvoor ontvankelijk zijn (fase 4 Tronto)
Epicurus:
- Het leven draait om geluk.
- Gelukkig zijn bereik je volgens hem door pijn te vermijden en het genot na te streven.
- Hedonisme.
- Soberheid, zelfredzaamheid, rechtvaardigheid, vriendschap stonden voorop.
- Laat genot liggen als je weet dat die later voor grote ongemak zorgt.
Spinoza:
- De rede.
- Pleidooi voor vrijheid van meningsuiting
- Hoe goed en gelukkig te leven.
- Nadenken geluk/ Emotie ellende.
- Alles wat gebeurd heeft een natuurlijke verklaring.
Emmanuel Kant: Je moet niet alles geloven wat er gezegd wordt.
- Grondlegger: Autonome mens.
- Durf zelf na te denken.
Vrijheid betekent verantwoordelijkheid autonoom mens verplicht zichzelf goed te handelen.
- Emmanueel Kant: Geeft ons het inzicht dat we onszelf ethische wetten moeten opleggen willen we
ethisch leven plicht ethiek/ Deontologie.
John Stuart Mill vrijheid recht op zelfbepaling is de hoogst beschermwaardige goed in de
samenleving en dit beschermen is de belangrijkste taak van de staat.
Een individu heeft het recht om te doen wat hij wil zolang hij een ander geen schaden brokkent no harm
principle.
- Individuele vrijheid dient ons allemaal
- Radicale vrijheid van meningsuiting.
- Ook een enkeling kan de waarheid spreken.
- Vrijheid is niet hetzelfde aal vrijblijvendheid of onverschilligheid
- Vrijheid van denken of spreken komt de waarheid ten goede.
- Individuele vrijheid en maatschappelijke vooruitgang gaan bij Mill hand in hand.
- Ontwikkeling/ emancipatie/ onderwijs zijn sleutel worden.
- Kritisch denken is belangrijker dan materiele welvaart.
- Wat goed is maak ik zelf wel uit jouw leven is jouw eigendom
- Niet ingrijpen in iemands leven.
- Dit laatste is invloed van het utilisme.
Utilisme: een ethische stroming die het algemene geluk vooropstelt.
Mill: Spreekt van negatieve vrijheid omdat de nadruk ligt op de afwezigheid van dwang of dreiging.
Niemand legt mij iets in de weg om mijn leven vorm te geven.
Isaiah Berlin: staat tegenover het negatieve vrijheidsbegrip. Zei noemt dit de positieve vrijheid.
Positieve vrijheid: gaat over de mogelijkheden die je hebt om van je eigen leven iets te maken.
- Ik wil het instrument zijn van mijn eigen en niet van andermans wilshandelingen.
- Ik wil een subject zijn geen object.
Dat ik negatieve vrijheid heb. Betekend nog niet dat ik over voldoende positieve vrijheid beschik.
Daarom stelde Nussbaum en Sen de lijst van copability’s samen: copability benadering.
10 menselijke vermogen opzoeken: copability’s copability benadering (Nussbaum)
- Leven-levensduur = in staat zijn een leven van normale lengte te leiden.
- Lichamelijke gezondheid = in staat zijn een goede gezondheid te hebben.
- Lichamelijke onschendbaarheid/ integriteit= in staat zijn vrij te bewegen
- Zintuiglijke waarnemen, verbeeldingskracht en denken
- Gevoelens
- Praktisch redeneren
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Tobu92. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.31. You're not tied to anything after your purchase.