100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting van het boek 'evolution and human behaviour' $5.82   Add to cart

Summary

samenvatting van het boek 'evolution and human behaviour'

3 reviews
 147 views  29 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Het tentamen evolutie en gedrag zijn open vragen waarbij ze hele specifieke verwoordingen van fenomenen zoeken. Het correct en volledig formuleren van antwoorden is nog moeilijk bij dit vak. Nadat ik de eerste keer was gezakt voor het tentamen heb ik - aan de hand van de eerdere tentamenvragen - di...

[Show more]

Preview 3 out of 28  pages

  • No
  • 2, 4, 5, 6, 9, 10, 11, 12, 13, 17, 18, 19
  • December 8, 2020
  • 28
  • 2019/2020
  • Summary

3  reviews

review-writer-avatar

By: sami140103 • 2 year ago

review-writer-avatar

By: famkedejong2 • 2 year ago

review-writer-avatar

By: celineodding • 3 year ago

avatar-seller
HOOFDSTUK 2 – foundations of darwnian psychology

Baldwin effect: gedragsmodificaties die adaptief zijn, worden later gefixeerd door verandering in
genfrequentie.
Paragraaf 2.3.2 p. 25


De evolutionaire psychologie (1980) benadrukt het belang van een univeral human nature. De
basisprincipes hiervan zijn:
- Het genoom van de mens is aangepast op de levenswijze in het pleistoceen, deze adaptaties
hebben het humane genoom gevormd zoals we die vandaag de dag nog kennen.
- De mens heeft maar een hele kleine genetische variatie in vergeleken met andere primaten.
- Vanaf het pleistoceen tot heden (+-10.000 jaar) is een te korte tijd voor natuurlijke selectie
om significante veranderingen in het genoom te selecteren.
Adaptaties die gunstig waren voor het leven in het pleistoceen zijn vandaag niet meer van toepassing
maar wel nog aanwezig.

Het verschil tussen evolutionaire psychologie en human behavioural ecology is dat HBE steld dat
mensen flexibel genoeg zijn om fitness te maximaliseren, terwijl EP benadrukt dat ons brein is
geëvolueerd om te dealen met de omgeving van de EEA en deze adaptaties zijn nu maladaptief
gedrag.

Er zijn meer basisprincipes in de evolutionaire psychologie dan modulariteit. Een ander
basisprinciepe is The manifesto of Tooby and Cosmides:
- De menselijke psyche (human mind) is wat het brein doet = een informatie verwerkend
orgaan
- Mechanismen die specifieke problemen in de EEA konden oplossen
- “There is no such thing as a general problem, so there is no such thing as a general solution”
– functioneel gespecialiseerde modules (het Zwitserse zakmes)
- We hebben een stone age mind
- We hebben een universal human nature
- We zijn geen blank slate (we worden geboren met een aantal modules
voorgeprogrammeerd)

Samenvatting evolutionaire psychologie:
- De evolutionaire psychologie gaat er vanuit dat de psyche bestaat uit functioneel
gespecialiseerde psychologische mechanismen (massive modularity)
- Ze denken na volgens het principie reverse engineering en adaptive thinking
- Ze hebben het idee van environment of evolutionary adaptedness (EEA) uitgewerkt
- Ze gaan er vanuit dat we geen fitness maximizers zijn
- En dat we een universal human nature hebben




HOOFDSTUK 4 – seks en sexual selection

,Paragraaf 4.2.1 why so many males? blz 52

Isogamie is het fenomeen waarbij de gameten van mannen en vrouwen dezelfde grootte hebben. De
eerste organismen die zich sexueel gingen voortplanten produceerde gameten die extern werden
bevrucht. Deze gameten waren waarschijnlijk van gelijke grootte.
Anisogamie is het fenomeen van een klein aantal grote, minder mobiele gameten bij vrouwen en
grote aantallen kleine, mobiele gameten bij mannen.
Parket et al. (1972) suggereert dat er hierdoor twee strategieën zijn ontstaan. De vrouw voorziet de
eicel van veel voedingsstoffen om het een grotere kans op overleving te bieden eer de eicel wordt
bevrucht en de man produceert vooral veel kleine spermacellen zodat hij er meer kans heeft dat een
van die spermacellen de bij de eicel komt en deze kan bevruchten.

Het gegeven dat mannen heel lang vruchtbaar blijven samen met het feit dat vrouwen niet ovuleren
als ze zwanger zijn of borstvoeding geven impliceert dat mannen vele vrouwen kunnen bevruchten in
hun leven. Waarom heeft de natuur dan zoveel mannen geproduceerd als dit zo uit verhouding is?
het zou logischer zijn als de seks ratio verschuift in voordeel van de vrouwen waardoor er minder
mannen worden geproduceerd. Er zal dan een samenleving ontstaan die polygenie volgt en mannen
zullen dus met meerdere vrouwen nakomelingen maken.
 Natuurlijke selectie heeft dan minder kans op ingrijpen op slechte genen. Als de seks ratio 1:1
is dan zullen zwakke mannen met een lage status zich minder snel voortplanten dan in een
samenleving waarin de seks ratio hoger ligt en er dus meer vrouwen zijn dan mannen. Alle
mannen zullen dan meer kans hebben om kinderen te maken en dus ook de mannetjes met
relatief slechte genen.


Paragraaf 4.2.2 Fisher’s argument blz 53


Een antwoord zou kunnen zijn dat een eicel (oocyt) altijd een X chromosoom bevat maar een
spermacel met gelijke kansen een X of Y chromosoom bevat.
Bij mensen is het zo dat gemiddeld genomen naar drie maanden vanaf de conceptie de ratio op 1.2:1
ligt omdat er een hogere sterfte is van mannelijke embryo’s. hierdoor valt de ratio terug naar 1.06:1
bij de geboorte. Eer de vruchtbare leeftijd wordt bereikt is deze ratio ongeveer 1:1.

Fisher kwam met de genetische theorie van natuurlijke selectie (1930). De basis voor deze theorie is
negatieve feedback. Natuurlijke selectie selecteert op genen.
Er is bijvoorbeeld een mutant gen die de seks ratio verhoogt (zodat er meer vrouwen worden
geboren dan mannen) door bijvoorbeeld een positieve invloed op de overleving van een XX
(vrouwelijke) zygote of doordat de verhouding in de productie X/Y chromosomen in de spermacellen
wordt beïnvloed zodat er meer spermacellen worden geproduceerd met een X chromosoom.
Als een man met dit gen veel nakomelingen produceert dan krijgt hij (veelal vrouwelijke)
nakomelingen en de seksratio verschuift naar bijvoorbeeld 1:2 (deze nakomelingen bevatten ook dit
gen voor een afwijkende seks ratio). In deze populatie met een verschoven seksratio, is een gen dat
het krijgen van een zoon positief beïnvloed nu voordeliger aangezien een man 2x zoveel kans heeft
om een partner te vinden dan een vrouw in diezelfde populatie. Mannen (veelal met het gen een
positieve invloed heeft op de productie van mannelijke nakomelingen) zullen zich meer voortplanten
waardoor het mutante gen weer langzaam verdwijnt uit de populatie en de seksratio weer richting
1:1 beweegt. Natuurlijke selectie selecteert nu op de genen die ervoor zorgen dat er juist meer
jongens geproduceerd worden. Stel de seksratio daalt dermate dat er nu meer mannen zijn dan
vrouwen, bijvoorbeeld 2:1, dan zullen genen die een positieve invloed hebben op het krijgen van een
meisje weer opbloeien in de populatie. Er is dus sprake van een negatieve feedback waarbij
natuurlijke selectie selecteert op de genen die op een bepaald moment voor een fitnessvoordeel
zorgen.

, Paragraaf 4.3.1 Natural selection and sexual selection compared blz 53

Darwin stelde dat de kracht van natuurlijke selectie gecomplementeerd moet worden door een
kracht van natuurlijke selectie: individuen bezitten uiterlijke kenmerken die hen aantrekkelijk maakt
voor individuen van het andere geslacht of kenmerken die hen helpen om onderlinge competitie
tussen individuen van hetzelfde geslacht te winnen (om zo toegang te krijgen tot het andere
geslacht).

In een polygynie samenleving, waar ook een seksratio van 1:1 heerst, is er veel onderlinge competitie
tussen de mannetjes (intra seksuele selectie). Een vorm van intra seksuele selectie is sperma
competitie.
Vrouwtjes dit veel investeren in hun kroost of maar enkele nakomelingen kunnen krijgen per seizoen
willen paren met een mannetje met goede genen (interseksuele selectie).


Paragraaf 4.3.2 predicting the direction of inter- and intrasexual selection blz 59

Bateman (1919-96) heeft onderzoek gedaan naar sexueel gedrag tussen mannetjes en vrouwtjes
fruitvliegen. Bateman’s principles: Mannetjes ervaren een hogere variatie in reproductief succes dan
vrouwtjes. Mannetjes hebben een hogere variantie in het aantal partners. Mannetjes hebben een
hogere correlatie tussen het aantal partners en het aantal nakomelingen dan vrouwtjes (hoe meer
partners hoe groter de impact op het reproductieve succes).

Trivers kwam met de ouderlijke investeringstheorie (1972): een investering door een ouder in een
kind waardoor de overlevingskans van dit kind wordt vergroot (en hierdoor het reproductieve
succes) waarbij dit ten koste gaat van een ander kind die deze investering nu niet krijgt (p. 139 en
60).

De ideeën van Bateman, Trivers en Parker zijn gecombineerd door Tang-Martinez (2010) en heet de
‘Darwin-Bateman-Trivers-Parker paradigm’. Dit paradigma voorspelt de keuze van vrouwen in
mannen waarbij deze mannen onderling in competitie zijn. Zie tabel 4.3 p 61 & figuur 4.7 p 62).
In de tabel is te zien hoe in elk geslacht de krachten van seksuele selectie in verschillende mate
ontstaan. In de figuur staat een schematische illustratie van het seksuele selectie paradigma.
Brown et al. (2009) heeft kritiek hierop (zie kritiek p 61).


Paragraaf 4.4.1 sexual dimorphism in body size p 62

Darwin stelde dat intra-seksuele selectie leidt tot evolutionaire adapties, denk hierbij aan wapens,
defensieve organen, seksueel dimorfisme. In een harem, een samenleving waarin polygynie wordt
nageleefd, zorgen sterke selectiedrukken er bijvoorbeeld voor dat er een groot verschil ontstaat in
grootte tussen de mannetjes en de vrouwtjes (seksueel dimorfisme). De mannetjes zijn vaak vele
malen groter dan de vrouwtjes. (voorbeeld Mirounga angustirostris p63).
Mensen laten ook seksueel dimorfisme zien: mannen hebben een lagere stem dan vrouwen, hebben
meer lichaamsbeharing, meer kracht in het bovenlichaam, vet verdeling in het lichaam, een latere
vruchtbare leeftijd en een hoger risico op sterfte vlak na de geboorte dan vrouwen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Loe71. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.82. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

66579 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.82  29x  sold
  • (3)
  Add to cart