Samenvatting van antibiotica die in het boek staan. Allemaal mooi samen bij elkaar gezet met alles wat je moet kennen voor het examen.
Leer deze documenten vanbuiten en je bent zeker geslaagd.
Antibiotica
1. ANTIBIOTICA DIE INWERKEN OP NUCLEÏNEZUREN
A. Quinolonen (fluoroquinolonen)
STRUCTUUR
- Grote + groeiende groep
- Verbindingen gebaseerd op 4-quinolone-kern
- Verschillende modificaties:
o ≠ fysische, chemische, farmacokinetische, antimicrobiële eigenschappen
- Fluorgroep op positie 6
o Verhoogt activiteit tegen gram+ en gram- bacteriën
o Fluoroquinolonen
FARMACOKINETISCHE EIGENSCHAPPEN
- Gunstige eigenschappen
- Uitstekende resorptie na orale inname (>70%)
- Piekserumconcentraties binnen 2u na inname
- Binding aan proteïnen is laag (13-32%)
- T1/2 lang
o 3-10u
o 1 of 2x per dag toediening (belang AUIC)
- Hoog penetratievermogen (Vd)
o Concentratie in serum + weefsels (gal, nieren, prostaat, beenderen, CSV)
voldoende hoog om MIC-waarde voor veel bacteriën te bereiken
- Excretie:
o Meestal via nieren
o Soms via gal met reabsorptie via darm
- In moedermelk aangetroffen
- Concentratie-afhankelijk AB
WERKINGSMECHANISME
- Inhibitie enzymen die niet dezelfde vorm hebben als zoogdieren
o DNA-topoisomerase II (DNA-gyrase)
o DNA- topoisomerase IV
→ Essentiële bacteriële enzymen
- DNA-gyrase:
o Katalyseert supercoiling reactie van covalent gesloten circulair DNA
o Gecoördineerd proces van knippen-passeren-ligeren
→ Gerelaxeerde DNA-molecule die spontaan negatieve supercoiling
aanneemt
o Reactie in 4 stappen
▪ Binding gyrase aan DNA → stabilisatie positieve DNA-lus
▪ Knippen DNA thv lus met 4-basenpaar overstekende sequentie
▪ Intact DNA-segment gaat door geopende DNA
• Richting lus omgedraaid van R → L draaiend
▪ Hersluiting DNA-streng
, o Doelwit
▪ Covalent gebonden gyrase-DNA intermediair
• Quinolonen stabiliseren dit splitsingscomplex
• Blokkade voor DNA- en RNA-polymerasen
- DNA-topoisomerase IV
o Loskoppelen van verbonden dochterchromosomen na DNA-replicatie
- Snel bactericide bij concentraties dichtbij MIC
o Niet door blokkeren van DNA-gyrase of DNA-topoisomerase
o Wel omdat opengebleven DNA-ketens productie van endonuclease induceren
o Deze gaan strengen afbreken
o SOS respons
- OPM: als men vooraf de proteïnesynthese blokkeert door bacteriostatische middelen
(bv. chlooramfenicol) dan vermindert het bactericide effect zeer sterk door gebrek
aan endonucleaseproductie
- Voor ≠ bacteriën en voor ≠ quinolonen is 1e doelmolecule ofwel gyrase ofwel
topoisomerase IV
o Verschil in respons voor quinolonen van ≠ bacteriën
WERKINGSSPECTRUM (ANTIMICROBIEEL SPECTRUM)
- 1e generatie (Nalidixinezuur)
o Oudste quinolonen
o Enkel actief tegen Enterobacteriaceae
o Urinaire infecties
o Niet meer gebruikt
e
- 2 generatie (Fluoroquinolonen)
o Ingebouwde fluorgroep
o Norfloxacine, Ciprofloxacine, Ofloxacine
o 20-100x actiever
o Breedspectrum activiteit tegen reeks van klinisch belangrijke pathogenen
o Algemeen gebruik
- Nieuwste generatie
o Levofloxacine, moxifloxacine, Gemifloxacine
o Zelfde spectrum als 2e generatie
▪ Streptokokken, stafylokokken
o Duidelijke toename activiteit tegen gram+ (stafylokokken, streptokokken)
RESISTENTIEMECHANISMEN
- Chromosomale puntmutatie
o Synthese gewijzigd DNA-gyrase of -topoisomerase
- Activatie effluxpomen
o Transport terug naar buiten voor ze kunnen binden aan doelwitenzym
- Plasmide gemedieerd
o Heel zeldzaam
- Kruisresistentie tussen ≠ quinolonen
o Snel tov. oude AB (nalidixinezuur), minder snel tov nieuwe AB
, TOXICITEIT EN NEVENEFFECTEN
- Vergelijkbaar met andere breedspectrum AB
- GI:
o Misselijkheid, diaree
o Frequent
- Nuerotoxisch
o Duizeligheid, slapeloosheid
o Minder frequent
- Huidreacties
o Roodheid, jeuk
o Minder frequent
- Beschadiging kraakbeen
o Niet geven aan kinderen + zwangeren
- Bepaalde quinolonen uit generatie 2/3 hebben zware neveneffecten
o Niet meer (of zéér uitzonderlijk)
o Hepatotoxiciteit, hartritmestoornissen, fotosensibilisatie
o Achillespeestendinitis/ruptuur
KLINISCH GEBRUIK
- 1e generatie:
o Urinaire infecties
o Nu nog zelden
- 2 - 3e generatie
e
o Veel soorten infecties
▪ Lokale & systemische infecties
• Respiratoir, intestinaal, urineweg, huid- en wekedelen,
mengitis, encefalitis, osteomyelitis, arthritis
▪ Diepliggende infecties
• Prostatitis
▪ Intracellulaire pathogenen
• Chalmydia, Mycoplasmata
o Ambulante + gehospitaliseerde patiënten
- Niet aan kinderen + zwangeren!
2. ANTIBIOTICA DIE EIWITSYNTHESE STOREN
A. Aminoglycosiden en aminocyclitols (groep van 30S-inhibitoren)
STRUCTUUR
- 2-4 subeenheden (aminosuikers)
- Verbonden door glycoside bindingen
- Polaire kationen
o Verklaart farmacokinetische eigenschappen
- Oorsprong
o Micromonospora spp.
▪ Gentamicine, Netilmicine
o Streptomyces spp.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller innever. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.44. You're not tied to anything after your purchase.