Dit is een samenvatting van H2: Rechtsstaat van het boek Dilemma (4-6 VWO). Het bevat de belangrijkste punten van elke paragraaf (1 t/m 6). Ook zijn alle begrippen die bij de paragraaf horen uitgeschreven voor het gemak.
Hopelijk kan dit jou als potentiële koper helpen met het maken van het tenta...
H2.1 Vrijheid of veiligheid?
Begrippen
Geweldsmonopolie: Alleenrecht van de overheid op het legitiem gebruik van geweld.
Grondrechten: Belangrijkste rechten van burgers die de staat moet respecteren. Er zijn klassieke en
sociale grondrechten.
Legaliteitsbeginsel: Twee betekenissen:
- De overheid is ook aan regels gebonden.
- Je mag pas voor iets gestraft worden als het strafbaar gesteld is.
Machtenscheiding (trias politica): Spreiding van de staatsmacht over drie machten: de wetgevende,
de uitvoerende en de rechterlijke macht.
Onafhankelijke rechtspraak: Rechters handelen volgens het recht en laten zich niet beïnvloeden
door bijvoorbeeld de politiek.
Rechtsbescherming: Burgers worden door de overheid beschermd tegen willekeur en
machtsmisbruik van de overheid.
Rechtshandhaving: De overheid handhaaft de geldende rechtsregels.
Rechtsstaat: Een staat waarin de machten gescheiden zijn, het legaliteitsbeginsel geldt, er een
onafhankelijke rechtspraak is en waar grondrechten (in theorie en in de praktijk) burgers
beschermen tegen willekeurig overheidsoptreden.
Sociaal contract: Burgers staan daarbij individuele vrijheden af aan een soevereine macht en krijgen
hier orde en veiligheid in de samenleving voor terug.
Samenvatting
In een staat waarin de overheid in staat is om de veiligheid van burgers te garanderen → Overheid
heeft gezag en voert het geweldsmonopolie (alleen de overheid mag geweld gebruiken tegen
burgers voor orde en om criminaliteit op te sporen) uit.
Orde handhaven → Handhavingstaak
Criminele activiteit op te sporen → Opsporingstaak. Zo mag de politie iemand staande houden en
eventueel daarna aanhouden.
Alle bevoegdheden van de overheid zijn aan regels gebonden. Nederland is een rechtsstaat.
Sociaal contract tussen burgers en de politieke macht:
→ Burgers staan individuele vrijheden af aan de hoogste macht.
→ Ze krijgen hiervoor orde en veiligheid in de samenleving voor terug.
→ Burgers accepteren het geweldsmonopolie en dat iedereen zich eraan moet houden.
De officier van justitie geeft de leiding aan de politie bij de opsporingstaak. Alle officieren van justitie
bij elkaar wordt ook wel het Openbaar Ministerie ( OM) genoemd.
Staten met veel politiebevoegdheden zonder verantwoording af te leggen → Politiestaten.
Een rechtsstaat moet in principe voldoen aan vier samenhangende kenmerken:
- Aanwezigheid van grondrechten: Grondrechten beschermen burgers tegen machtsmisbruik
van de overheid. Grondrechten beperken de macht van de overheid.
- Het legaliteitsbeginsel: Biedt burgers rechtszekerheid en gaat over twee dingen:
→ Alles wat de overheid doet, moet gebaseerd zijn op de wet.
→ Je kan alleen gestraft worden als in de wet staat dat het strafbaar is.
- Een machtenscheiding: De verdeling van de macht staat ook wel bekend als de trias politica.
De machten moeten elkaar controleren en in balans houden.
- Een onafhankelijk rechtspraak: In een rechtsstaat moeten rechters onafhankelijk zijn.
Daarnaast moeten ze ook onpartijdig zijn.
1
, Het recht wordt vaak in drie rechtsgebieden onderverdeeld:
→ Burgerlijk recht: Heet ook wel civiel recht, de rechter doet uitspraak over
conflicten tussen burgers.
→ Bestuursrecht: Conflicten tussen burgers (of rechtspersonen) en de overheid.
→ Strafrecht: Iemand wordt verdacht van een strafbaar feit.
Rechtsbescherming → In een rechtsstaat worden burgers beschermd door de overheid tegen
willekeur en machtsmisbruik van de overheid.
Wat weegt nu zwaarder: rechtsbescherming of rechtshandhaving?
H2.2 Grondrechten: beperken of niet?
Begrippen
Gelijkheidsrecht: Verwerkt in artikel 1 van de Grondwet: ‘Allen die zich in Nederland bevinden
worden in gelijke gevallen gelijk behandeld.’ Het gelijkheidsrecht is gebaseerd op het
gelijkheidsbeginsel.
Klassieke grondrechten: Fundamentele rechten die vastgesteld zijn in de Grondwet om de vrijheid
van burgers te beschermen tegen willekeurig overheidsoptreden.
Politieke rechten: Rechten die het voor burgers mogelijk maken om aan de democratie deel te
nemen, bijvoorbeeld kiesrecht en petitierecht.
Sociale grondrechten: Grondrechten waarbij de overheid een zorgplicht heeft op het gebied van
onderwijs, bestaanszekerheid, huisvesting en volksgezondheid.
Vrijheidsrechten: Rechten die burgers belangrijke vrijheden bieden, zoals de vrijheid van godsdienst,
vrijheid van meningsuiting of de vrijheid van vereniging en vergadering.
Samenvatting
Etnisch profileren is een vorm van discriminatie en wettelijk verboden.
De politie mag wel preventief fouilleren (de politie mag kleding onderzoeken van mensen die niet
verdacht zijn). Vaak maakt de politie keuze bij het fouilleren. Er kan sprake zijn van selectief
preventief fouilleren.
Identificatieplicht → Alle burgers 14 jaar of ouder, zijn verplicht om een identiteitsbewijs op zak te
hebben.
Als er over grondrechten wordt gesproken, gaat het meestal om klassieke grondrechten (ook wel
mensenrechten of fundamentele rechten genoemd).
Deze zijn als volgt in te delen:
- Gelijkheidsrechten: Artikel 1 van de Grondwet. Hierin staat dat iedereen gelijk behandeld
wordt en dat discriminatie niet is toegestaan.
- Politieke rechten: Maakt het voor burgers mogelijk om aan de democratie deel te nemen.
Hierbij horen actief- en passief kiesrecht bij.
- Vrijheidsrechten: Deze rechten bieden burgers bepaalde vrijheden, waarbij de overheid zich
zo terughoudend mogelijk moet opstellen.
-
Naast klassieke rechten staan in de Grondwet ook sociale grondrechten. De overheid heeft alleen
inspanningsverplichting → Ze moeten zorg besteden aan onderwijs, huisvesting, volksgezondheid en
bestaanszekerheid.
De Nederlandse Grondwet geldt voor iedereen die zich in Nederland bevindt.
Artikel 7 van de Grondwet → Regelt het censuurverbod: je hoeft geen toestemming te vragen
voordat je iets zegt of publiceert.
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Justin1303. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.