Zakelijke zekerheden: pand en hypotheek
- Hypotheekgever
Leent geld van financier!
Geeft hypotheek aan financier
- Hypotheekhouder
Leent geld aan hypotheekgever!
‘Krijgt’ hypotheek van hypotheekgever
- Hoe werkt het bij pand?
Wat is het verschil met hypotheek?
Hypotheek: registergoederen: onroerende zaken (met grond verbonden):
flat, huis, bedrijf, fabriekshal, schepen en vliegtuigen ook.
Pand: niet-registergoederen: roerende zaken: fiets, sieraden
Art. 3:227 lid 1 BW
Pandrecht:
- Op roerende zaken:
Bijv. voorraden, machines, inventaris, wagenpark
Onderscheid tussen vuistpand en bezitloos pand
Vuistpand: spullen bij pandhouder (meer zekerheid!)
Bezitloos pand: spullen bij pandgever (voor inventaris, laptops, telefoons)
- Op vorderingen (debiteuren):
Openbaar pand: debiteur (schuldenaar) is op de hoogte
Voorbeeld: 1000euro te goed, wordt al verpand aan iemand anders
iedereen denkt dat het slecht gaat met het bedrijf
Stil pand: debiteur weet niets van verpanding
Voorbeeld: niemand weet van je financiële positie, maar bevrijdend betaald,
zekerheid is weg!
Oefenvraag:
Tot zekerheid van deze schulden heeft De Vries aan IFN een vordering verpand die De
Vries heeft op C. C is hiervan op de hoogte gesteld. Een akte van verpanding wordt
opgemaakt en nog dezelfde dag geregistreerd bij het belastingkantoor. In deze casus is
sprake van?
A Vuistpand
B Bezitloos pand
C Openbaar pand
D Stil pand
Voorbeeld prioriteitsregel:
- Op een bedrijfsgebouw van De Leeuw BV rust een hypotheek ten behoeve van de
Rabobank i.v.m. een lening van €125.000,-. De Deutsche Bank vestigt een
tweede hypotheek i.v.m. een geldlening van €1.250.000,-
- De Leeuw B gaat failliet. De executieopbrengst bedraagt €150.000,-
- Hoe wordt de opbrengst tussen de Rabobank en de Deutsche bank verdeeld?
, Antwoord: Rabobank krijgt €125.000 Deutsche bank €25.000, eerste hypotheekhouder
gaat altijd voor!
Voorbeeld:
- Bouwbedrijf De Leeuw BV sluit een kredietovereenkomst met de Rabobank. De
Rabobank verschaft een krediet van € 1.000.000.
- Op welke goederen kan de Rabobank zekerheden bedingen?
Antwoord: goederenrecht heeft betrekking op vermogensrechten en zakenrechten.
- Op aanwezige bouwmaterialen (pandrecht, niet-registergoederen)
- Vordering op koper van huis (pandrecht, stil of openbaar) bij openbaar wel
melden aan de koper dat je het indient als onderpand bij de bank.
Ontstaan van pand/hypotheek:
- Art. 3:84 en 3:98 BW: Leeuw BV
- Geldige titel: overeenkomst tussen Rabo en De Leeuw B.V.
- Beschikkingsbevoegdheid: De Leeuw moet wel eigenaar/rechthebbende zijn
- Vestiging: zie volgende dia’s over hoe
- Wordt aan een van deze eisen niet voldaan ontstaat geen
pandrecht/hypotheekrecht.
Vestiging van een pandrecht:
- Roerende zaken:
Vuistpand: in de macht brengen pandhouder (art. 3:236 lid1)
Bezitloos pand: authentieke of geregistreerde onderhandse akte (art.
3:237 lid 1)
- (Schuld)Vorderingen:
Openbaar pand: authentieke akte (bij notaris) of onderhandse akte (tussen
2 partijen), akte + mededeling schuldenaar
(Art. 3:236 lid 2 + 3:94)
Stil pand: authentieke of geregistreerde onderhandse akte
(Art. 3:239 lid 1)
Vestiging van hypotheekrecht
- Art. 3:260
- Notariële akte
- Inschrijving in de registers
Rechten pandhouder/hypotheekhouder
- Voorrang bij verhaal (Art. 3:227)
- Recht van parate executie (Art. 3:248 en Art. 3:268)
- Separatist in faillissement
Borgtocht (Art. 7:850 ev BW)
- Derde (borg) verplicht zich tot (gedeeltelijke) nakoming
- Afhankelijk recht
- Pas gebruiken als afspraken niet nagekomen worden
Hoofdelijkheid (Art. 6:6 lid 2 BW)
- (Externe) aansprakelijkheid (meteen!) voor de gehele schuld
- Hoofdelijkheidsverklaring
Van een persoon
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller shanaboekee. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.