Alle leerstof van Communicatieve ontwikkeling. Een volledige samenvatting van de powerpoints, de cursustekst & het handboek van de vier verschillende docenten.
Ik behaalde 15/20 voor het examen.
• Input (zintuigen)
• Verwerking (taalbegrip)
Taal Geluid Gehoor Taal
Spraak
o Boodschap gedeeld van zender naar ontvanger
o Start in de hersenen: idee van boodschap die je wil delen, gedachtenstroom willen omzetten
in taal.
o Spraak dient om die gedachtenstroom om te zetten en tastbaar te maken
= fysiek waarneembare boodschap
o Articulatie en intonatie heel belangrijk om taal om te zetten is spraak
o Geluid: spraak produceren en uiten via spraakorgaan, uitgestuurd in medium lucht, wordt
geleid naar het oor → akoestiek
o Gehoor: via auditieve systeem/gehoor wordt geluid opgevangen
→ omgekeerd proces: boodschap wordt gedecodeerd
→ luchtpartikels worden omgezet in neurologische signalen tot taal
VISUEEL:
o Gebaren ondersteunen onze spraak en taal!
= non verbale communicatie
- mimiek
- houding
- gebaren
- schrijven
- tactiel
- lichamelijke reacties
-…
Communicatie gebeurt via:
o Woorden
o Melodie (luidheid, intonatie, klemtoon en tempo) 80 à 90% van de communicatie
o Non-verbaal gedrag
1
,Dus:
o Observatie van totale gedrag in communicatie is cruciaal
o Communicatieve ontwikkeling: focus op taal, spraak en gehoor
Ruis kan op elk van de bouwstenen van de communicatie een impact hebben.
o Problemen op niveau van taal
o Problemen op spraakorgaan of gehoor
o Problemen bij luchtgeleiding van signaal
→ Elk probleem heeft een eigen specialisatiedomein (logopedist, audioloog, neuroloog, …)
Communicatieve ontwikkeling:
o Doel = naar volwassen model gaan
o Wat zijn voorwaarden voor normale ontwikkeling van spraak en taal?
o Wat is normale ontwikkeling van spraak en taal?
o Onderliggende processen?
Voorwaarden om normale menselijke communicatieve ontwikkeling via spraak & taal te doorlopen:
o Intacte zintuigen
o Intacte hersenstructuren en neurologische connecties
o Intacte structuur en functie van (spraak)organen en lichaamsdelen
Samengevat:
o Input = gehoor (zintuigen)
o Verwerking = taal (hersenen)
o Output = spraak- en taalgedrag (spraakapparaat)
2
,2. Onderliggende processen om informatie te verwerken
Volwassen model:
Conceptualisatie:
o Iets dat de spreker wil meedelen met de luisteraar
o Op dit moment nog geen taalvorm → preverbale boodschap
o Zowel intrapersoonlijke als interpersoonlijke factoren spelen een rol
o Semantisch veld rond concept
→ Rijkheid afhankelijk van persoonlijke ervaringen en kennis van persoon
Lexicon:
o = Geheugenopslagplaats van woorden met hun betekenissen en verbanden met andere
woorden.
o Opgebouwd uit lexemen → lexeem bestaat uit morfemen
o Doel: meest geschikte woord vinden dat correspondeert met het concept
o Representatie van individuele woorden in dit stadium niet begrepen als concreet woord dat
bestaat uit betekenis onderscheidende spraakklanken. → slechts globaal beeld van woord.
o Lexicale selectiestadium afgerond wanneer hoogst geactiveerde lexicale item is geselecteerd
voor productie.
Grammaticale encodering:
o Woorden uit opslag geselecteerd en tot zinnen samengesteld om juiste semantische relaties
tussen woorden uit te drukken.
Fonologisxhe encodering:
o Betekenisonderscheidende spraakklanken selecteren
o In de juiste volgorde zetten
o Metrisch frame selecteren
3
, Motorische planning:
o Structuur specifiek
o Actie programmeren door motorische doelen te definiëren.
o Selecteren van articulatorische bewegingsdoelen
= dynamisch proces waarin overgang van ene klank naar andere reeds bepaald is.
o Motorische plan van een woord is per syllabe opgeslagen in het motorisch werkgeheugen.
o Motorische doelen bevatten informatie over:
- articulatieplaats
- articulatiewijze
- temporele eigenschappen van de spraakbeweging
Motorische programmering:
o Spier specifiek
→ induceren juiste richting, omvang, spanning en snelheid van de spierbewegingen.
o Motorisch programma
= set van spiercommando’s die samengesteld wordt voordat beweging wordt uitgevoerd
o Programmering bevat ook aanpassing en afstemming van motorische plannen.
→ tijdens gebruik aanpassen aan achtergrondlawaai, lichaamshouding, status luisteraar, …
o Hoe meer ervaring met eenzelfde beweging in verschillende contexten, hoe meer informatie
gegeneraliseerd en geclusterd kan worden in abstracte plannen.
Motorische executie:
o Motorische plannen en programma’s omzetten in bewegingen van het spraakapparaat.
Omgekeerde weg: woord horen → verstaan en woordbegrip
overdracht van akoestisch signaal:
1) Spraakklank herkennen en onderscheiden
2) Vasthouden
Decoderen:
→ Bestaand woord?
→ Betekenis van het woord?
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller caroverachtert. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.71. You're not tied to anything after your purchase.