Informatiekunde
Communicatie- en Informatiewetenschappen
Utrecht Universiteit
Hoorcollege 1
Wat is informatie?
- Data, objectieve gegevens en feiten die we kunnen overdragen.
- Iets wat verbetering zou kunnen opleveren; iets waar we problemen mee kunnen oplossen.
- Iets waardoor we elkaar beter kunnen begrijpen.
Waar komt het begrip communicatie vandaan en hoe dienen we dit te begrijpen?
- ‘Communicare’: delen, gemeenschappelijk maken.
- Transmissie: berichten over tijd en afstand versturen, nadruk op goede overdracht.
- Ritueel: behoud van gedeelde maatschappelijke waarden en overtuigingen.
Waar komt het begrip informatie vandaan en hoe dienen we dit te begrijpen?
- ‘Informare’: vormen, vorm geven aan.
- Data en informatie zijn gescheiden concepten. Informatie is iets wat vormgeeft aan data.
- Informatie en kennis zijn gescheiden concepten. Als we gekleurde data (informatie) met
elkaar verbinden, is er sprake van kennis.
Belangrijk om te weten met betrekking tot historisering
- Wat onder ‘communicatie’ en ‘informatie wordt begrepen, staat niet voor eeuwig vast: in
verschillende culturen en verschillende tijdsperioden zijn er verschillende interpretaties.
- Pogingen om theorieën en modellen van communicatie en informatie te maken, kennen een
geschiedenis: dit proces is niet af.
1920-1940: Schools
Chigago School
- Hypodermic needle model: propaganda ten behoeve van de “ideal of human society”. Als we
de juiste informatie ‘voeden’ aan de bevolking, kan er een ‘ideale’ samenleving ontstaan. De
term “propaganda” had nog geen negatieve connotatie.
o Dit model is later afgeschreven. Voornamelijk door de formulering “injecteren van
boodschappen” en het idee dat we als passieve luisteraars informatie overnemen;
mediaboodschappen worden onveranderd overgebracht.
- “Who says What to Whom in What Channel with What effect?”: hierbij wordt simpelweg
gekeken naar wie wat zegt, tegen wie, via welk kanaal, met welk effect. Dit model is
deterministisch, omdat er geen rekening wordt gehouden met ruis of andere factoren.
- Two-step flow of communication: hierbij is er geen sprake van één persoon die direct tot zijn
toehoorders spreekt, maar zijn er tussenstappen. Opinion leaders zijn degenen die de
boodschappen (van de massamedia, regering, etc.) verspreiden.
, o In dit model is er meer aandacht voor hoe boodschappen kunnen veranderen tijdens
de overdracht.
Frankfurt School
- Frankfurt: mediaboodschappen werken homogeniserend, wat betekent dat ze steeds meer
convergeren door massamedia. Mediaboodschappen zijn steeds meer gecommodificeerd
door commercialisering, waardoor er een massacultuur ontstaat. Mensen worden aan
dezelfde boodschappen blootgesteld. Hierdoor gaan ze op dezelfde manier denken en
begrijpen ze de wereld op dezelfde manier.
- Walter Benjamin: nieuwe communicatiemedia zorgen voor een verschuivende blik op onze
wereld. Door nieuwe communicatiemiddelen zullen we de wereld op een bepaalde manier
begrijpen. We kijken en luisteren cognitief en fysiek anders.
Theorieën en modellen na 1940
- Uses and Gratifications: er moet aandacht zijn voor waarom mensen gebruik maken van
technologieën en waarom ze bepaalde informatie tot zich nemen. Technologieën nodigen uit
tot bepaalde vormen van gebruik (uses). Mensen hebben bepaalde behoeften
(gratifications), zoals de behoefte aan informatie of vermaak.
- Media ecology: media zijn een ‘milieu’ die bepaalde vormen van ‘overleven’ vragen van
mediagebruikers en media zelf. Communicatiemiddelen beïnvloeden hoe we naar de wereld
kijken. Het gaat ervanuit dat de gemedieerde samenleving onze natuurlijke omgeving is
geworden. We gebruiken zoveel media dat het onderdeel is geworden van onze natuur.
- Agenda-setting theory: media-instanties beïnvloeden hoe we denken. Ze bepalen dus niet
wat we denken, maar maken een voorselectie van waarover we denken. Bepaalde
boodschappen kunnen wel degelijk aanwezig zijn, maar niet zozeer op de voorgrond.
- Active audiences, cultural studies: hedendaagse communicatietechnologieën en de wijze
waarop informatie hierdoor wordt verspreid zijn manipuleerbaar door degenen die
mediaboodschappen leveren. Technologieën bieden allerlei mogelijkheden voor de
mediagebruiker om actief na te denken welke betekenis ze aan mediaboodschappen geven.
Vanaf 1940 was er een groeiende aandacht voor technologische overdracht van informatie en
processen van feedback.
- Norbert Wiener: grondlegger van de cybernetics. Informatie kan worden gezien als een
pakket dat je heen en weer kan sturen. Via het juiste communicatiekanaal komt het pakket
precies op dezelfde manier aan als dat je oorspronkelijk had bedoeld.
- Claude Shannon & Norbert Weaver: In The Mathematical Theory of Information werd
vastgesteld dat informatie iets is dat verstuurd wordt via een bepaald kanaal naar een
bepaalde ontvanger. Hierbij is het belangrijk dat het risico dat informatie verstoord wordt
door ruis zo klein mogelijk wordt gehouden. Het begrip van informatie wordt door Shannon
wiskundig opgevat (entropie); het zo geruisloos mogelijk overdragen van de boodschap staat
centraal.
Field of study van informatiekunde beweegt in jaren ‘60/’70 naar kwesties over documenten, opslag,
classificatie, zoeken, vinden, etc. Diverse filosofieën over data, informatie en kennis geven aan dat
een interdisciplinaire aanpak noodzakelijk is.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Studeersnell. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.74. You're not tied to anything after your purchase.