THOMAS HOBBES (hypothese) J. J. ROUSSEAU (hypothese) Alexis de Tocqueville (sociaal-historisch onderzoek) KARL MARX
Wat maakt het sociaal- politieke mogelijk ? De natuurtoestand Democratie als maatschappelijke toestand Dialectisch materialisme
= natuur vd mens - Wat is een mens ? - democratie = synoniem gelijkheid der condities - leermeester Marx: Duitse filosoof G. W. F. Hegel
1. natuurlijke - ware paradijstoestand mensen op zich staande individuen die allen aan elkaar dialectisch idealisme = wereld als trapsgewijze evolutie
vermogens, - nauwelijks contact tussen mensen, schuchter en schichtig gelijk zijn bewustzijn (idee)
kenmerken gemeen met - leven in onverschilligheid - gelijkheid der condities resulteert uit ontvoogdingsproces -> Marx nam methode over maar verving idealisme door
andere levende wezens - niemand ondergeschikt Middeleeuwen (aanvang) -> Renaissance (bewustwording) materialisme
- vermogen tot bewegen - betrekkingen geslachten: duidelijk, dierlijk en -> Franse Revolutie (openbare uiting) o dialectiek
- zintuigelijke waarneming ongecompliceerd - maatschappelijke en filosofische condities = wereld als proces van voortdurende ontwikkeling
- verbeelding - iedereen gezond want natuur vernietigd zwakke zelf gelijkheidsstreven geheel van processen in beweging
- herinnering => einde door bewust worden van elkaar -> biografische wortels: door Franse Revolutie werpt beweging = vooruitgang (naderen doel)
2. specifieke natuurlijke - belang aan oordeel andere familiale waarden aristocratische familie omver - voortduren proces worden en vergaan
vermogens - waardering krijgen GEVOLG: aristocratische en democratische vgl en analyseren motor: botsing tegenpolen -> nieuwe pool ->
- vermogen te spreken = - reputatie vergroten door bezit uit te breiden o Gelijkheid der condities ontstaan tegenpool (these en antithese)
vermogen te kiezen voor arbitraire - drijfveren menselijk handelen: -> meer dan iedereen gelijk voor wet these en antithese -> synthese
tekens, overwicht van de wil eerzucht, bezitsdrang en onoprechtheid - afvlakking door organiseren ( niet eindpunt maar ook these en dan ontstaan
blijken op de realiteit - beheersen samenleven; heerschappij en knechtschap, bv. algemeen openbaar onderwijs, gelijke kennis antithese)
- vermogen de toekomst gewelddadigheid en roverij verwerven, gevolg; gn genialiteit en onwetendheid o materialisme
te concipiëren 1. eerste fase: maar algemene scholing Marx en Hegel, zelfde methode maar ≠ wereldbeeld
= (+ voorgaande) mens in een gelukzalig rijk van de goede MAAR natuurlijke ongelijkheid blijft bestaan Hegel: basis wereld = ideeën, materiële verschijningsvorm
mogelijkheid uit te stijgen wilde - niet geboren met zelfde praktische vaardigheden ideële
boven natuurlijke realiteit 2. tweede fase: economisch verder dan andere Marx: sceptisch -> vraagt naar oorspronkelijke
en hier en nu oorlog van allen tegen allen: HOBBES maar economische arbeid gehonoreerd, arbeider Materie product van de geest ?
- noodzaak het eigen (degeneratie van eerste) looneisen stellen, accumulatie kapitaal door erfrecht Hegel gelijk, wereldbeeld idealistisch
leven te maken -> kan niet lang duren GEVOLG: extremen verdwijnen
= mens beseft onvoltooid te zijn, Rijken verenigen zich om machtigen te worden => gelijkheidsstreven veroorzaakt algehele nivellering, Geest product van de materie ?
en zichzelf te moeten voltooien wetten te bepalen en staat te besturen elk spoor ongelijkheid kop ingedrukt Hegel ongelijk, wereldbeeld materialistisch
=> essentiële menselijke natuur door eigendom: onderscheid rijk en arm meester-knechtrelatie
grootsheid van de mens om vrij te door overheid: onderscheid heersers en overheersers - aristocratisch wereldbeeld: gescheiden klassen - Marx oordeel: bouwstenen wereld materie
zijn en tragische niet zelf te kunnen door extreme afstand kijkt knecht op nr meester materialistische traditie Democritos
voltooien Macht ontaardt in willekeurgiheid: heren en slaven -> gefascineerd door waardepatroon (uitstraling niet kritiekloos want niet dialectisch
Waarom is nu het sociaal- politieke noodzakelijk ? (gehoorzamen) en aanzien) neemt hij dit over -> wereld teveel als statisch gegeven
- mens gaat zichzelf en anderen ervaren als -> !! ergste vorm van kwaad - knecht onvoorwaardelijke toewijding meester -> oude materialisme beschrijft gn ontwikkelingen
krachtbron waarin drijfkracht en energie Sociaal contract - knecht = beschouwd als verlengstuk meester = a-historisch
tot stand komt -> spanningen - door evolutie verwijderd van paradijselijke toestand (tot bepaal niveau bekommerd om knecht) -> te abstract, los maatschappelijke ontwikkeling
(oorlog (allen tegen allen) , rivaliteit, Uitweg: sociaal contract - democratisch wereldbeeld: meester en knecht dialectisch materialisme
concurrentie) - menselijke vrijheid in overeenstemming met macht benaderd als mens = wereld als geheel in ontwikkeling
NOODZAAK: politiek lichaam einde aan fase 2: oorlog van allen tegen allen - maatschappelijke rol niet door familiale banden ontwikkelingen en dus ook plaats en toekomst
( niet zelfstandig) oplossing CONTRACT of afkomst bepaald van de mensen gedetermineerd door materiële
= herverdelen energie en macht via = overeenkomst op basis van vrije instemming - plaats bepaald door contract grondslagen
creëren evenwicht Iedereen op vrijwillige basis instemt (= sociaal contract) (bepalingen omschrijven rol meester en knecht Aliënatie en zelfrealisatie
Hypothese -> uit vrije wil geeft aanleiding tot gemeenschappelijke wil daarom omkeerbaar) - mens in zijn concrete bestaan
wegvallen van alle politieke (geen vervreemding MAAR geestelijke samenhorigheid, -> beiden gelijkheid in de condities -> wat is dat bestaan ? historische omgeving
gezagsvormen volk genaamd) ≠ MARX: contractgelijkheid = juridische fictie leert ons mens, arbeidend wezen
naakt bestuur door rede en -> in gemeenschappelijkheid, eigen vrijheid uitgedrukt die uitbuiting versluiert zorgt voor aliënatie en vervreemding
passie (speelbal) en (onvrijheid = afhankelijk zijn van een concreet mens) - Tocquevile merkt op als arbeidend wezen iets buiten zichzelf
zelf niet bij machte evenwicht (18de eeuw: bevrijding te maken met bevrijding despotisme - posities en onderlinge verhoudingen tov = product van arbeid
te vinden en horigheid) aristocratie veranderd maar ontnomen, vindt zichzelf niet terug erin
Drie momenten van inzicht Beginselverklaring - onderlinge werkrelatie meester en knecht: als vreemde tegenover, product gaat leven beheersen
1. HET NATUURRECHT (1ste moment van inzicht) volkssoevereiniteit gelijkaardige individuen voert weg van eigenlijke bestemming: VRIJ ZIJN
- streven naar zelfbehoud -> = wetten mogen niet door één of enkele mensen - privé en werk uit elkaar -> slechts in vrij zijn zelf realiseren, om uit probleem
streven naar macht worden opgesteld maar door ganse volk op openbaar leven: individu publieke rol te raken weg naar zelfrealisatie
= doen en laten wat wil publieke plaats (spelregels in contract) aliënatie naar zelfrealisatie in drie dialectische etappes
om doel te bereiken formele gelijkheid Individu trekt terug in geborgenheid eigen familie 1. inzicht krijgen in loop der geschiedenis
=> individu kan steeds = alle weten gaan op voor iedereen, geen INDIVIDUALISME, GEEN EGOISME niets anders dan voortdurend proces van
aanspraak maken op uitzondering, geen meerder – tegen minderheid (= bevrediging eigen verlangens) zelfvervreemding
deze vrijheid en bij wetgevende macht: gehele volk verzachten van de zeden 2. kritische reflectie
conflict op beroepen wijzigt, beperkt of neemt macht - aristocratische model voortdurend verhouding tussen ideale toestand
fundamentele recht uitvoerende macht af - brutale reactie op conflict tussen beide klassen (vrijheid van de mens) en sociale realiteit
van individu: natuurrecht uitvoerende macht: regering, aantal aristocraten - klasse als aparte groep, gn onderdeel maatsch. afwegen
2. DE EERSTE NATUURWET ( 2de moment van inzicht) of één persoon mens- en wereldbeeld legt zo spanningsveld bloot met doel opheffen
- mens opgesloten in voert uit wat door wetgevende - lid ene k, totaal ander mens in ogen lid andere k spanningsveld en realiseren ideale toestand
hartstochten macht bepaalt - elke klasse verdedigt eigen belang, solidariteit 3. ideale toestand en werkelijke toestand
-> tussenkomen rede atomisme beperkt tot leden groep verzoenen, ideale toestand moet werkelijke
EERSTE WAARSCHUWING bij opstellen sociaal contract strikt atomisch - niet verbonden omdat mens, niet met ander toestand worden
VAN DE REDE = individueel, geen belangengroepen, sociale klassen Identificeren -> zelfrealisatie feit en aliënatie opgeheven
= zoeken naar vrede en of partijen want reduceren opties, moeilijk - democratisch model
veiligheid algemene wil opgesteld - conflicten minder fel
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tyanavdv. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.81. You're not tied to anything after your purchase.