Juridische en gedragswetenschappelijke aspecten van de politie (C02A1B)
Summary
Cursus/Samenvatting Juridische en gedragswetenschappelijke aspecten van de politie
44 views 0 purchase
Course
Juridische en gedragswetenschappelijke aspecten van de politie (C02A1B)
Institution
Katholieke Universiteit Leuven (KU Leuven)
Cursus met volledige leerstof wegens gebrek aan cursus van de professor zelf. Het is een zelfgemaakte cursus aan de hand van de inhoudstafel met titels en subtitels die de professor aanbood. Niet in puntjes maar in volle uitgeschreven tekst. Zo gedetailleerd mogelijk.
Ook de meeste belangrijke dele...
Juridische en gedragswetenschappelijke aspecten van de politie (C02A1B)
All documents for this subject (1)
Seller
Follow
EDDRechten
Content preview
JURIDISCHE EN
GEDRAGSWETENSCHAPPELIJKE
ASPECTEN VAN POLITIE –
ACADEMIEJAAR 2019-2020
Prof. dr. Dirk Van Daele
, Inhoudsopgave
INLEIDING: DE POLITIEFUNCTIE, HET POLITIEBESTEL EN HET POLITIERECHT ............... 1
DEEL I. DE HISTORISCHE ACHTERGRONDEN VAN HET HUIDIGE BELGISCHE
POLITIEBESTEL ................................................................................................................................... 4
HOOFDSTUK I. DE PERIODE VÓÓR DE BELGISCHE ONAFHANKELIJKHEID .................... 4
I.1. De Franse oorsprong van de “Belgische” politie ...................................................................... 4
I.2. Het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden (1815-1830) .......................................................... 5
HOOFDSTUK II. DE ONTWIKKELINGEN VANAF DE BELGISCHE
ONAFHANKELIJKHEID TOT AAN DE TWEEDE WERELDOORLOG ...................................... 5
II.1. De uitbouw van de Rijkswacht ................................................................................................ 5
II.2. Het (dis)functioneren van de gemeentepolitie en de landelijke politie ................................... 6
II.3. 1919: de oprichting van de gerechtelijke politie bij de parketten............................................ 6
II.4. De ontwikkelingen in de periode 1919-1940 .......................................................................... 7
HOOFDSTUK III. HET POLITIEBESTEL TIJDENS DE DUITSE BEZETTING .......................... 8
III.1. De Militärverwaltung ............................................................................................................. 8
III.2. De demilitarisering en reorganisatie van de Rijkswacht ........................................................ 8
III.3. De centraal beheerde gemeentepolitie ................................................................................... 9
III.4. De niet-doorgevoerde hervorming van de gerechtelijke politie ............................................. 9
HOOFDSTUK IV. HET POLITIEBESTEL IN DE PERIODE 1944-1980 ................................... 9
IV.1. Het herstel van het vooroorlogse politiebestel ....................................................................... 9
IV.2. De stelselmatige uitbouw en versterking van de rijkswacht ................................................ 10
IV.3. Het status quo inzake de gemeentepolitie ............................................................................ 11
IV.4. Punctuele ingrepen in de organisatie van de gerechtelijke politie ....................................... 11
IV.5. De zaak-François ................................................................................................................. 11
HOOFDSTUK V. HET POLITIEBESTEL IN DE PERIODE 1980-1995 ................................ 12
V.1. Groeiende onrust over het Belgische politiebestel: het Heizeldrama, de C.C.C. en de Bende
van Nijvel ...................................................................................................................................... 13
V.2. Het rapport van de parlementaire onderzoekscommissie Bende van Nijvel (1990) ............. 14
V.3. Het Pinksterplan van de regering Martens VIII (1990) ......................................................... 16
V.4. De verhouding tussen de rijkswacht en de gemeentepolitie.................................................. 19
V.5. De verhouding tussen de rijkswacht en de gerechtelijke politie ........................................... 19
HOOFDSTUK VI. NAAR EEN REORGANISATIE VAN HET POLITIEBESTEL ..................... 19
VI.1. Het rapport van de parlementaire onderzoekscommissie Dutroux (1997) .......................... 20
VI.2. De reactie van de regering Dehaene II ................................................................................. 21
VI.3. Het Octopus-akkoord (1998) ............................................................................................... 22
DEEL II. DE GEÏNTEGREERDE POLITIEDIENST, GESTRUCTUREERD OP TWEE NIVEAUS
.............................................................................................................................................................. 23
HOOFDSTUK VII. DE KRACHTLIJNEN VAN DE WET VAN 7 DECEMBER 1998 ................ 23
, HOOFDSTUK VIII. DE LOKALE POLITIE .................................................................................. 23
VIII.1. Het lokale niveau in de politieorganisatie ......................................................................... 23
VIII.2. De opdrachten van de lokale politie .................................................................................. 24
VIII.3. De interne organisatie van de lokale politie ...................................................................... 26
VIII.4. De externe organisatie van de lokale politie ..................................................................... 27
HOOFDSTUK IX. DE FEDERALE POLITIE ................................................................................ 32
IX.1. Het federale niveau in de politieorganisatie......................................................................... 32
IX.2. De opdrachten van de federale politie ................................................................................. 32
IX.3. De interne organisatie van de federale politie...................................................................... 34
IX.4. De externe organisatie van de federale politie ..................................................................... 39
HOOFDSTUK X. EEN TERUGBLIK EN EEN TOEKOMSTVISIE ............................................. 42
X.1. De evaluatie van (de implementatie van) de politiehervorming ........................................... 42
X.2. “Een politie in verbinding: een visie voor de politie in 2025” .............................................. 42
X.3. De parlementaire onderzoekscommissie naar de terroristische aanslagen van 22 maart 2016
...................................................................................................................................................... 43
DEEL III. OPDRACHTEN VAN BESTUURLIJKE POLITIE VERSUS OPDRACHTEN VAN
GERECHTELIJKE POLITIE ............................................................................................................... 46
HOOFDSTUK XI. OPDRACHTEN VAN BESTUURLIJKE POLITIE ......................................... 46
XI.1. Begrip en ratio legis ............................................................................................................. 46
XI.2. Openbare orde: een abstract, evolutief, ruim en dynamisch concept ................................... 47
XI.3. Concretisering van het toezicht op de handhaving van de openbare orde ........................... 48
HOOFDSTUK XII. OPDRACHTEN VAN GERECHTELIJKE POLITIE ..................................... 49
XII.1. Begrip en ratio legis............................................................................................................ 49
XII.2. De proactieve recherche ..................................................................................................... 49
HOOFDSTUK XIII. DE RELATIVITEIT VAN HET ONDERSCHEID TUSSEN
BESTUURLIJKE EN GERECHTELIJKE POLITIE ....................................................................... 51
XIII.1. Algemeen .......................................................................................................................... 51
XIII.2. De bestuurlijke aanpak van (georganiseerde) criminaliteit ............................................... 51
DEEL IV. DE BESTUURLIJKE EN GERECHTELIJKE POLITIONELE BEVOEGDHEDEN ....... 60
HOOFDSTUK XIV. HET BETREDEN EN DOORZOEKEN VAN PLAATSEN ......................... 60
XIV.1. Het betreden van plaatsen ................................................................................................. 60
XIV.2. Het doorzoeken van plaatsen ............................................................................................ 62
HOOFDSTUK XV. HET DOORZOEKEN VAN VOERTUIGEN ................................................. 63
XV.1. Het begrip en de ratio legis ................................................................................................ 63
XV.2. De toepassingsvoorwaarden ............................................................................................... 63
XV.3. De procedure ...................................................................................................................... 65
HOOFDSTUK XVI. DE BESTUURLIJKE INBESLAGNEMING ................................................ 66
XVI.1. Het begrip en de ratio legis ............................................................................................... 66
, XVI.2. De toepassingsvoorwaarden.............................................................................................. 66
XVI.3. De procedure ..................................................................................................................... 66
HOOFDSTUK XVII. DE IDENTITEITSCONTROLE ................................................................... 66
XVII.1. Het begrip en de ratio legis .............................................................................................. 66
XVII.2. De toepassingsvoorwaarden ............................................................................................ 67
XVII.3. De procedure.................................................................................................................... 68
HOOFDSTUK XVIII. DE FOUILLERING ..................................................................................... 69
XVIII.1. Het begrip en de ratio legis ............................................................................................ 69
XVIII.2. De toepassingsvoorwaarden ........................................................................................... 70
XVIII.3. De procedure .................................................................................................................. 72
HOOFDSTUK XIX. DE BESTUURLIJKE EN GERECHTELIJKE AANHOUDING .................. 73
XIX.1. De bestuurlijke aanhouding .............................................................................................. 73
XIX.2. De gerechtelijke aanhouding (arrestatie) .......................................................................... 76
HOOFDSTUK XX. HET VERHOOR.............................................................................................. 78
XX.1. Het begrip en de ratio legis ................................................................................................ 78
XX.2. De toepassingsvoorwaarden ............................................................................................... 79
XX.3. De procedure ...................................................................................................................... 81
HOOFDSTUK XXI. HET GEBRUIK VAN GEWELD, BOEIEN EN VUURWAPENS ............... 85
XXI.1. Het begrip en de ratio legis ............................................................................................... 85
XXI.2. De toepassingsvoorwaarden.............................................................................................. 86
XXI.3. De procedure ..................................................................................................................... 88
DEEL V. HET TOEZICHT EN DE AANSPRAKELIJKHEID ........................................................... 89
HOOFDSTUK XXII. HET TOEZICHT OP DE LOKALE EN DE FEDERALE POLITIE ........... 89
XXII.1. Het intern toezicht: de Algemene Inspectie ..................................................................... 89
XXII.2. Het extern toezicht: het Vast Comité P............................................................................ 93
HOOFDSTUK XXIII. DE AANSPRAKELIJKHEID VAN DE POLITIEAMBTENAAR .......... 104
XXIII.1. De strafrechtelijke aansprakelijkheid ........................................................................... 104
XXIII.2. De burgerrechtelijke aansprakelijkheid ........................................................................ 104
XXIII.3. De tuchtrechtelijke aansprakelijkheid .......................................................................... 107
DEEL VI. HET OPENBAAR MINISTERIE ..................................................................................... 109
HOOFDSTUK XXIV. DE ORGANISATIE EN WERKING VAN HET OPENBAAR
MINISTERIE .................................................................................................................................. 109
XXIV.1. Het openbaar ministerie op arrondissementeel niveau ................................................. 110
XXIV.2. De parketten-generaal .................................................................................................. 111
XXIV.3. Het college van procureurs-generaal............................................................................ 113
XXIV.4. Het federaal parket ....................................................................................................... 114
HOOFDSTUK XXV. DE VERHOUDING TUSSEN HET OPENBAAR MINISTERIE EN DE
POLITIE ......................................................................................................................................... 121
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller EDDRechten. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $13.57. You're not tied to anything after your purchase.