Hoorcollege 2. Geschiedenis van de forensische psychiatrie en diagnostiek
Persoon
Je kan een persoon op verschillende manieren in kaart te brengen. Het 3G-model bestaat uit
gedachten, gevoelens en gedragingen. Dat is wat een persoon opbouwt. Deze zaken hebben
met elkaar te maken, ze beïnvloeden elkaar. Gedragingen zijn vaak het gevolg van gedachten
en gevoelens, maar soms gaan gedragingen ook vooraf aan gevoelens of gedachten. Als we
het over de persoon van de verdachte hebben, hebben we het vooral over deze 3
componenten. In behandeling wordt geprobeerd alle drie de componenten te beïnvloeden.
Van invloed op een persoon
De persoon (met de 3G’s) wordt door heel veel zaken beïnvloedt. Opvoeding van je ouders
en school heeft invloed op hoe je nu als persoon functioneert. Opvoeding wordt ook weer
beïnvloedt door bijvoorbeeld religie, vrienden, samenleving in zijn geheel (normen en
waarden), media (wat verteld wordt over wat goed en fout is), woonomgeving (als er veel
criminaliteit of negatieve invloeden is wordt geprobeerd om deze invloeden te
verminderen). De opvoeding wordt weer door heel veel andere factoren bepaald. Elke
factoor in het figuur wordt weer door verschillende andere factoren beïnvloed. De pijlen in
de figuur gaan alleen over opvoeding. Het is ook andersom: opvoeding beïnvloedt ook
andere zaken. Een voorbeeld is school: ouders kiezen een school die past bij hun eigen
ideeën. Omgekeerd zal de school ook invloed uit proberen te oefenen op de opvoeding van
de ouders.
Alle mogelijke verbanden hebben invloed op het functioneren van de persoon. Hele
eenvoudige verklaringen over hoe gedrag ontstaat, schieten dus tekort. Een uitgebreide kijk
op de persoon en diens gedrag is nodig om zijn gedrag/gevoelens/gedachten te begrijpen.
, Biopsychosociaal model
Dit model wordt vaak gebruikt om gedrag te verklaren. Het biopsychosociaal model is
afgeleid van het model van Bronfenbrenner. We gaan ervan uit dat menselijk gedrag
(delictgedrag) wordt beïnvloed door alle factoren die in het model staan. Vanuit de
biologische factoren loopt een wederzijdse pijl naar kindertijdervaringen. Als je als kind een
ADHD/lvb diagnose hebben gekregen, bepaalt dat hoe er op je wordt gereageerd. Vaak word
je dan negatiever behandeld. Negatieve kindertijdervaringen kunnen terugslaan op
biologische factoren: traumatische ervaringen in de kindertijd hebben een negatieve invloed
op de hersenontwikkeling (gevoeligheden). Kindertijdervaringen hebben een interactie met
sociaal-culturele factoren: alles wat er rond je heen gebeurt als kind heeft invloed op hoe je
wordt opgevoed en wat je ervaart. Deze drie factoren geven kwetsbaarheid. Als je een
kwetsbaarheid hebt ontwikkeld door ervaringen/aanleg kan je in een situatie komen waarin
situationele factoren een belangrijke rol gaan spelen, bijvoorbeeld het aangespoord worden
tot het plegen van een delict. Dit hangt af van de omgeving waarin je bent opgegroeid en
waarin je je bevindt.
- Biologische factoren factoren die het gedrag bepalen (e.g. temperament,
ontwikkelingsstoornissen als ADHD (kan in combinatie met andere ongunstige factoren
leiden tot delictgedrag), neurologische stoornissen, lvb (groter risico op criminaliteit),
autisme-spectrumstoornis (minder duidelijke relatie met criminaliteit))
- Kindertijdervaringen Dit kan positief zijn, maar in het model gaat het over
risicofactoren (e.g. mishandeling, seksueel misbruik, onvoldoende aandacht).
- Sociaal-culturele context
- Kwetsbaarheid Dit is een optelsom/combinatie van alle risicofactoren die de persoon
kwetsbaar maakt (e.g. door omstandigheden veel buiten zijn en verkeerde vrienden
krijgen). Je bent zo gevoeliger voor invloeden van anderen.
- Situationele factoren Hierdoor kan de aanwezige kwetsbaarheid zich openbaren.
Historie
Historische personen en waar ze staan in relatie tot het biopsychosociaal model:
Hippocrates (460-370 VC)
- Ziekte is onjuiste menging van de 4 belangrijkste lichaamssappen: bloed, slijm, gele gal
en zwarte gal.
- Behandeling met koude of warme baden, rust, dieet. Afleiding: zang en muziek.
- Trad op als medisch deskundige op in een rechtszaak.
Galenus van Pergamon (129-199 VC)
Hij onderscheidde 4 typen mensen. Zij onderscheiden zich door welke lichaamssappen
overheersen.
- (bloed) Sanguinisch type: levendig.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller dominiquekl. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.77. You're not tied to anything after your purchase.