Social Research Methods: Pearson International Edition
Alle hoorcollege aantekeningen en een samenvatting van de literatuur per week van het eerstejaars Bestuurskunde vak Inleiding Sociaal Wetenschappelijk Onderzoek, gegeven door professor Petra van de Bekerom aan de Universiteit Leiden.
2020 – 2021 Inleiding Sociaal Wetenschappelijk Onderzoek
Hoorcollege 1: Wat is sociaalwetenschappelijke onderzoek? + H1
Wat is sociaalwetenschappelijk onderzoek?
- Het doel van wetenschap
o Nieuwe kennis produceren, de wereld om ons heen beter proberen te begrijpen en
verklaren.
- Fundamenteel vs. Praktijkgericht
o Fundamenteel: bijdrage te leveren aan de wetenschappelijke kennis.
o Praktijkgericht: ontwikkeling, uitvoering en evaluatie van oplossingen voor
praktijkproblemen.
- Sociaalwetenschappelijk onderzoek
o Bijv.: Culturele antropologie, Psychologie, Sociologie, Politieke Wetenschappen,
Bestuurskunde.
Fouten bij kennisvergaring
- Persoonlijke ervaringen
o Overgeneralisatie
Wanneer we betrouwbaar wetenschappelijk bewijs hebben voor één bepaald geval,
maar dit gebruiken om een veel groter aantal gevallen op dezelfde manier te
beschrijven.
o Selectieve observatie
Wanneer we meerdere tegensprekende gevallen van iets zien, maar alleen bepaalde
(de gevallen die ons uitkomen) aannemen als bewijs. We kiezen er bewust voor om
bepaalde gevonden waardes niet of juist alleen aan te nemen.
o Voorbarige conclusie
Wanneer we een heel klein beetje wetenschappelijk bewijs verzamelen en hier
meteen mee stopt om vervolgens direct conclusies mee te gaan trekken.
o Halo-effect
Wanneer bepalende uitspraken van prestigieuze mensen of mensen met een
bepaalde reputatie direct als waarheid worden aangezien, zonder hierbij op verder
onderzoek uit te gaan.
o Valse consensus
Wanneer men ervanuit gaat dat hun eigen denkbeelden wel heel normaal en alom
gedeeld zullen zijn. Dus is het de neiging om de frequentie van het eigen standpunt
bij anderen te overschatten.
- Vertrouwen op:
o Experts en autoriteiten
o Ideologische overtuigingen en waarden
o (Populaire) mediaberichten
Richtlijnen nodig voor het maken van algemene uitspraken
3 kernbegrippen van de sociale theorie:
- Een coherent systeem van logische, consistente en onderling verbonden ideeën waarmee kennis
kan worden georganiseerd en geconcentreerd.
, 1. Theorie
- Een samenhangend geheel van uitspraken waarmee geprobeerd wordt verschijnselen te
beschrijven, verklaren of te voorspellen.
VB: Public Service Motivation (PSM)
o Waarom kiezen individuen voor een baan in de publieke sector en hoe kunnen we verklaren
dat sommige individuen beter presteren dan anderen?
PSM Prestaties en beter oplossen van kwesties van het algemeen belang.
- Deductief-nomologisch verklaringsmodel
o Algemene regel
o Aanname of beginvoorwaarde
o Hypothese, conclusie of voorspelling
VB: Verschijnsel: de fiets is nat, hoe kunnen we dat verklaren?
o Algemene regel: Als het regent, wordt alles wat buiten is nat.
o Aanname: Het regent en de fiets staat buiten.
o Hypothese: De fiets wordt nat.
2. Empirische data
- Gegevens, die door middel van waarnemingen, zijn verzameld.
o Kwantitatief (cijfers) en kwalitatief (woorden, beelden of objecten).
o Direct waarneembaar
Via onze zintuigen
Zien, horen, ruiken, proeven en voelen
o Indirect waarneembaar
Via technieken die onze eigen zintuigen uitbreiden
Afhankelijk van (direct waarneembare) observaties van anderen
Abstracte/veelomvattende concepten
Karaktereigenschappen: zelfstandig, intelligent, bescheiden, dominant, etc.
VB: Negativity bias
o Vraag: In hoeverre heeft prestatie-informatie invloed op de percepties van burgers ten
aanzien van de prestaties van publieke diensten?
o Theorie: negativiteitsbias
Negatieve berichten hebben meer invloed dan positieve berichten.
o Hypothese 1: a) Negatieve prestatie-informatie heeft een negatief effect op de percepties
van burgers; b) Positieve prestatie-informatie heeft een positief effect op de percepties van
burgers.
o Hypothese 2: Het negatieve effect van negatieve prestatie-informatie is sterker dan het
positieve effect van positieve prestatie-informatie.
,3. Wetenschappelijke regels
- Regels over onderzoeksmethoden
o Hoe observeer je? Hoe verzamel je gegevens?
o Hoe zorg je ervoor dat je gegevens betrouwbaar en valide zijn?
Voorbeelden: interviews, vragenlijsten, participerende observaties, data-harvesting.
- Normen en controle
o Universalisme
Ongeacht door wie of waar een
onderzoek is uitgevoerd, enkel
de wetenschappelijke bijdrage
zal worden beoordeeld.
o Georganiseerde scepsis
Er is sprake van een
grondhouding die kritisch dient
te zijn, ofwel het nooit zomaar
accepteren van
wetenschappelijke bevindingen.
o Belangeloosheid
Het is van belang dat wetenschappers neutraal, open en onpartijdig dienen te zijn.
o Communalisme
Het is van belang dat wetenschap met iedereen gedeeld moet worden zonder
terughoudendheid.
o Eerlijkheid
Te allen tijde staat eerlijkheid bovenaan, ook als dat ten koste gaat van zijn eigen
gewin.
- Deductieve logica (opstellen van toetsbare hypothese)
o Van algemene regel naar specifiek.
VB van verschijnsel: fiets is nat
- Inductieve logica (generaliseren van een conclusie)
o Van specifieke regel naar algemeen.
VB: de haarkleur van de eerste drie dames in de kroeg is blond, dus alle dames in de
kroeg zijn blond, dus verwachting: alleen blonde dames gaan naar deze kroeg.
, Kwantitatieve benadering van sociaal onderzoek
Je kiest een onderwerp en bakent het af tot een vraag. Vervolgens ontwerp je het onderzoek en verzamel
je data. Daarna analyseer je de data en interpreteer je de resultaten. Als laatste informeer je anderen.
Kwalitatieve benadering voor sociaal onderzoek
Je erkent het onderwerp en de context. Vervolgens neem je een perspectief aan en geef je de studie vorm.
Daarna verzamel en analyseer je de data. Uiteindelijk interpreteer je de data en informeer je anderen.
Wetenschappelijke oriëntatie is een neiging om precies, logisch en flexibel te zijn met een lange
termijnvisie, zonder zelfopgelegde grenzen. Verder is het bereid zijn om kennis te delen van belang voor
het gewin van de wetenschappelijke gemeenschap als geheel.
Naast wetenschap bestaan er ook vormen die op het blote oog lijken op wetenschap, maar dit eigenlijk
niet zijn.
- De eerste van de twee vormen is pseudowetenschap.
o Dit zijn ideeën en informatie die worden verkocht als wetenschap, maar vaak niet zijn
verkregen door de wetenschappelijk systematische aanpak en standaarden te gebruiken.
- De tweede vorm is bagger wetenschap ook wel junk science genoemd.
o Dit is een denigrerende term voor wetenschap gebruikt door groepen of individuen die een
andere mening hebben dan de conclusie van een ander onderzoek.
Hoorcollege 2: Onderzoeksstrategieën en de rol van theorie + H3, H6
Wat nemen wetenschappers waar?
- Direct waarneembare en indirect waarneembare concepten
- Kwalitatieve en kwantitatieve gegevens
o Kwalitatief: kwaliteiten of hoedanigheden
o Kwantitatief: getallen en maten
Kwalitatief vs. Kwantitatief onderzoek
Belangrijkste verschillen:
1. Kenmerken van data
o Kwantitatief maakt gebruik van getallen en maten
o Kwalitatief maakt gebruik van kwaliteiten of hoedanigheden (woorden, foto’s, symbolen).
2. Onderzoeksdoelen
o Kwantitatief vaker beschrijvend en verklarend
o Kwalitatief vaker verkennend en beschrijvend
3. Onderzoeksproces
o Kwantitatief vaker lineair en gestructureerd
o Kwalitatief vaker iteratief en flexibel
4. Assumpties over de wereld
o Kwantitatief is vaker positivistisch
o Kwalitatief is positivistisch of interpretatief
5. Rol van theorie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller scholteniris. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.68. You're not tied to anything after your purchase.