1ste jaar logopedie en audiologie aan de thomas more hogeschool
Written for
Thomas More Hogeschool (tmhs)
Logopedie
Akoestiek
All documents for this subject (19)
1
review
By: kimfille • 3 year ago
Seller
Follow
amberhugoy
Reviews received
Content preview
Akoestiek
Deel 1. Basis
1. Basisbegrippen
1.1 Symbolen
LETTER BETEKENIS
A Amplitude / oppervlakte
a Versnelling
b Dempingsfactor
B Compressiemodulus
c Golfsnelheid
E Energie
F Kracht
f Frequentie
g Valversnelling (9,81 m/s2 )
h Hoogte
I Intensiteit
l (kleine L) Lengte
m Massa
n Natuurlijk getal
P Vermogen
p druk
t Tijd
R Reflectiefactor
T Periode
V Volume
V Snelheid
W Arbeid
x of y Afstand
, NAAM LETTER BETEKENIS
Alfa Hoek, absoptiefactor
Delta Verschil
Lambda Golglengte
Pi 3,14 of 180°
Rho Dichtheid
Sigma Som
Fi Beginfase
Omega Hoekfrequentie
Nu Rendement
Q Richtfactor
Z Impedantie
Kinematica
o = beweging
o Positie
o Baan
o Snelheid
o Versnelling
Positie, snelheid en versnelling --> kunnen uit elkaar berekend worden
Wat is kracht?
o Uitwendige oorzaak
o Verandering van bewegingstoestand
o Uitwerkingen (statisch-dynamisch)
o Vectoriële grootheid
Grootheid
Aangrijpingspunt
Richting
Zin
o Voorbeelden: zwaartekracht, veerkracht
1.2. Newton
1.2.1. Het eerste beginsel van Newton (=traagheidsbeginsel)
Geen resulterende kracht:
o Wat in rust is, wil in rust blijven
o Wat in beweging is, wil in beweging blijven + dezelfde constante snelheid
behouden
o Bv. auto remt, jij vliegt naar voor (je bent in beweging, dus je wilt in beweging
blijven)
o Bv. auto begint te rijden aan hoge snelheid, jij gaat naar achter (je was in rust,
dus je wilt in rust blijven)
, 1.2.2. Het tweede beginsel van Newton (=causaliteitsbeginsel)
Resulterende kracht op een voorwerp geeft het voorwerp een versnelling
Wanneer een kracht (F) werkt op een voorwerp met een bepaalde massa (m), zal dit
voorwerp een versnelling (a) krijgen
o Product van m en a is gelijk aan de kracht
FORMULE: F=m a
Zware voorwerpen --> moeilijker van bewegingstoestand te veranderen dan lichte
voorwerpen
1.2.3. Het derde beginsel van Newton (=actie-reactie)
Opstelling in rust (--> geen beweging):
o Wanneer een voorwerp 1 een kracht uitoefent op voorwerp 2
Voorwerp 2 zal een zelfde kracht uitoefenen op voorwerp 1 in
tegengestelde zin
Als een voorwerp 1 een kracht uitoefent op voorwerp 2, zal voorwerp 2 een even
grote (maar tegengestelde) kracht uitoefenen op voorwerp 1
Reactiekracht met accent: F’
1.3. Druk
1.3.1 Waarom?
Luchtdeeltjes als medium
Geluid
1.3.2 Het begrip
Verhouding van loodrechte kracht op voorwerp tot opp. van contactoppervlak
o Wanneer een kracht (uitgaand van voorwerp) loodrecht inwerkt op ander
voorwerp, dan voert het 1ste voorwerp een kracht uit op het 2de voorwerp
p= F/A
SI eenheid: Pa = N/m2 --> Pa = kg/ms2
Andere
o 1 atmosfeer (atm)
o 1 bar
o 1013 hPa
1.3.3. Druk in een gas
Deeltjes in gas bewegen met gemiddelde temperatuur bij bepaalde temperatuur
(hoe hoger temperatuur, hoe sneller ze bewegen)
Botsen tegen wand --> richtingverandering
o Gasdeeltjes oefenen een kracht op wand uit: F
o Wand oefent tegengestelde kracht op gasdeeltje uit: F’
o Totale kracht van alle gasdeeltjes: Ft
o Druk van gas: p= Ft / A
, Meer gasdeeltjes in eenzelfde volume --> meer druk
Evenveel deeltjes in kleiner volume --> meer druk
Hogere temperatuur --> meer beweging van deeltjes --> meer druk
GASWET VAN BOYLE EN MARIOTTE
o Constante temperatuur
o Eenzelfde hoeveelheid gas in groter volume
o Deeltjes leggen n keer meer weg af vooraleer ze botsen
o Druk op wand = n keer kleiner
o p1 V1 = p2 V2 --> constante
1.3.4. Atmosferische druk
Normale luchtdruk
o Verschillende luchtlagen
Lucht neemt zoveel mogelijk plaats in = uitzettend karakter
Bovenliggende gewichtkracht op onderliggende gewichtskracht =
samendrukkende kracht
Stabiele situatie --> uitzettend karakter = samendrukkende kracht
Lucht drukt op voorwerpen = LUCHTDRUK
= atmosferische druk
Pa
Dichter bij aardopp. --> hogere luchtdruk
Zeeniveau: p0 = 1013hPa
Barometer
1.3.5. Drukverschil over membraan
Druk aan beide zijden gelijk --> geen resulterende kracht
Druk aan 1 zijde groter dan andere zijden --> p = drukverschil
o Resulterende kracht
o Vervorming
o Veerkracht in membraan
Drukverschillen zorgen ervoor dat er geluid waargenomen kan worden
Doel
o Druk --> kracht --> beweging --> arbeid --> energie --> vermogen --> intensiteit
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller amberhugoy. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.88. You're not tied to anything after your purchase.