Verpleegkundige vaardigheden, deel 2, 9e editie met datzaljeleren.nl
Een uitgebreide en overzichtelijke uitwerking van het vak VPR periode 2 (Fontys Hogeschool). Alle leerdoelen komen uitgebreid aan bod. Een overzicht van alle observatie- en oefenlijsten zitten nog een keer achter in document.
,Leerdoelen
Les 1 – Medicatie
De student:
1. onderscheidt verschillende toedieningsvormen van medicatie;
2. plaatst verschillende medicatie onder de juiste medicatiegroep;
3. raadpleegt het farmacotherapeutisch kompas/handboek parenteralia;
4. dient een oogdruppel toe volgens voorschrift en past de dubbelcheck en de regel van
5 hierbij toe;
5. benoemt wat een voorbehouden handeling is;
6. bepaalt een bloedglucosewaarde volgens protocol;
7. past, volgens protocol, de subcutane injectie techniek toe met een insulinepen
inclusief de dubbelcheck en de regel van 5;
8. werkt met het EPD.
Les 2 – Toedienen subcutane injectie
De student:
1. raadpleegt het farmacotherapeutisch kompas/handboek parenteralia;
2. heeft kennis van de plaatsen op het lichaam waar zich onderhuids lichaamsvet
bevindt die in aanmerking komen voor subcutane injectie;
3. benoemt de mogelijke complicaties die zich voordoen indien een subcutane injectie
op een onjuiste plaats of met onjuiste naaldlengte geïnjecteerd wordt;
4. weet wat het belang is van steriel werken en hoe dit toe te passen;
5. maakt, volgens protocol, een injectie spuit klaar voor subcutane injectie;
6. voert de dubbelcheck uit met een collega/medestudent;
7. benoemt de regel van 5 voorafgaand aan het injecteren bij de medestudent ;
8. geeft medicatievoorlichting aan de zorgvrager (= medestudent);
9. dient de opgetrokken spuit voor subcutane injectie, volgens protocol, toe bij een
medestudent;
10. past juiste momenten handhygiëne toe;
11. neemt maatregelen om prikaccidenten te voorkomen;
12. werkt met het EPD.
Les 3 – Toedienen intramusculaire injectie
De student:
1. raadpleegt het farmacotherapeutisch kompas/handboek parenteralia
2. heeft kennis van de spieren die in aanmerking komen voor intramusculaire injectie
3. vormt zich m.b.v. afbeeldingen een beeld van de anatomie van deze spieren wat
betreft ligging van grote bloedvaten en zenuwen in de spier
4. benoemt de mogelijke complicaties die zich voordoen indien een intramusculaire
injectie op een onjuiste plaats of met onjuiste naaldlengte wordt geïnjecteerd
5. past juiste handhygiëne toe
6. maakt, volgens protocol, een injectie spuit klaar voor intramusculaire toediening
7. voert de dubbelcheck uit met een collega/medestudent
8. benoemt de regel van 5 voorafgaand aan het injecteren bij de medestudent
9. dient de opgetrokken spuit voor intramusculaire injectie, volgens protocol, toe bij een
medestudent
10. neemt maatregelen om prikaccidenten te voorkomen
11. geeft medicatievoorlichting aan de zorgvrager (= medestudent)
12. werkt met het EPD
2
,Les 4 – Beroepsoriëntatie op school
-
Les 5 – Verzorgen rode wond
De student:
1. benoemt de verschillen tussen rode, gele en zwarte wond;
2. beoordeelt de wond met behulp van het TIME model;
3. past de juiste handhygiëne toe en de No-Touch techniek;
4. verzorgt de rode wond volgens wondbehandelplan;
5. geeft uitleg aan de zorgvrager over de wondzorg;
6. verwijdert draadhechtingen en/of agraves;
7. werkt met het EPD.
Les 6 – Verzorgen van de geïnfecteerde gele wond
De student:
1. verzorgt de geïnfecteerde gele wond volgens wondbehandelplan;
2. beoordeelt de wond met behulp van het TIME model;
3. past de juiste handhygiëne toe;
4. werkt volgens de no-touch techniek;
5. geeft uitleg aan de zorgvrager over de wond en de wondzorg;
6. werkt met het EPD.
Les 7 - Oefenen
-
Les 8 – Oefenen
-
OVERZICHT VAN ALLE OBSERVATIE- EN OEFENLIJSTEN ZITTEN NOG EEN KEER
ACHTERIN HET DOCUMENT!
3
, Les 1 – Medicatie
(1) De verschillende toedieningsvormen van medicatie
Er zijn verschillende manieren om medicatie toe te dienen, namelijk:
1. per os (= via mond, oraal)
2. via de tong (= sublinguaal)
3. via de neus (= nasaal);
4. via het oog;
5. via het oor;
6. via de luchtwegen;
7. via de huid;
a. op de huid (= transdermaal)
b. via een injectie (= parenteraal);
• intramusculair (= in de spier)
• intraveneus (= in de ader)
• subcutaan (= onderhuids)
8. via rectale medicatie (= rectaal);
9. via vaginale medicatie (= vaginaal).
Hieronder zal verder op de toedieningsvormen worden ingegaan.
Bij het toedienen van medicatie zijn er enkele uitgangpunten waar de verpleegkundige
rekening mee moet houden.
1. Bij het toedienen van medicatie past de verpleegkundige altijd de “Regel Van Vijf”
toe. Dit houdt in dat de zorgverlener nagaat of;
1. het juiste medicijn wordt toegereikt;
BELANGRIJK!
2. de juiste dosering wordt toegereikt;
3. of het medicijn op de juiste toedieningswijze wordt gegeven;
4. of het medicijn op het juiste tijdstip wordt aangereikt;
5. of het medicijn de juiste patiënt wordt toegereikt.
2. De verpleegkundige dient altijd bekwaam te zijn over;
1. Voldoende kennis over de werking van het medicijn, het ziektebeeld van de
zorgvrager, de farmokinetiek en -dynamiek (zie AFP1) zoals ook de mogelijk
bijwerkingen en complicaties.
2. Voldoende vaardigheden om medicatie op verschillende wijze toe te dienen
en om problemen bij medicijn gebruik te signaleren/op te lossen/over te dragen.
3. De juiste professionele houding om medicatie te geven o.a. door
communicatievaardigheden en non-verbale houding.
1. Medicatie toedienen per os (= oraal)
Medicijnen toedienen per os, ook wel oraal genoemd, is de meest gebruikte
toedieningsvorm. Het geneesmiddel gaat de zelfde weg als het voedsel. Pas
als het geneesmiddel de bloedbaan heeft bereikt zal deze in werking treden.
Hierdoor is deze toedieningsvorm niet voor ieder medicijn geschikt,
bijvoorbeeld medicijnen die door maagsap hun werkzaamheid verliezen.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller AstridSmidt. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.92. You're not tied to anything after your purchase.