100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Economie integraal HAVO 4 Hoofdstuk 1, 2 en 3 Leeropgavenboek 1 ISBN: 9789462871373 $4.44   Add to cart

Summary

Samenvatting Economie integraal HAVO 4 Hoofdstuk 1, 2 en 3 Leeropgavenboek 1 ISBN: 9789462871373

 84 views  3 purchases
  • Course
  • Level
  • Book

Dit is een samenvatting van hoofdstuk 1, 2 en 3 uit Economie Integraal Leeropgaven deel 1. Zelf heb ik met deze samenvatting een 7,3 gehaald.

Preview 2 out of 11  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1, 2 en 3
  • December 29, 2020
  • 11
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
Economie hoofdstuk 1

Pf1

Koopkracht: De koopkracht van je inkomen heeft aan hoeveel goederen je met je inkomen kunt
kopen.

Nominale stijging: toename van inkomen in geld. Dit betekent niet gelijk dat je meer kan kopen.
Hiervoor moet je eerst naar het prijspeil kijken. Als de prijzen van de producten meer worden dan
dat je inkomen stijgt neemt je koopkracht juist af.

Reële inkomensstijging: de koopkrachtstijging van je inkomen.

Nominale stijging van inkomen berekenen: wat hij eerst verdiende berekenen en wat hij nu verdiend
en dat van elkaar aftrekken.

Reële inkomensstijging berekenen: nominaal indexcijfer : prijsindexcijfer x 100= prijsstijging in
procenten.

Nominale inkomensindex: is het indexcijfer van het nominale inkomen, een verhoudingsgetal waarbij
een basissalaris van het nominale inkomen op 100 is gesteld.

Consumentenprijsindex: een indexcijfer van de gemiddelde consumentenprijzen, waarbij de
basissalaris van de gemiddelde consumentenprijzen op 100 is gesteld.

De index van het reële inkomen is het indexcijfer van het reële inkomen of van de koopkracht. In
formule:

indexcijfer reëel inkomen =

indexcijfer nominaal inkomen: consumentenprijsindexcijfer (in het breuk) x100

Oneindige behoeften: als je iets hebt wat je wilt wil je alleen maar meer.

Welvaart: de mate waarin je kunt voorzien in je behoeften.

Om te kunnen produceren heeft een bedrijf en ook de overheid arbeidskrachten nodig, maar ook
gebouwen, machines, grondstoffen, transportmiddelen en natuurlijke hulpbronnen. Deze
productiemiddelen zijn niet onbeperkt voorhanden. Economen spreken over beperkt beschikbare
productiemiddelen. De beschikbare productiemiddelen bepalen de productiecapaciteit. Dit is de
maximale hoeveelheid producten die er met de beschikbare productiemiddelen kan worden
voortgebracht. Er is schaarste van producten.

Schaarste: er wordt mee bedoeld dat met beperkt beschikbare productiemiddelen niet voldoende
producten kunnen worden geproduceerd om onze oneindige behoeften te vervullen. De producten
moeten worden geproduceerd, je moet ervoor betalen en de mensen moeten de producten willen
hebben. Hoe schaarser een product hoe hoger de prijs.

Economen berekenen de toename van de welvaart door te kijken naar de groei van de koopkracht
van het gemiddelde inkomen per inwoner. Als je de definitie toepast op een een heel land spreek je
van toename in enge zin bij een positief percentage.

, Welvaart in ruime zin: is de mate waarin mensen kunnen voorzien in hun behoeften.

Welvaart in enge zin: is de koopkracht van het gemiddelde inkomen per inwoner.

Welzijn: is de mate waarin je je gelukkig voelt.



Stijging van de welvaart in enge zin betekent niet altijd dat de welvaart in ruime zin ook stijgt.
Vervuiling, uitputting en welvaartsziekten leiden tot daling van de welvaart. Stijging van de
gemiddelde koopkracht kan betekenen dat er een fors deel van het land op vooruit gaat maar dat
een anders juist een koopkrachtdaling heeft.

Stijging van de welvaart in ruime zin kan er ook zijn zonder dat de welvaart in enge zin stijgt.




Pf2

Op welke wijze-leidt schaarste tot het maken van keuzes?

Er bestaat schaarste aan producten. Omdat je behoeften groter zijn dan je middelen, moet je steeds
keuzes maken ofwel prioriteiten stellen.

De beschikbare productiemiddelen van bedrijven en de overheid zijn op meerdere manieren in te
zetten, ofwel alternatief aanwendbaar. Hierdoor worden ook ondernemingen en overheden
gedwongen keuzes te maken. Je weegt keuzes tegen elkaar af door naar de opofferingskosten te
kijken. Opofferingskosten zijn de opbrengsten van het beste, niet gekozen, alternatief voor de keuze
die je maakt. Omdat je dit alternatief niet kiest en deze opbrengsten misloopt, worden deze
opbrengsten opofferingskosten genoemd. Bedrijven en de overheid krijgen ook te maken met
opofferingskosten. Als je wilt weten welke goederen combinaties je met je besteedbare inkomen
kunt kopen, kun je een budgetlijn opstellen. Een budgetlijn is een lijn met alle denkbeeldige
productcombinaties die je bij de gegeven prijzen en een gegeven budget kunt kopen. Het budget is
dat deel van je besteedbare inkomen dat je aan deze producten wilt uitgeven.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Elisevegter. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.44. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

81849 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.44  3x  sold
  • (0)
  Add to cart