Samenvatting van de lessen 6 tot en met 8 van de cursus Publike Financiën aan de KU Leuven. Deze lessen over herverdeling zijn samengevat aan de hand van de slides gecombineerd met eigen (uitgebreide) notities
- Hfdst 3 P 44-45 hebben we eigenlijk al gezien zegt docent in les over de welvaartstheorema
- NOTA = VERPLICHTE LITERATUUR ZOALS ALTIJD
!!!!!!!!!! ONTHOUD: DE HERVERDELING IN DIT HOOFDSTUK HEEFT NIETS TE MAKEN MET HET
CORRIGEREN VAN MARKTFALINGEN (= als je NIET op een pareto-efficient punt zit)/allocatieve taak
van de overheid
DE HERVERDELING IN DIT HOOFDSTUK GAAT OVER EEN MEER PURE VORM VAN HERVERDELING: HET
GAAN VAN HET ENE PARETO-EFFICIENT PUNT NAAR EEN ANDER PARETO-EFFICIENT PUNT !!!!!!!!
Inhoud cursus:
Inhoud deze les: CH12:
1
,- Nu gaan we zien hoe de (her)verdeling er nu in feite uitziet (itt de eerder theoretische
achtergrond in de vorige lessen (vooral hfdst 3))
- Inkomensongelijkheid in de wereld groeit al decennia lang
- Verdeling is dus een erg hot topic: heel vaak aanwezig in moderne publieke debatten
2
, - Branko Milanovic is de uitvinder van de verder besproken Elephant Curve
- Angus deaton en z’n vrouw toonden aan in de laatste 10 jaar dat de levensverwachting in de
verenigde staten omlaag aan het gaan is voor blanke laaggeschoolde mannen.
“herverdeling is een hot topic”… is een understatement – interessante
links
• zie ook: https://www.ifs.org.uk/inequality/ voor
- WID: https://wid.world/simulator/
- PovCal van Wereldbank http://iresearch.worldbank.org/PovcalNet/home.aspx
- OECD Rapport 2008 “Growing Unequal” www.oecd.org/els/social/inequality/GU
- OECD rapport 2011 “Divided we stand”
http://www.oecd.org/els/soc/dividedwestandwhyinequalitykeepsrising.htm
- OECD rapport 2014 “Trends in Top Incomes and their Taxation in OECD Countries”
http://dx.doi.org/10.1787/5jz43jhlz87f‐en
- Gapminder: http://www.gapminder.org/ = van Hans Rosling (zie
development economics) ENORM INTERESSANT !!!!!!
om de feiten te verkennen
• opstap in enkele grafieken (zie volgende slides):
3
,Inhoud
In het debat rond herverdeling is het dominante argument dat ‘de ongelijkheid catastrofaal
toeneemt’; nochtans is het antwoord veel genuanceerder volgens de docent: dat toont hij in de
volgende 4 grafieken:
1. Positieve analyse (beschrijving van de feiten)
1. Opstap in vier grafieken
1) OECD‐resultaten over toename ongelijkheid (Gini)
2) omkering van de Kuznetshypothese (oorspr. Tony Atkinson)
3) de Elephant‐curve van Branko Milanovic
4) de absolute armoede op wereldvlak zoals gemeten door de WereldBank
2. Hoe ongelijkheid & armoede meten?
3. En België?
2. Waarom herverdelen? (de normatieve vraag)
4. Formalisering van normatieve keuzes
4
,- OECD / OESO = Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (= een
samenwerkingsverband van 37 landen om sociaal en economisch beleid te bespreken, te
bestuderen en te coördineren. De aangesloten landen proberen gezamenlijke problemen op
te lossen en trachten internationaal beleid af te stemmen.) = leden zijn ontwikkelde landen,
en ook meer en meer middelmatig ontwikkelde landen (bv chili mexico en turkije (maar niet
china)): dus als je OESO ziet, denk ‘de rijkere wereld’.
- Bij veel mensen wordt de OESO gezien als een centrum-rechtse denktank; toch zijn ze één van
de instellingen die inkomensongelijkheid op de agenda hebben gezet, oa met deze grafiek
- De Gini-coëfficiënt, ook wel Gini-index, is een statistische maatstaf van de ongelijkheid
in een verdeling. De Gini-coëfficiënt wordt met name gebruikt in de economie om de
ongelijkheid in inkomen of vermogen aan te geven, maar is geschikt om elke vorm van
ongelijkmatige verspreiding te meten.
De Gini-coëfficiënt is doorgaans een getal tussen nul en één, soms uitgedrukt als percentage.
De waarde nul correspondeert hierbij met volkomen gelijkheid (in het voorbeeld van de
inkomensverdeling heeft iedereen hetzelfde inkomen) en één correspondeert met volkomen
ongelijkheid (één persoon heeft al het inkomen en de rest heeft geen inkomen). Indien
negatieve inkomens of vermogens (schulden) worden meegerekend, dan kan de Gini-
coëfficiënt een waarde groter dan één aannemen.
- Deze grafiek hier toont dat in veel landen de ongelijkheid gestegen is, maar er zijn ook landen
waar de ongelijkheid absoluut niet gestegen is of amper (bv België, nederland, frankrijk niet
gestegen tov 1985) of zelfs is gedaald (turkije)
- Zweden voerde zeer sterke hervormingen door in z’n overheidsbeleid (minder
overheidsmacht), met wel als gevolg een stijging van de ongelijkheid
- Dus voor continentaal europa is het niet echt veel, maar de anglo-saksische en niet-europese
werelden wel.
- Ook vertrekken alle landen vanaf een ander level: bv de anglo-saksische landen waren ook in
1985 al ongelijker dan continentaal-europese landen
- Je kan zeggen dat er sinds 2013 wel nog sterke veranderingen kunnen zijn geweest door al de
crisissen, maar dat hebben we op deze slide dus niet besproken
5
, - Kuznets publiceerde in de jaren 1950’: als een land industrialiseerd, de ongelijkheid eerst stijgt
en dan daalt (= kuznets curve): denk 19de eeuws en vroeg 20ste eeuws europa: geweldige
rendementen voor de eigenaars/patronen, maar massale armoede en proletarisering van het
overgrote merendeel van de bevolking. Daarna (bij ons rond de sociale hervormingen na de
eerste wereldoorlog/1918) kwam er een daling van de ongelijkheid.
- Er was hier wat empirisch bewijs (zie grafiek) (maar in hindsight zie je dat er slechts een zwak
kwadratisch verband op zit: als de boog er niet door was getekend, hadden weinige studenten
maar enige correlatie gezien). Landen meer naar rechts hebben een hoger gdp per capita, en
zijn dus rijker per individu (meestal)
- En het grote probleem dat we er nu mee zien is: HET IS GEEN ONTWIKKELING DOORHEEN DE
TIJD (geen tijd-as op de x-as) VAN EEN LAND: HIJ VERGELIJKTE JUIST CROSS-SECTIONEEL (=
analyse van meerdere (idg) landen op hetzelfde moment) LANDEN DIE OP VERSCHILLENDE
ONTWIKKELINGSNIVEAU’S LIGGEN: EN HET IS GEVAARLIJK OM EEN TIJDSINTERPRETATIE TE
GEVEN AAN CROSS-SECTIONELE ANALYSES (indien we bv pakistan ofzo doorheen de tijd
(tijdsanalyse = analyse van één (idg) land op meerdere momenten = omgekeerde van cross-
sectioneel onderzoek) en niet cross-sectioneel zouden volgen, zouden we geen kuznets-curve
vinden, maar eerder een huidige toename van de ongelijkheid na een periode van dalende
ongelijkheid)
- Nog een mogelijke foutfactor voor waarom Kuznets deze connectie zag is de bias van zijn tijd:
hij publiceerde het in de jaren 50, een periode van erg lage inkomensongelijkheid in de VS en
de wereld, dus daarom misschien een extra reden waarom hij dacht dat inkomensongelijkheid
aan het dalen was tov van stijgingen vroeger.
- Dus nu verwerpen de meeste economen de Kuznets-curve
- Let op: Kuznets claimde nooit dat dit een wet is; maar gewoon dat hij zag dat er een verband
op te merken valt.
6
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Milo97. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.90. You're not tied to anything after your purchase.