Woordenschat
Woordgeheugen
- Mentaal lexicon
o Woordgeheugen
- Identiteiten van woorden
o Akoestische identiteit
▪ Wijze waarop een woord klinkt
o Articulatorische identiteit
▪ Wijze waarop je een woord uitspreekt
o Fonologische identiteit
▪ Akoestische en articulatorische identiteiten samen
o Morfologische identiteit
▪ Kennis over de opbouw van woorden
o Semantische identiteit
▪ Betekenis van een woord, zoals die is omschreven in een
woordenboek
o Syntactische identiteit
▪ Mogelijkheden van een woord om met andere woorden
gecombineerd te worden
o Orthografische identiteit
▪ Spelling van een woord
- Diepe woordkennis
o Niet alleen nieuwe woorden leren, maar ook de betekenis achter de
woorden te vergroten
- Productieve woordenschat
o Actieve woordenschat
o Woordenschat die daadwerkelijk gebruikt wordt
- Receptieve woordenschat
o Passieve woordenschat
o Woordenschat die het kind wel beheerst, maar niet gebruikt
Woordenschatverwerving
- Labelen
o Een woord koppelen aan een voorwerp of gebeurtenis uit de
werkelijkheid
o Vindt altijd plaats in een concrete context, waarbij je je zintuigen kan
inschakelen
- Categoriseren
o Betekenissen met elkaar combineren
o Woorden onderbrengen bij overkoepelende begrippen
o Systematische opbouw van de woordenschat in het geheugen
- Netwerkopbouw
o Woordenschat wordt ontwikkeld door allerlei betekenissen in het
geheugen aan elkaar te koppelen
Woordleerstrategieën
- Analyseren op een woord
, o Woorden in stukjes hakken
o Aparte delen analyseren
- Gebruikmaken van de (verbale en non-verbale) context
o Betekenis afleiden uit de woorden er omheen
- Gebruikmaken van een bron in de eerste of de tweede taal
o Vragen aan anderen
o Woordenboek of internet
- Letten op overeenkomsten tussen eerste en tweede taal
o Klankovereenkomsten
Soorten taalgebruik
- Vaktaalwoorden
o Vakinhoudelijke woorden die niet in het gewone taalverkeer
voorkomen
- Schooltaalwoorden
o Abstracte begrippen die de leerlingen moeten kennen om het
onderwijs te kunnen volgen
- Inhoudswoorden
o Duidelijke begrippen als vak- en schooltaalwoorden
- Functiewoorden
o Woorden met minder duidelijk omschreven betekenissen
- Signaalwoorden
o Woorden die informatie geven over de relaties in een tekst
- Cognitieve Academische Taalvaardigheid (CAT)
o Schoolse taalgebruik
- Dagelijkse Algemene Taalvaardigheid (DAT)
o Taalgebruik in de dagelijkse omgang
Woordenschat en schoolsucces
- Wanneer kinderen een geringe woordenschat hebben, is de kans op
problemen bij begrijpend lezen groot
- Bij technisch lezen is woordkennis belangrijk
- Woordenschat is bij mondelinge taalvaardigheid nodig
- Wanneer een kind een kleinere woordenschat heeft dan gemiddeld, is de
kans groot op problemen in de toekomst
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller danarona. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.