Een ruime selectie oefenvragen voor het tentamen stofwisseling 1
91 views 4 purchases
Course
Stofwisseling I (SOTF1)
Institution
Universiteit Utrecht (UU)
Dit document bevat een ruime selectie aan oefenvragen voor het tentamen stofwisseling 1. De antwoorden worden duidelijk uitgelegd waardoor je de stof goed snapt na het maken van deze oefentoets. Heel erg veel succes met het maken van de oefentoets en het tentamen!
Oefentoets stofwisseling 1 – GNK
Utrecht
Inleiding
In dit document zullen ruim 150 oefenvragen te vinden zijn over het vak stofwisseling 1. Alle vragen
zijn gebaseerd op de hoorcolleges, werkgroepen, practica en zelfstudies. De antwoorden worden met
uitleg gegeven zodat je de antwoorden ook begrijpt na het maken van deze oefentoets. Mochten er
vragen zijn over de vragen of over de antwoorden dan hoor ik het graag! Dit document zal na week
vier worden aangevuld met extra oefenvragen die in week vier worden behandeld.
, Oefentoets
1. Hoeveel Joule zijn 42 Cal?
2. Welke stof geeft meer energie CH4 of CH2?
3. Hoeveel calorieën bevat ijs met 7,0g vet/ 55,0g koolhydraten waarvan 40,0g suikers/ 30g
eiwitten?
4. Hoeveel % van de energie in je dieet zou van koolhydraten moeten komen?
5. 2,5% van je energie is opgeslagen in de vorm van koolhydraten, welke stof is de andere
97,5%?
6. Welk orgaan bevat de grootste glycogeen opslag?
7. Voor welk orgaan is het erg belangrijk dat er glucose aanwezig is in het bloed omdat hij
anders geen energie krijgt?
8. Hoeveel glycogeen ligt er in de lever opgeslagen?
9. De stofwisseling bestaat uit twee principes, welke zijn dit?
10. Wat wordt er bedoeld met synthese?
11. Juist of onjuist? Reacties kunnen altijd twee kanten op dus als een product wordt gemaakt
kan altijd het product weer worden afgebroken tot dezelfde beginstoffen?
12. Wat houdt negatieve terugkoppeling in?
13. Wat zijn de verschillen tussen glucokinase en hexokinase?
14. Wat wordt er met glucose in de levercel gedaan zodat het niet weer de levercel uitgaat?
15. Welke glucose transporter is er op de lever te vinden?
16. Welke glucose transporter is er op de spier te vinden?
17. Wat doet insuline?
18. Wat doet glucagon?
19. Hoeveel ATP wordt er gevormd van 1 glucosemolecuul als het tot melkzuur wordt omgezet
en wanneer gebeurt dit?
20. Waarom wordt pyrodruivenzuur omgezet in melkzuur als dat 2 ATP kost?
21. Hoeveel levert 1 glucosemolecuul op via de glycolyse, citroenzuurcyclus en de oxidatieve
fosforylering?
22. Produceren de hersenen en de rode bloedcellen evenveel ATP uit 1 glucosemolecuul?
23. Hoe blijft de glucosewaarde van het bloed gelijk tussen maaltijden in?
24. En hoe gebeurt dit in de nacht?
25. Hoe kan glucose worden opgenomen door de enterocyten?
26. Waarom kan glycogeen in de spieren niet zo goed worden afgebroken als in de dunne darm?
27. Waar worden insuline en glucagon geproduceerd?
28. Is de productie van insuline of glucagon een continu proces?
29. Wat is hyperglycemie en hoe ontstaat het?
30. Waar begint de vetafbraak?
31. In wat voor vorm moeten vetten, eiwitten en koolhydraten zijn voordat ze kunnen worden
opgenomen?
32. Welke twee verbindingen zitten er in glycogeen en wat is het verschil?
33. Welk orgaan neemt het grootste gedeelte van de buis van mond tot kont in?
34. Wat produceert de lever voor de afbraak van vetten?
35. Waar wordt gal opgeslagen en hoe komt het daar terecht?
36. Waarom is het belangrijk dat er sfincters in de slokdarm zitten.
37. Is de druk intrathoracaal of intraabdominaal over en waardoor komt dit.
38. De oesophagus bevat twee sfincters, wat is tussen beiden het verschil?
39. Welke structuur is deel van de onderste sfincter?
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller gnkuniversiteitutrecht. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.
