Hoorcollege 1, Introductie thema en organisatie
van de acute geestelijke gezondheidszorg
De student kan
Uitleggen hoe de Nederlandse acute geestelijke gezondheidszorg georganiseerd is;
Uitleggen wat het bio-psychosociaal model inhoudt;
Uitleggen welke stigma’s er bestaan rondom het thema psychiatrie.
Nederlandse acute geestelijke gezondheidszorg
De GGZ in Nederland zorgt voornamelijk voor het voorkomen van de psychische
aandoeningen en voorlichting, maar ook;
- Het behandelen en genezen van psychische aandoeningen
- Het zo goed mogelijk laten deelnemen van mensen met een chronische psychische
aandoening aan de samenleving
- Het bieden van (ongevraagde) hulp aan mensen die ernstig verward en/of verslaafd
zijn en die uit zichzelf geen hulp zoeken
Eerste lijn GGZ
- De huisarts
- POH
- Maatschappelijk werk
- Eerstelijns psychologen
Tweede lijn GGZ, ook wel de gespecialiseerde GGZ
- Ambulant (90%)
o De patiënt blijft tijdens de behandeling thuis en aan het werk.
- Deeltijdbehandeling (1,5 %)
o De patiënt gaat enkele dagen per week naar de ggz-instelling toe.
- Gemengd residentiële zorg (3%)
o Een combinatie van klinische en ambulante behandeling
- Residentiële zorg (9%)
o Klinische behandeling of het wonen in een beschermde woonomgeving
Crisisopvang
- Acute of spoedeisende hulp, ook wel crisisopvang genoemd
- Vrijwillige opname
- Gedwongen opname
, Bio-psychosociale model
Bio-psychosociaal model betekent dat verschillende factoren meespelen in de klacht van de
patiënt.
Stigma’s
Een stigma is een brandmerk dat aan een bepaald persoon, groep personen of zaak wordt
gekoppeld. Een stigma kan ook een negatief vooroordeel zijn dat leeft onder een
bevolkingsgroep. Je heb verschillende soorten stigma’s
Stigma Door? Voorbeeld
Zelfstigma (geïnternaliseerd stigma) Opgelegd door jezelf ‘…ik ben depressief dus ben ik een
mislukkeling…’
Publiek stigma Opgelegd door de ‘…gekken zijn gevaarlijk…’
maatschappij (bijv. de media
of andere mensen)
Associatief stigma Opgelegd door mensen naar ‘…zij voedt haar kind niet goed
de naasten van de patiënt op…Het is haar schuld dat de
dochter een psychiatrische stoornis
heeft…’
Structureel stigma Effect van de bepaalde ‘Niet mogen autorijden bij bepaalde
wetten, regels en psychische aandoeningen’
procedures ‘Niet welkom bij een
zorgverzekering als je een
psychiatrische aandoening hebt’
,Gevolg van stigma voor de patiënt en de naasten?
- Het zelfvertrouwen neemt af
- Mensen raken geïsoleerd
- Ze worden uitgesloten van de dagelijkse activiteiten
- Het is moeilijker een baan te krijgen en te houden
- Mensen zoeken minder snel hulp waardoor het herstel langzamer en moeilijker is
,Hoorcollege 2, Stemmingsstoornissen en
angststoornissen
De student kan (de)
Etiologie, symptomen en behandeling benoemen van angst- en dwangstoornissen
(paniekstoornis, gegeneraliseerde angststoornis, specifieke en sociale fobie, PTSS,
obsessief-compulsieve stoornis);
Etiologie, symptomen en behandeling benoemen van stemmingsstoornissen
(depressie en een bipolaire stoornis);
Aan de hand van een casus aangeven welke symptomen het beste passen bij angst-
en dwangstoornis;
Aan de hand van een casus aangeven welke symptomen het beste passen bij een
stemmingsstoornis.
Angst- en dwangstoornissen
Dit is in te delen in verschillende soorten stoornissen
1. Paniekstoornis
2. Gegeneraliseerde angststoornis
3. Specifieke fobie
4. Sociale fobie
5. PTSS
6. Obsessief-compulsieve stoornis
Paniekstoornis
Een angst die gericht is voor het optreden van een paniekaanval, je bent zo bang voor nog
een aanval dat je situaties gaat vermijden!! (zoals bijvoorbeeld het OV)
Etiologie 2 – 5 % van de bevolking, het komt vaker voor bij vrouwen dan bij
mannen en er speelt een genetisch component (50%)
Niet iedereen die een paniekaanval heeft gehad, ontwikkeld een
paniekstoornis !
Symptomen Wanneer je langer dan 1 maand na de paniekaanval;
- Bezorgd bent over het krijgen van een nieuwe paniekaanval of de
gevolgen ervan
- Aanzienlijke gedragsveranderingen, zoals vermijden van
openbare ruimtes of onbekende situaties om de paniekaanval te
voorkomen -> anticipatieangst
Affectieve symptomen
- De aanval bereikt na 5 – 10 minuten een piek van intense angst
en neemt daarna af in intensiteit
- Anticipatieangst !
- Controle verlies
Somatische symptomen
- Verhoogde arousal (door activatie van het centrale en autonome
CS)
- Palpitaties
- Trillen en beven
- Benauwd
- Misselijk of maagklachten
- Een onwerkelijk gevoel
- Koude rillingen
- Angst om dood te gaan
- Transpireren
- POB
, Gedragssymptomen
- Vermijden van bepaalde situaties
- Angst en bezorgdheid voor somatische pathologie
Anatomie - Afwijkende GABA neurotransmitterssysteem
- Hypo actieve serotonine
- Verstoring in de prefrontale cortex en de amygdala
Behandeling Dit bestaat uit;
1. Psychofarmaca
2. Antidepressiva (en benzo’s)
3. Cognitieve gedragstherapie
Paniekstoornis met agorafobie
Angst dat ontsnappen uit een ruimte (open of gesloten) moeilijk kan zijn en/of hulp niet
beschikbaar is (pleinangst) -> niet te verwarren met claustrofobie
Symptomen - Langer dan 6 maanden angst voor minimaal 2 agora fobische
situaties
- Angst voor open of gesloten ruimtes
Gegeneraliseerde angststoornis (GAS)
Buitensporige zorgen over de dagelijkse dingen (werk of relatie) zonder enige reden,
waarbij de bezorgdheid niet onder controle te houden is en niet wordt uitgelokt door
bepaalde situaties. Het beperkt je dagelijks functioneren.
Etiologie 4,5 % van de bevolking en ook hier meer vrouwen dan mannen, de
genetische factoren spelen ook mee voor 30%
Symptomen Wanneer symptomen langer dan 6 maanden zijn spreek je van GAS
Affectieve symptomen
- Langdurig en voortdurend piekeren
- Niet meer kunnen genieten
- Opgejaagd gevoel
Somatische symptomen
- Zeer vermoeid
- Lichamelijke reacties op angstklachten
Gedragssymptomen
- Vermijding
- Overmatige bezorgdheid naar partner en kinderen
Anatomie - Een verminderde prefrontale activiteit
- Verhoogde limbische activiteit
- Hypoactiviteit van het GABA en serotonine
Behandeling Dit bestaat uit;
1. Psychofarmaca
2. Antidepressiva (en benzo’s)
3. Cognitieve gedragstherapie
, Specifieke fobie
Buiten proportionele angst voor een specifiek object zoals bijvoorbeeld; spinnen of muizen
Etiologie Komt vaker bij vrouwen voor dan bij mannen en er is sprake van een
hoge genetische kwetsbaarheid.
Symptomen - Er moet minimaal 6 maanden sprake zijn van een hevige angst
en het vermijden van het object
- De irrationaliteit van de angst word herkent, maar het
object/situatie wordt alsnog vermeden
o ‘…Ik weet dat de spin mij niks doet en dat het nergens op
slaat, maar ik ben er alsnog bang voor…’
- Er zijn geen andere symptomen
Anatomie - Er is een verhoogde activiteit van het limbisch systeem
o Emotie, motivatie, genot, emotioneel geheugen
- Er is met name een verhoogde activiteit van de amygdala
o Hier word de informatie van de zintuigen gekoppeld aan
emotie
- Een verlaagde activiteit van de prefrontale kwab
o De emotie regulatie
Behandeling Exposure technieken
Sociale fobie
Buiten proportionele angst om onderworpen te worden aan de aandacht van anderen en
extreem bang zijn om wat andere mensen over de zeggen.
Specifiek: dit is in één specifieke situatie, zoals bijvoorbeeld alleen bij spreken in openbaar
Gegeneraliseerd: dit is bang zijn in verschillende situaties
Etiologie Komt vaker voor bij vrouwen dan bij mannen en de genetische factoren
spelen 40-50% mee
Symptomen Langer dan 6 maanden een hevige en aanhoudende angst en vermijding
van situaties waarin iemand jou kritisch kan beoordelen
Affectieve symptomen:
- Angst
- Angst voor afwijzing
Somatische symptomen:
- Blozen
- Palpitaties
- Transpireren
- Tremoren
Gedragssymptomen
- Patiënten gedragen zich verlegen, waardoor er een sociale
isolatie dreigt
- Situaties worden vermeden
- Vermijden van oogcontact (soms)
- Weinig praten om niet op te vallen
Behandeling - Voornamelijk cognitieve therapie
- Farmacologie zoals antidepressiva (SSRI) en benzo’s
Of bij specifieke sociale fobie kan je een bétablokker nemen vóór de
situatie waar een fobie voor aanwezig is
, PTSS
Psychisch gevolgen direct ten gevolg van een buitengewoon psychisch of fysiek trauma.
Etiologie - Type 1 trauma: eenmalig onverwachte stressor van korte duur
- Type 2 trauma: herhaalde of aanhoudende stressor
Er is ook sprake van een aangeboren kwetsbaarheid (30%), 75% van de
bevolking heeft wel eens iets traumatisch meegemaakt en 7.5%
ontwikkeld hiervan PTSS.
Symptomen De symptomen zijn bijvoorbeeld;
- Herbelevingen
- Vermijding
- Spanning
Affectieve symptomen
- Eventuele aanhoudende prikkelbaarheid, boos, afschuw en/of
angstig
- Eventuele vervlakking van gevoelens
- Schuld en schaamte
Somatische symptomen
- Verhoogd arousal niveau
- Verstoord slaappatroon
Gedragssymptomen
- Vermijden
- Vermijden van gesprekken over gebeurtenis
- Terugtrekgedrag
Anatomie Na het trauma is de HPA-as ontregeld
- Dit is de hypothalamus-hypofyse-bijnier as en dit geeft een
respons op stress
Behandeling De behandeling heeft goed resultaat op PTSS
- EMDR (eye movement desensitization and reprocessing)
o Door oogvolgbewegingen de traumatische gebeurtenis
verwerken
o Dit moet altijd onder begeleiding van een gespecialiseerde
GGZ psycholoog
- IE (imaginaire exposure)
o Herbeleven door in de gedachte terug te gaan naar het
trauma en de manier waarop je naar de herinnering kijkt
veranderen
- Mogelijk behandeling met antidepressiva
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller EstherKeesenberg. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.56. You're not tied to anything after your purchase.