100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Het hele boek samengevat van Sociaal werk in Nederland (H1-H8)! $4.78
Add to cart

Summary

Samenvatting Het hele boek samengevat van Sociaal werk in Nederland (H1-H8)!

4 reviews
 124 views  22 purchases
  • Course
  • Institution

Met deze samenvatting heb ik mijn toets in één keer kunnen halen! Hier vinden jullie mijn zelfgeschreven samenvatting van het boek Sociaal werk in Nederland. Dit werd bij mij in het eerste jaar getoetst samen met het boek Samenlevingen - inleiding in de sociologie. Hoofdstuk 8 volgt na hoofdstuk ...

[Show more]

Preview 3 out of 30  pages

  • January 10, 2021
  • 30
  • 2020/2021
  • Summary

4  reviews

review-writer-avatar

By: arkandojagersma • 1 year ago

review-writer-avatar

By: sarakeppel881 • 2 year ago

review-writer-avatar

By: sanne-roosje • 3 year ago

review-writer-avatar

By: larissahop0612 • 3 year ago

avatar-seller
Samenvatting Sociaal Werk
Hoofdstuk 1: De Nederlandse verzorgingsstaat
1.1 De verzorgingsstaat gedefineerd
Hieronder valt het stelsel van sociale zekerheid en de zorg voor zieken, gehandicapten en ouderen.
Maar wanneer we sociale zekerheid begrijpen als een vorm van herverdeling van inkomen, dan
worden een progressief belastingstelsel, en wellicht ook de aftrek van de hypotheekrente bij de
verzorgingsstaat. Hypotheek rente  functioneren van de huizenmarkt.

Verzorgingsstaat = samenleving waarin de overheid, met name door de sociale wetgeving, een
belangrijke rol speelt bij het waarborgen van de het algemene welzijn van de burgers.

 Structurele overheidsbemoeiens om voor iedereen welzijn te garanderen en niet om
incidentele overheidsbemoeienis/maatregelen voor specifieke groepen
 Verzorgen (hulp), verzekeren (sociale zekerheid), verheffen (ontplooien) en verbinden
(onderlinge verbondenheid)

Thoenes benadrukt democratie en kapitalisme en onderscheid:
- West-Europese verzorgingsstaat
- Oost-Europese heilstaat (communistisch): overheid een dominante rol in de welvaart en
welzijn van de mensen

Het benadrukken van de democratische en kapitalistische karakter van de verzorgingsstaat was een
weerspiegeling van de Koude Oorlog (´60 in de 20 ste eeuw)

Wilterdink en Van Heerikhuizen:
“Een verzorgingsstaat is een stelsel waarin de overheid zich garant stelt voor noodzakelijk geachte
materiele en immateriele voorzieningen voor alle burgers”

In deze definitie vallen 3 elementen op:
- duidelijk dat de overheid zich garant stelt
- het gaat niet alleen om materiele/immateriele voorzieningen
- ruimte voor toekomstige ontwikkelingen en verschillen

1.2 ontwikkeling van de Nederlandse verzorgingsstaat
4 fasen van ontwikkelingslogica:
1. Eerste aanzet
Voor loonarbeiders in de beginnende industrieen vormden ziekte, ongevallen en invaliditeit
grote risico´s
 eerste sociale wetten en verzekeringen (exclusief gericht op industriele loonarbeiders)
2. Doelgroepverbreding
Verbreding in wet- en regelgeving tot niet-industriele arbeiders en mensen die niet in
loondienst werken.

Fase 1 & 2: Sociale verzekering en het tegenaangaan van armoede. Daarna verschuift het
perspectief van het tegenaangaan van armoede naar een spreiding van welvaart.

,De eerste twee fasen zijn vooral gericht op een sociaalzekerheidsstelsel die gebaseerd is op met
name werknemersverzekeringen waarbij het quivalentiebeginsel (relatie tussen betaalde premie en
de te onvangen uitkering) geldt.

 Inkomstenstabiliteit: werknemers verzekeren van inkomen wanneer het wegvalt als gevolg
van (tijdelijke) ziekte of werkloosheid
 > premie betaald?  hoge uitkering
 < premie betaald?  lage uitkering

Na de 2e wereldoorlog:
Commisie-Van Rhijn  Een socialezekerheidsstelsel dat aansluit op de ideeen van Beveridge. Het is
geen stelsel van een werknemersverzekeringen (Bismarckmodel), maar een stelsel met
volksverzekeringen en –voorzieningen (voor iedere burger). Equivalentiebeginsel 
solidariteitsbeginsel

 Via premies en belastingen betalen  verzekeringen en voorzieningen meebetalen.
 Afhankelijk van hun inkomen
 Uitkering voor iedereen gelijk, ongeacht de hoeveelheid aan betaalde premie
 Armoede voorkomen
 Inkomensstabiliteit forderen

3. Sociale regelingen krijgen een nog algemener karakter (1952-1977)
Voor iedereen in financiele nood
 Uitkeringen voor iedereen; meeprofiteren of gekoppeld aan je loon  lonen stegen
 Nieuwe wetten
 Met de komst van al deze verzekeringen en voorzieningen in een periode van zo´n 20 jaar is
de reikwijdte van de sociale zekerheid enorm gegroeid.
 Uitkeringniveau´s verhoogd door de stijging van de cao-lonen van de werkenden
 Gezondheidszorg meer bemoeien  overheid ´50 ondersteuning aanbieden m.b.v. subsidies
 ´60: Zfw en de AWBZ

Pas in de loop van de jaren zestig verschoof de nadruk van het herstel en de verdeling van welvaart
naar een verhoging van het welzijn. Er kwam een verhoogde prioriteit in de uitbreiding van het
Ministerie van het Maatschappelijke Werk naar het Ministerie van Cultuur, Recreatie en
Maatschappelijk Werk (CRM). Er werd ruimte gemaakt voor bemoeienis van de samenleving.

4. Crisis
Het stelsel van sociale zekerheid kwam onder druk te staan als gevolg voor de mensen die er
beroep op deden  problemen bij de beheersbaarheid en betaalbaarheid van het stelsel
door de oliecrisis.

Door de oliecrisis en de algemene economische recessie:
1. Meer werklozen
2. Uitkeringen zijn gekoppeld aan lonen
3. Loonkosten werknemer wordt te duur
4. Stijgende loonkosten zorgt voor daling aan werknemers
5. De werknemers betalen uitkering niet werkende
(en zo gaat het rond)

, Werkloosheid:

 Stijgende uitkeringen
 Stijgende premies
 Stijgende loonkosten  daling aan werkgelegenheid (werknemers werden te duur)
 Individuele huishouding net zoveel uitkering als een vader voor een meerfamiliehuishouding
 Vrouwen die werkten, namen kansen weg voor anderen op de arbeidsmarkt

Om de verzorgingsstaat en de sociale zekerheid betaalbaar te houden, werden de uitkeringsniveau´s
verlaagd en de togang tot sociale zekerheid selectiever

In de ´90 omvorming van de WAO  WIA: verantwoordelijkheid voor arbeid en inkomen van mensen
met een (arbeids)handicap niet langer eentijdig bij de overheid ligt, maar dat die komt te liggen bij de
werkgever en werknemer. De wet stimuleert werkgevers om mensen zo veel mogelijk aan het werk
te houden en de werknemers om zoveel mogelijk aan het werk te blijven (WULBZ, Wwb).

1.3 de verzorgingsstaat als gevolg van sociale strijd
Opkomst van de industriele samenleving:
 Klasse van de (loon)arbeiders
 Slechte arbeidsomstandigheden, lange dagen (veel uren), lage lonen, huisvestiging was slecht
etc.

Dit zorgde voor de arbeidersbeweging: vakbonden, politieke partijen  kwamen op voor de
belangen van de arbeiders (verbetering in hun leefomstandigheden)

Voorbeelden:
- Sociaal-Democratische Bond (SDB, 1881)  splitste op in 1894 als de Sociaal-Democratische
Arbeiderspartij (SDAP)  na de 2e WO  Partij van de Arbeid (PvdA)
 Collectieve sociale verzekeringen
 Uitgebreide sociale wetgeving

De verzorgingsstaat als gevolg van een burgerlijk beschavingsoffensief
Na de 19e eeuw:
- Afstand tussen arm en rijk erg groot
- Materieel en in de waarden en normen zaten grote verschillen tussen de klassen
- De Elite streefden naar verheffing van het volk  aanleren van fatsoensnormen en het
bijbrengen van goede zeden bedoeld (leerplicht 1901: integreren in de samenleving)

De verzorgingsstaat als gevolg van keynesiaans economisch beleid
Tot aan de 2e WO had de overheid nauwelijks invloed op de economie. Ze waren van mening dat de
productie van goederen en diensten to veel mogelijk aan particuliere bedrijven moest worden
overgelaten. Particuliere bedrijven vrij in hun handelen  zorgt voor economische evenwicht

 Wet van Say: elk aanbod schept zijn eigen vraag (inkomen wordt weer geinvesteerd in het
kopen van goederen/diensten)
 Keynes spreekt tegen: “het inkomen dat mensen krijgen vanuit de productie van goederen
en diensten hoeft niet te betekenen dat het geheel omgezet word in consumptie en
investering  gedeeltelijk sparen

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller StudyElena. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.78. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

56326 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.78  22x  sold
  • (4)
Add to cart
Added