Een kracht= elke oorzaak van vervorming of verandering van de bewegingstoestand van een
voorwerp ( F)
Een statische werking ( vervorming)
Een dynamische werking (beweging)
= verandering van versnelling, a (m/s2)
Krachten zijn vectorgrootheden
= hebben een grootte+ een richting
(bv: zwaartekracht naar middelpunt aarde)
Scalaire grootheden hebben enkel een grootte
(Bv: temperatuur)
Vectorgrootheden kunnen worden opgesteld ( vectoroptelling)
Een voorwerp waarop geen resulterende kracht werkt ( Fr = 0)
Is in rust of beweegt zicht rechtlijnig voort met constante snelheid ( geen wrijving)
“Eerste wet van newton “
De massa m van een voorwerp
= een grootheid evenredig met de hoeveelheid materie in dat voorwerp
= som van de massa van alle deeltjes
= product van de hoeveelheid deeltjes n in mol met de molaire massa M
M=M.n
m (g) = massa
M( g/mol)= de molaire massa, de massa van 1 mol materie
n( mol)= SI eenheid voor een hoeveelheid deeltjes
,van massa naar volume
Volumieke massa of dichtheid p ( kg/m3)
p=m/V -> m=V.p
vb: 1 mol ijzer neemt een volume in van 7,1056 cm3
pfe =55,85g/7,1056 cm3 = 7,860g/cm3= 7860 kg/m3
Praktische definitie kg:
1kg = massa van 1l water bij 4°C
1m3 water= 1000l = 1000kg
pwater = 1000kg/m3 bij 4°C
Ter vergelijking: p lucht = 1,3 kg/m3 (lichter= gasmengsels)
“Tweede wet van newton”
Vaststelling: de versnelling halveert als de massa verdubbelt ( bij even hard duwen)
Het product van massa m en versnelling a is constant voor een gegeven kracht
Het is een goed maatgetal voor de grootte van een kracht
F= m.a
De eenheid van kracht= Newton, N = 1kg.m/s2 = de kracht die een voorwerp met een massa
van 1 kg een versnelling van 1m/s2 geeft.
Twee massa’s ma en mb met afstand r tussen hun zwaartepunten trekken elkaar aan:
F1=F2=FZ+ (G.m1.M2)/r2
Met G= 6,67.10-11Nm2/kg2= gravitatieconstante
“ gravitatie wet van Newton”
, valversnelling/Zwaarteveltsterkte
Fz=m.g
G= G.ma/ra= 9,81m/s2 = ong 10m/s2
Zwaartekracht= Fz= G=m=g (ravitatie)
De druksterkte fc of treksterkte ft van een materiaal
= de druk/trek (spanning) in MPa die het materiaal kan weerstaan vooraleer het bezwijkt of
breekt (compression/tension)
= materiaaleigenschap!
Wordt bepaald d.m.v. proeven op een aantal proefstukken ( meestal 20 bij beton, hout,
staal, glas,…)
De karakteristieke waarde fck of ftk (= waarde die gehaald wordt voor 95% van de geteste
proestukken)
Beton is veel sterker in druk dan in trek (x10)-> gewapend beton ( met staal)
1.2. Warmte en licht
Warmte Q (J of N.m) = energie-uitwisseling tussen systemen die niet in thermisch evenwicht
zijn.
Warmtestroom (W of J/s)= warmte uitwisseling per tijdseenheid
Warmtestroomdichtheid q (W/m2 = J/s.m2)= warmtestroom per oppervlakte-eenheid
Warmte transport
• Conductie/ geleiding = transport door snel- trillende moleculen die hun energie
afgeven aan traag-trillende moleculen
EN door beweging van vrije elektronen ( bij metalen)
• Convectie= warmtestroming in fluïdum (vloeistof/gas) door een verschil in
temperatuur -> densiteit ( vrije convectie)
of een opgelegd verschil in druk ( gedwongen convectie)
Door warmte toevoer/ afvoer bv door contact met een oppervlak verandert de
densiteit van het fluïdum en ontstaat stroming .
• Straling= transport van energie door elektromagnetische straling. In tegenstelling tot
warmtetransport door geleiding en stroming heeft een warmtetransport door
straling geen medium nodig. ( bewegend in vacuüm)
, Elk opp. Straalt energie uit in functie van de temperatuur
Vb. Tzon = 5900 K -> warmtestroomdichtheid q= 66.106 W/m2
Slechts 1353 W/m2 bereikt onze atmosfeer= zonneconstante
Temperatuur is een maat voor de bewegingsenergie van moleculen en atomen
= scalaire grootheid
Maateenheid:
0 (thèta)=1 °C <-> T= 1 K (SI eenheid)
0°C = smeltpunt water
100°C kookpunt water bij1 bar ( 100000Pa)
0 K= -273,15 °C = absolute nulpunt, deeltjes trillen niet
-waarde = warmtegeleidingscoëfficiënt van een materiaal
Geeft aan hoeveel warmte er door een materiaalelement gaat van 1m2 groot en 1m dik bij
een T= 1K
Rotswol = 0.035W/mK
Koper= 200W/mK
Grotere = betere geleiding= slechtere isolatie
R-waarde= warmteweerstand van een materiaallaag of constructie-element
Voor een homogene laag: R=d/ UI (m2K/W)
• d= dikte van de homogene laag in de richting van het warmtetransport
• ui= warmtegeleidingscoëfficiënt (W/(mK))
(Ui; U: rekenwaarde, i: voor binnentoepassing)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lilythoen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.44. You're not tied to anything after your purchase.