Een uitgebreide samenvatting van het basisboek logistiek. Hoofdstukken 1 tot en met 8 zijn uitgebreid samengevat met alle begrippen. Dit is de leerstof voor de toets Logistiek & Informatiemanagement onderdeel Logistiek.
Logistiek omvat de organisatie, de planning, de besturing en de uitvoering van de
goederenstroom vanaf de ontwikkeling en inkoop, via productie en distributie naar de
eindafnemer, inclusief de retourstromen.
Tussen de verschillende functies in de keten vindt uitwisseling van informatie plaats.
Een belangrijk doel van de logistiek is de goederenstroom zodanig te organiseren dat de
kosten zo laag mogelijk zijn en dat de klant zo tevreden mogelijk is over het product dat hij
koopt.
De logistieke keten omvat vier deelgebieden, namelijk:
1. Inkooplogistiek: alle activiteiten die te maken hebben met het aanschaffen van de
materialen die nodig zijn om een product te fabriceren. Het inkoopproces is te
onderscheiden in commerciële inkoop en feitelijke inkooplogistiek.
De commerciële inkoop richt zich op de relatie met de leverancier.
De inkooplogistiek begint feitelijk met het bestellen en vervolgens het ontvangen van
de goederen.
De inkooplogistiek richt zich op het ter beschikking komen van de juiste hoeveelheid
product tegen de juiste prijs.
2. Productielogistiek: richt zich op de inrichting van het productieproces. Hierin kan
onderscheidt gemaakt worden in productiebeheersing en material management.
Productiebeheersing gaat over de noodzakelijke capaciteit aan mensen,
gereedschappen en machines.
Ook de efficiëntie inrichting van een productiebedrijf heeft te maken met
productiebeheersing. Material management gaat om de tijdige aanvoer van de juiste
hoeveelheden grondstoffen, onderdelen en halffabricaten.
3. Distributielogistiek: gaat in het algemeen over drie onderwerpen: de locatie en
inrichting van magazijnen, het beheren van de voorraden en het transport.
Distributie is te onderscheiden in commerciële distributie en logistieke distributie.
Commerciële distributie heeft te maken met de verkoopkanalen. Logistieke distributie
richt zich op de feitelijke goederenstroom.
4. Retourlogistiek: een klant kan verschillende redenen hebben om een ontvangen
product terug te sturen.
Daarnaast kan men te maken krijgen met producten met statiegeld. Het organiseren
van de retourstromen vraagt om een logistieke aanpak.
,Om de logistieke processen in een onderneming te beschrijven, wordt vaak het zogenaamde
integraal logistiek concept gebruikt. Met dit concept kunnen de vier basiselementen van het
logistieke proces geanalyseerd worden.
De vier basiselementen zijn:
1. De grondvorm: hierbij worden alle logistieke processen geanalyseerd. Daarbij
worden ook de voorraadpunten in de keten in beschouwing genomen.
2. De besturing: de centrale vraag bij de besturing van de processen is: ‘wie geeft de
impuls tot een transactie in de keten?’. De termen push en pull komen hier aan de
orde. Tevens is het hier van belang om te bepalen waar voorraad in de keten dient te
worden aangehouden om op tijd te kunnen voldoen aan de klantwensen.
3. Informatiesysteem: hiermee worden de logistieke processen ondersteunt.
4. Logistieke organisatie: het gaat hier om de wijze waarop de personele opbouw van
het bedrijf wordt gerealiseerd. Wie is verantwoordelijk voor welk gedeelte van de
grondvorm: het proces, de besturing en de informatie.
Logistiek heeft ook betrekking op diensten. Bijvoorbeeld het werk van een
onderhoudsmonteur die de ketel van de centrale verwarming komt schoonmaken.
Diensten zijn ontastbare en relatief snel vergankelijke activiteiten, waarbij tijdens de
interactieve consumptie directe behoeftebevrediging centraal staat.
Hieruit blijkt dat diensten vier kenmerking bezitten:
1. Ontastbaarheid: een dienst kan men niet vastpakken of bezitten.
2. Vergankelijkheid: een dienst is tijdelijk. Men kan het niet van tevoren maken,
bewaren of opslaan.
3. Heterogeniteit: elke dienst is weer anders. Heterogeniteit ontstaat door de interactie
tussen de dienstverlener en de klant.
4. Interactieve consumptie: dit betekent dat de klant aanwezig is bij het verlenen van de
dienst. Bijvoorbeeld: een chirurgische ingreep kan niet tot stand komen zonder dat de
klant aanwezig is.
Optimale kwaliteit omvat zowel de technische kwaliteit als de logistieke kwaliteit van een
product of dienst. Onder de technologische kwaliteit wordt de uitvoering van het product
verstaan. De logistieke kwaliteit is de servicegraad die de klant ervaart.
Hoge logistieke kwaliteit betekent het op tijd, in de juiste hoeveelheid en samenstelling het
product leveren op de juiste plaats.
In principe kan gesteld worden dat de kwaliteit goed is als de klant tevreden is met het
product of de dienst.
Grote industriële bedrijven hebben vaak grote onderzoeksafdelingen, waar meestal in het
geheim aan nieuwe producten wordt gewerkt. Deze onderzoeksafdelingen worden
researchafdelingen genoemd.
, Hoe lang men verwacht een product of dienst te verkopen, is de levenscyclus van dat product
of die dienst. Zo zal de vraag naar melk niet zo maar ingrijpend veranderen en de kans dat
melk door een ander product van de markt wordt verdreven, is klein.
De productlevenscyclus wordt in vier fasen ingedeeld, namelijk:
1. Introductiefase: het product is nog niet zo bekend waardoor er weinig vraag naar zal
zijn. De fabrikant loopt in deze fase ook grote risico’s.
2. Groeifase: is voor de fabrikant van groot belang. Het product is voldoende bekend en
er is vraag naar het product.
3. Verzadigingsfase: er wordt een moment bereikt dat er bijna geen nieuwe klanten meer
te vinden zijn. Het succes van de vorige fase heeft concurrenten aangetrokken, die met
een vergelijkbaar of nieuw product op de markt komen.
4. Vervalfase: uiteindelijk is het product of de dienst niet meer aantrekkelijk. De laatste
voorraden worden tegen lage prijzen op de markt gebracht.
Bij de inkoop en opslag moet er op de inkoopmarkt een marktonderzoek uitgevoerd worden
om erachter te komen wat er allemaal te koop is.
Zodra er ingekocht is, volgt er een bestelling en komen de goederen binnen.
Bij productie en distributie moet men zich afvragen hoe het productieproces opgezet moet
worden. Ook moeten de producten bij de klanten terecht komen. Welk distributiekanaal
wordt hiervoor gebruikt?
Aan het ontwikkelen van een product zitten kosten verbonden. Innovatie is het ontwerpen van
een nieuw product of dienst ter vervanging van een verouderd product. Daarbij wordt
opnieuw een ontwikkelingsfase doorlopen.
In de ontwikkelingsfase maakt de ondernemer ook kosten. De belangrijkste kosten in het
ontwikkeltraject zijn:
Kosten voor technische ontwikkeling van een product.
Kosten voor het ontwerpen van de processen die het product produceren en op de
markt brengt.
Kosten voor het testen van het nieuwe product.
Hoofdstuk 2: Van vraag naar logistieke planning
Voor iedere ondernemer is de voorspelling over de mogelijke afzet van zijn product van
belang. Inzicht in het aantal te verkopen exemplaren van het product is van groot belang voor
de inrichting van het hele proces, van inkoop via productie tot distributie.
Op welke wijze kan een vraagvoorspelling gemaakt worden? Er zijn vier verschillende
voorspelmethoden te onderscheiden:
1. Intuïtieve voorspelmethoden: een fabrikant of winkelier zal op zijn gevoel en op
basis van zijn ervaringen producten inkopen.
2. Kwalitatieve voorspelmethoden: er vindt een klantenonderzoek plaats.
3. Causale voorspelmethoden: de winkelier weet dat er onder bepaalde omstandigheden
de vraag naar het product toe zal nemen.
4. Tijdreeksvoorspelmodellen: bij een vraagvoorspelling op basis van tijdreeksen wordt
gebruik gemaakt van omzetcijfers uit het verleden. Dat aantal wordt gebruikt voor de
planning van de productie voor het komende jaar.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller AnneEhme. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.