samenvatting psychopathologie ontwikkelingspsychologie, let op; alleen ontwikkelingspsychologie! wilt u ook het onderdeel communicatie, volwassenen en kinderen dan kan u de bundel kopen.
9 DE COGNITIEVE ONTWIKKELING IN DE PEUTER- EN KLEUTERTIJD
9.1 DE INTELLECTUELE ONTWIKKELING
Peuters en Kleuters
Hoge creativiteit en verbeeldingskracht
Steeds meer genuanceerd taalgebruik
Redeneren gaat vooruit
Verklaring: verschillende theorieën
9.1.1 PIAGETS STADIUM VAN PREOPERATIONEEL DENKEN
Stappen in het preoperationeel stadium (van 2-7 jaar)
Gebruik van symbolische denken groeit
o Symboolegbruik: het vermogen om een symbool, woord of object te gebruiken
om iets weer te geven of te vervangen op het moment dat deze fysiek niet
aanwezig is
Bv. een banaan als telefoon of geweer gebruiken
Het vermogen om te redeneren ontstaan
o Operaties: georganiseerde, logische, formele mentale processen
Het gebuik van begrippen neemt toe
DE RELATIE TUSSEN TAAL EN GEDACHTEN
Onlosmakelijk verbonden
Taal vloeit voort uit cognitieve vooruitgang
Symboolgebruik = de kern van complexer taalgebruik
Symbolisch denken verloopt sneller dan het denken in het sensomotorisch stadium
Kunnen denken over het heden en over de toekomst
CENTRATIE: WAT JE ZIET IS WAT JE DENKT
Het onvermogen van het jong kind om zich op meer dan één aspect van de stimulus
te concentreren
Focus op opvallende elementen leidt tot onnauwkeurigheden in het denken
Visueel beeld domineert het denken
CONSERVATIE: LEREN DAT UITERLIJKE SHIJN BEDRIEGT
Het inzicht dat kwantiteit niet gerelateerd is aan de opstelling en de uiterlijke
verschijningsvorm van objecten
Verandering in één dimensie is niet noodzakelijk verandering in een andere dimensie
Neiging tot centratie weerhoudt kleuters van focus op de essentie
1
,= bv. 2 glazen met de zelfde hoeveelheid zijn gelijk. Vanaf je het ene glas overkapt in een
langer glas, gaat het kind denken dat in het langer glas meer drinken zit.
ONVOLLEDIG BEGRIP VAN TRANSFORMATIE
Kleuters zien enkel een toestand en geen transformatie
Transformatie: het proceswaarbij de ene toestand verandert in de andere
EGOCENTRISME: HET ONVERMOGEN OM ZICH TE VERPLAATSEN IN ANDERE
Ander fysiek perspectief
Andere gedachten, gevoelens of standpunten
Niet bewust van effect van hun gedrag op anderen
HET ONTSTAAN VAN INTUÏTIEF DENKEN
Vorm van denken waarbij peuters en kleuters gretig kennis over de wereld
verwerven en primitief redeneren
Voorbereiding op geavanceerdere vormen van redeneren
o Functionaliteit: actief, gebeurtenissen en resultaten zijn gerelateerd
o Identiteit: zaken blijven hetzelfde ongeacht verandering van vorm, omvang of
uiterlijk
9.1.2 DE INFORMATIEVERWREKINGSTHEORIE VAN COGNITIEVE ONTWIKKELING
Informatieverwerkingtheorie: gericht op veranderingen in de mentale programma’s die
kinderen gebruiken om problemen te benaderen
HET BEGRIP VAN GETALLEN IN DE PEUTER- EN KLEUTERTIJD
Kleuters hebben een buitengewoon goed ontwikkeld begrip van getallen
Kunnen tellen op een systematische en consequente manier
HET GEHEUGEN: HERINNERINGEN AAN HET VERLEDEN
Autobiografisch geheugen: herinneringen van specifieke gebeurtenissen uit ons eigen leven
Scripts: algemene weegave in het geheugen van gebeurtenissen en de volgorde waarin ze
optreden (bv. in een chique restau weet je dat je moet reserveren, je uw plek krijgt,…)
Het geheugen van peuters en kleuters
Nauwkeurigheid autobiografisch geheugen neemt gaandeweg toe na het 3e
levensjaar
2
, o Waardering vd gebeurtenis
o Scripts die steeds uitbereiden
Valkuilen
o Gevoelig voor suggestie
Je zegt dat iets is gebeurt, zij gaan dit aannemen ookal herinneren ze
zich dit niet.
o Oorzakelijke verbanden worden gesimplificeerd
o Minder nauwkeurig binnen scripts
9.1.3 VYGOTSKY’S VISIE OP COGNITIEVE ONTWIKKELING: OOG VOOR DE ROL VAN
CULTUUR
Volgens Lev Vygotsky staat de sociale en culturele wereld van kinderen centraal bij hun
cognitieve ontwikkeling.
Cognitieve ontwikkeling is een resultaat van sociale interacties waarin kinderen leren
door geleide participatie
o De ouder/leerkracht/andere zorgt dat leren kan plaats vinden
Kinderen zijn leerlingen die cognitieve strategieën aanleren van volwassenen en
leeftijsdgenoten
Aard van deze samenwerking wordt bepaald door cultuur en maatschappij
Dit staat haaks op de benadering van Piaget, die keek naar de individuele prestaties
DE ZONDE VAN NAASTE ONTWIKKELING EN SCAFFOLDING: BEGINSELEN VAN COGNITIEVE
ONTWIKKELING
Zone van naaste ontwikkeling
Het niveau waarop een kind een taak bijna, maar niet helemaal zelfstandig kan
begrijpen of uitvoeren
Cognitieve vaardigheden verbeteren door nieuwe info te geven binnen de zone van
naaste ontwikkeling
3 soorten taken:
Taken die het kind al kan
Taken die nog te moeilijk zijn
Taken die kinderen kunnen leren onder begeleiding
bij een kind met een klein beetje hulp zal de uitvoering beter zijn.
Scaffolding
De ondersteuning bij leren en probleemoplossing die zelfstandigheid en groei
bevordert
Helpend bij het oplossen van een probleem, maar ook bij de cognitieve ontwikkeling
Het gaat om het aanbieden van een passend aanknopingspunt
3
, 9.2 TAAL ONTWIKKELING
9.2.1 LIGNUÏSTISCHE VOORUITGANG IN DE PEUTER- EN KLEUTERTIJD
Taalontwikkeling bij peuters en kleuters
Op 2 à 3 jarige leeftijd elke maand een verdubbeling van syntaxis (= combineren van
woorden tot zinnen)
Woordenschat neemt toe via fast mapping (= nieuwe woorden meteen koppelen aan
de betekenis
Meestal gramaticaal correcte constructies
9.2.2 EGOCENTRISCH TAALGEBRUIK
Evolutie van egocentrishc taalgebruik tot sociaal taalgebruik
Egocentrisch taalgebruik = gesproken taal die niet bedoeld is voor anderen
Sociaal taalgebruik taalgebruik gericht op anderen om begripen te worden
o Nood aan pragmatiek
9.2.3 ARMOEDE EN TAALONTWIKKELING
Onderzoek van Hart en Risley
Taal waaraan kinderen thuis worden blootgesteld heeft een grote impact op hun
cognitieve vaardigheden
Hangt af vh economisch niveau van het gezin
o Aantal woorden, de variatie in woorden en de soort taal
is anders naar kindere van rijke gezinnen dan arme gezinnen.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller studentjeergo. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.70. You're not tied to anything after your purchase.