Hoorcollege 1
De student beschrijft anatomie, histologie (WC) en fysiologie van het
maagdarmstelsel
Het spijsverteringsysteem
Behoort tot het externe milieu er kunnen vreemde stoffen bijkomen en het
weersysteem stemt af met wat wij eten.
Mond, tanden en oesophagus
Smaak in wateroplosbare stoffen en reuk in vet oplosbare stoffen.
Maag
Darmen
o Duodenum
o Dunne darm (jejunum & ileum)
Pancreas
Hier wordt lipase gemaakt, maar ook hormonen zoals insuline & glucagon.
Lever
In de lever is de aanmaak van gal. Dit is belangrijk bij het afbreken van
vetten.
Speeksel
5 grote speekselklieren.
Secreet L/24 uur pH Terugresorptie
Speeksel 1000ml 5.5-7.5 Geen
(Hangt af van wat
wij eten)
We maken extra speeksel bij het zien en ruiken van voeding. Als er zuur gegeten
wordt, maakt het lichaam meer speeksel aan.
Wij maken meer slijm aan bij het eten van vlees.
Functie speeksel
Voorkomt uitdroging van de mond
Vergemakkelijkt het wegslikken van (droog)voedsel
Lost smaakstoffen op
Bevat antibacteriële stoffen
Bevat alfa-amylase
Amylase is een van de meest belangrijke enzymen voor het afbreken van
zetmeel.
Houdt de slokdarm schoon
De student geeft de productie (hoeveelheid, samenstelling en pH)
van GI- sappen weer
Secreet L/ 24 uur pH Terugresorptie
Speeksel 1000 ml 5.5-7.5
Maagsap 1000 ml 1.0- 3.5
Pancreassap 1000 ml 7.1-8.2
Gal 500 ml 7.8
Darmsap 2000 ml 7.5-8.0 2600 ml
jejunum
Darmsap ileum 500 ml 8.0-8.9 2100 ml
Dikke darm (200 ml) 7.5-8.0 1100 ml
100-150 ml
Feces/dag
1
,MDL pathologie
Blok 5.2
Totaal 5900 ml 5900 ml
De dunne darm is de plek voor de opname van water.
Als de darmen ontstoken zijn, krijg je dus een tekort van vocht.
De student benoemt de fysiologische functies per onderdeel van GI
Vertering per orgaan
De student
beschrijft tot detailniveau de vertering in de GI
De mondholte (cavum oris)
Koolhydraten worden door middel van het enzym amylase al een gedeelte
verteerd in de mond, 20% zetmeel. De vertering van vetten vindt alleen plaats bij
kinderen tot 3 jaar, onder invloed van linguale lipase. Volwassenen hebben geen
vertering in de mond. De mond heeft als motorische functie het bewegen van de
mond. Eiwitten worden in de mond grof kapot gemaakt.
Maag (ventriculus)
Het bovenste deel van de maag beweegt weinig tijdens het eten, dit deel is er
voor de opslag van voeding. Het onderste deel van de maag beweegt wel veel
tijdens het eten.
Secretoire functie: het maken van de maagsappen.
De maag is de grootste orgaan voor het verteren van eiwitten. Onder invloed van
zuur heb je aanmaak van pepsine uit pepsinogeen. In de maag vind ook
denaturatie plaats, dit is het open maken van eiwitten. Met koolhydraten
gebeurd er niks. De maag schud de vetten als het ware samen met het zuur door
elkaar mechanische emulgatie.
De twaalfvingerige darm (duodenum)
Iedere 3 minuten is hier een hele krachtige beweging (stuwing), maar
ondertussen wordt al gekneed. De stuwing is wat je voelt als je honger hebt. De
koolhydraten worden hier verteerd door de amylase vanuit de pancreas sap, 80%
van zetmeel tot disachariden.
2
,MDL pathologie
Blok 5.2
De twaalfvingerige darm is de enige plek waar vetten worden verteerd, met een
uitzondering bij kinderen. Cholesterol wordt niet verteerd, maar opgenomen.
Mensen die moeite hebben met de vetvertering hebben dus last bij vet, vet
oplosbare vitaminen, vrije vetzuren en energie.
Dankzij bicarbonaat is de pH hier 7-8. Bicarbonaat zorgt dus voor de neutralisatie
van de stoffen vanuit de zure maag.
Hier is een begin van de absorptie van calcium, ijzer en magnesium.
De nuchtere darm (jejunum)
De absorptie begint hier volledig. De opname van vetten is nogal ingewikkeld.
Eiwitten worden verteerd tot aminozuren, dipeptiden en dripeptiden. De
aminozuren worden uiteindelijk opgenomen.
Om de 3 dagen worden nieuwe cellen gemaakt, daarom is een buikgriep na 3
dagen meestal over.
Koolhydraten worden verteerd tot glucose, fructose en galactose en vervolgens
opgenomen.
Het jejunum kan in plaats van het ileum functioneren, maar andersom kan dit
niet.
De kronkeldarm (ileum)
Volledige vertering van koolhydraten, vetten en eiwitten. Daarnaast opname van
eiwitten, water oplosbare vitaminen, vocht en natrium.
Terminale ileum
Opname van vocht, natrium, vitamine B12 en galzure zouten.
Dikke darm (colon)
Enige plek waar actief water wordt opgenomen. De korte keten vetzuren worden
gemaakt door de bacteriën in de dikke darm. Daarnaast is er opname van
vitamine K, kalium en natrium.
Geen vertering en enzymen in de dikke darm!!
Let op met oxaalzuur bij mensen die geen dikke darm meer hebben.
De student benoemt en beschrijft de opname van stoffen (macro en
micronutriënten) per orgaan
Digestie en absorptie van koolhydraten
3
, MDL pathologie
Blok 5.2
Vetten
Eiwitten
Ziekte van maag, darm en pancreas
Symptomen:
Buikpijn
Braken
Dyspepsie
Diarree
Verterings- en resorptiestoornissen
Bloedingen
Hoorcollege 2
Onderzoek van de maag
Endoscopie
o Stukje van het weefsel pakken en dan onder de microscoop
bekijken.
Röntgenonderzoek
o Door middel van het slikken van contrastmiddel
Maagontledigingsonderzoek
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rebeccavankatwijk. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.96. You're not tied to anything after your purchase.