Parodontologie
Bouw en functie parodontium en sonderen
Benoemt en beschrijft
− De functie van het parodontium (met alle vezels/structuren)
o Steun geven aan de gebitselementen
o Functionele krachten worden opgevangen en geabsorbeerd
o Bloedvoorziening
o Sensorische en reflectorische input
o Beschermt het worteloppervlak tegen resorptie
o Een gebitselement kan standsverandering ondergaan
− De bouw van het parodontium (met alle vezels/structuren)
Onderdeel Omschrijving
Dentogingivale vezels Van element naar gingiva, heeft een uitwaaierend karakter
Dentoperiostale vezels Van element naar bot
Circulaire vezels Liggen in de gingiva om de elementen heen, zijn niet gehecht
aan de elementen.
Alveologingivale vezels Van het bot naar de vrije gingiva
Transseptale vezels Gaan van element naar element, alveolair bot tussen de
elementen in, zorgen voor een sterke verbinding
Interpapillaire vezels Loopt van links naar rechts door de papil
Onderdeel Afkorting Omschrijving
Sulcus Gingivalis S De ruimte tussen de gingiva en de kroon. Bij een
gezonde toestand is de ruimte niet meer dan 3mm diep.
Het is de meest zwakke plek van de gingiva
Glazuur E De buitenste beschermlaag die de gehele kroon van de
tand bedekt. Glazuur kan demineraliseren en
remineraliseren
Aanhechtingsepitheel JE ‘’plakt’’ het epitheel aan de tand, zodat micro-organismen
niet kunnen binnendringen
Glazuur-cementgrens CEJ De grens waar het glazuur over gaat in de wortel
Wortelcement C Is het aangrijpingspunt voor collageen bundels van het
parodontaal ligament
Vrije gingiva VG Is het gedeelte vanaf de gingivale groeve tot aan de col
Gingivale groeve GG Inkeping, groeve die de overgang tussen de vrije en
aangehechte gingiva aangeeft
, Aangehechte gingiva AG Vanaf de gingivale groeve tot aan het slijmvlies. Het
zorgt voor de aanhechting en bescherming. Is
verbonden met onderliggende harde weefsels, tandkas
en wortelcement
Mucogingivale grens MGG Ter hoogte van deze grens gaan de gingiva over in de
alveolaire mucosa
Alveolaire mucosa AM Ondersteunend weefsel wat de gingiva verbindt met het
slijmvlies van de wangen
Processus alveolaris B Gemineraliseerd weefsel, wat steun en krachten
opvangt van het element
Oraal epitheel OE Het epitheel wat zich aan de buitenkant van de gingiva
bevindt
Sulcus epitheel OSE Grenst zijdelinks aan het aanhechtingsepitheel
Aanhechtingsepitheel JE Is verkleefd aan heet tandoppervlak, wordt omgeven
door een lamina basalis
− Het klinisch/histologisch beeld van een (on)gezond parodontium
Klinische kenmerken
o De gingiva ligt strak tegen de elementen aan
o De gingiva is niet gezwollen
o De gingiva heeft een roze kleur
o Er is geen sprake van bloeding na sonderen
o Het sinaasappeleffect is zichtbaar
o Er is geen tandplaque en –steen aanwezig
o Er is geen sprake van botafbraak
o Een sulcus diepte van maximaal 3mm
o Scherpe papillen die de interdentale ruimtes volledig opvullen
o Er zijn geen recessies aanwezig
Histologische kenmerken
Histologie van gezonde gingiva is in principe ook ontstekingsvrij, maar er zijn wel veel
PMN’s(neutrofiele polymorfonucleaire leukocyten) met een fagocyterende werking die buiten het
weefsel in de gezonde pocket hun werk kunnen doen. En in mindere mate monocyten en lymfocyten
te vinden in de sulcus. En die wordt gezien als een klein ontstekingsinfiltraat.
− De histologische/ klinische meting met de pocketsonde, onder verschillende
omstandigheden (gezond/ongezond en drukvariaties)
In tegenstelling tot gingivitis blijkt uit onderzoeken van de afgelopen jaren dat de sondeerdruk van
grote invloed is op de diepte van de gemeten pocket bij parodontitis (afb. 22.2). Bij het systematisch
in kaart brengen van de invloed van de sondeerdruk op de sondeerdiepte bleken ook factoren een rol
te spelen als de mate van ontsteking in het aangrenzende zachte weefsel, de diameter van de sondetip
en de vorm van de sondetip. In principe neemt de weerstand van de parodontale weefsels bij het
sonderen toe naarmate de afmetingen van de sondetip groter worden. De invloed van de vorm van de
sonde blijkt ook aanzienlijk. Bij vergelijking van drie veelgebruikte sondevormen bij twee
verschillende sondeerdrukken, bleek de taps toelopende sondevorm significant meer weerstand te
ondervinden bij het meten van pockets dan een parallelle vorm of een bolvorm (WHO-sonde)
(Barendregt et al., 1996). Daarnaast bleek de pocketmeting ook significant toe te nemen als de
sondeerdruk toenam.
,Samenvattend kan gesteld worden dat sonderen bij parodontitis niet zo vanzelfsprekend is als het op
voorhand lijkt. Naast de vorm van de sonde, de diameter van de sonde en de mate van ontsteking
blijkt het essentieel dat bij de beschrijving van het sonderen in onderzoek, de sondeerdruk als
meeteenheid wordt gebruikt.
Sondeer druk 0,25N
De diameter van de ronde sonde varieert tussen de 0,3 en 0,5mm.
Sonde parallel aan de lengte as van het element
Bij approximale meting sonde iets angulair gehouden
Subgingivaal tandsteen
Restauraties
Wortelkromming
Stand van elementen
Locatie in de mond
Parodontologie
PPS, DPSI en behandelprotocollen
− Het PPS- score systeem
PPS = periodiek parodontaal screenen
Het vervangt de DPSI, meet in 4 kwadranten i.p.v. 6.
Score 1: pockets t/m 3mm
Score 2: aanwezigheid van matig verdiepte pockets t/m 5 mm
Score 3: aanwezigheid van sterk verdiepte pockets van ≥6
− Het DPSI- score systeem
DPSI = dutch periodontal screening index
Meet de pockets, bloeding en tandsteen in 6 delen
Score 0: gezond, pockets1-3mm
Score 1: bloeding, pockets 1-3mm
Score 2: bloeding, tandsteen en pockets van 1-3mm
Score 3-: pockets van 4-5mm zonder recessie
Score 3+: pockets van 4-5mm met recessie
Score 4: pockets van meer dan 6mm
,Aan de hand van de metingen vul je de DPSI-score in voor de 6 delen (boven/onder: molaren,
premolaren en incisieven), hierbij kijk je naar de hoogste score in dat deel.
Wanneer je de scores hebt ingevuld kan je de patiënt ook indelen in een bepaalde categorie, namelijk
categorie A, B en C
o Categorie A: DPSI-score 0, 1 en 2
o Categorie B: DPSI-score 3-
o Categorie C: DPSI-score 3+ en 4
− De behandelprotocollen volgens de richtlijn Parodontale Screening, Diagnostiek en
Behandeling in de algemene Praktijk (NVvP, 2020)
Na uitvoering van de parodontale screening middels de PPS-score (of DPSI) kan een keuze worden
gemaakt voor de volgende vier parodontale behandeltrajecten.
1. Geen verdere interventie en een nieuwe afspraak voor Periodiek Mondonderzoek (PMO)
Geen verdere interventie en een nieuwe afspraak voor Periodiek Mondonderzoek (PMO), kan
worden gemaakt bij een PPS-score 1 en voldoende mondhygiëne zelfzorg van de patiënt en indien
geen verdere parodontale behandeling noodzakelijk is.
2. Paro Preventie Traject
Paro Preventie Traject, wordt in veel gevallen gekozen bij een PPS-score 1 met daarbij een
onvoldoende toereikende mondhygiëne met mogelijk aanwezigheid van tandsteen. Daarnaast kan
ook voor dit traject gekozen worden bij een PPS-score 2, wanneer er niet wordt gekozen voor de
alternatieve route (het Paro Traject).
3. Paro Traject
Paro Traject, wordt in veel gevallen gekozen bij een PPS-score 3 en wanneer de patiënt voldoet
aan onderstaande beschreven uitgangspunten. Wanneer niet wordt voldaan aan deze
uitgangspunten kan worden gekozen voor een ander behandeltraject (Paro Preventie Traject of
niets doen). Bij een PPS-score 2 kan ook gekozen worden voor het Paro Traject, indien bij
periodieke screening blijkt dat ondanks het Paro Preventie Traject de pockets van 4-5 mm blijven
bestaan of er sprake is van complicerende factoren (bv. vergevorderd aanhechtingsverlies, furcatie
problemen, risicofactoren etc.) Bij een behandeling volgens deze richtlijn is het wenselijk dat een
patiënt aan de volgende uitgangspunten kan voldoen. Indien gedurende de behandeling een
wijziging plaatsvindt en niet meer aan alle uitgangspunten wordt voldaan, dient de behandeling
heroverwogen (doorgaan, aanpassen of stoppen) te worden:
a. Behandeling wordt door de patiënt of diens wettelijk vertegenwoordiger gewenst.
b. Behandeling past in het te behalen zorgdoel en zorgplan.
c. Patiënt is gemotiveerd om de behandeling te ondergaan.
d. Patiënt heeft (schriftelijk)toegezegd of zal naar verwachting meewerken aan de
behandeling.
e. Er zijn geen fysieke of medische beperkingen die behandeling verhinderen.
f. Behandeling valt binnen de financiële mogelijkheden van de patiënt.
g. De patiënt kan voldoende tijd vrijmaken voor de behandeling.
4. Niets doen
, Niets doen. Indien er gekozen wordt voor optie 4 “niets doen” dan dient deze keuze altijd in
overleg met de patiënt te gebeuren. Belangrijk is om dit duidelijk te noteren (in journaalkaart
patiënt) en te documenteren (zorgplan). De patiënt dient een informed consent te tekenen dat
hij/zij afziet van parodontale behandeling (de rede waarom wordt afgezien van de behandeling
dient te worden vastgelegd).
De keuze is gebaseerd op de parodontale situatie van de patiënt, passend in het zorgplan en het
behalen zorgdoel van de patiënt. Daarnaast spelen niet alleen de wensen en motivatie van de patiënt
om een behandeling te ondergaan een belangrijke rol, maar ook zijn/haar mogelijkheden.
− De parodontale behandeling volgens het “Paro-preventie traject”
o Update anamneses (ASA,thk en mh)
o Update IOO/EOO
o Inventarisatie psychosociale aspecten en motivatie van de patiënt
o BOMP en PCR
o Voorlichting, instructie en begeleiding (coachen) in het optimaliseren van de
dagelijkse mondhygiëne
o Advies op maat omtrent gezondheidsgedrag
o Supragingivale gebitsreiniging (bij aanwezigheid van tandsteen)
o Eventueel subgingivale gebitsreiniging (bij aanwezigheid van verdiepte pockets tot 5
mm)
o Polijsten
o Vervolgafspraak maken
Er wordt een nieuwe afspraak gemaakt voor controle van de zelfzorg al dan niet in combinatie met
periodiek mondonderzoek (PMO). Als de mondhygiëne onvoldoende is, wordt dit meegewogen bij
het bepalen van het termijn tot de volgende afspraak.
− De parodontale behandeling volgens het “Paro-traject”
Parodontale intake
o Update anamneses (ASA, thk en mh)
o Update IOO/EOO
o Inventarisatie psychosociale aspecten en motivatie van de patiënt
o Uitgebreid parodontaal onderzoek
o Pocket/ parodontiumstatus
o BOP
o Controle mondhygiëne middels de PCR
o Voorlichting, instructie en begeleiding (coachen) in het optimaliseren van de
dagelijkse mondhygiëne
o Advies op maat omtrent gezondheidsgedrag
o Röntgenologisch onderzoek (zie werkinstructie radiologie HU klinieken)
o Eventueel microbiologisch onderzoek*
o Parodontale diagnostieken classificatie
o Parodontaal behandelingsplan opstellen en bespreken (zorgplan)
o Correspondentie (bevindingen, zorgplan en pocket / parodontiumstatus)
* Indien er microbiologisch onderzoek gedaan moet worden, gebeurt dit direct nadat de pocket-/
parodontiumstatus is gemaakt en voordat de PCR gedaan wordtof bij de eerste initiële behandeling.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller camillemotter. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.01. You're not tied to anything after your purchase.