Samenvatting lichamelijk functioneren 6
Gemaakt volgens de syllabus . In de samenvatting wordt hier 2 keer naar verwezen, omdat daar nog gekopieerde boeken in staan.
Inhoudsopgave
Thema 1 -> oncologie..............................................................................................................................................3
1.1 Algemene principes tumorgroei (benigne en maligne)..................................................................................3
1.2 Soorten maligne -> tumoren met naamgeving...............................................................................................4
1.2.1 Stadiëring van kanker.............................................................................................................................4
1.3 Mammacarcinoom..........................................................................................................................................5
1.3.1 Goedaardige aandoeningen van de borst................................................................................................5
1.4 Longcarcinoom...............................................................................................................................................6
1.5 Coloncarcinoom.............................................................................................................................................6
1.6 Huidkanker.....................................................................................................................................................7
1.6.1 Niet melanoom huidkanker.....................................................................................................................7
1.6.2 Melanoom...............................................................................................................................................8
1.7 Prostaatkanker...............................................................................................................................................8
1.8 Baarmoederhalskanker...................................................................................................................................9
1.9 Urologische kankers.....................................................................................................................................10
1.9.1 Tumoren van de nieren en urinewegen.................................................................................................10
1.9.2 Kanker van het nierbekken en de urineleiders......................................................................................11
1.9.3 Blaaskanker...........................................................................................................................................12
Thema 2 -> palliatieve zorg..................................................................................................................................13
2.1 Pijnbestrijding en bestrijding andere lichamelijke klachten in palliatieve context.....................................13
2.1.1 Niet-steroïde ontstekingsremmende geneesmiddelen (NSAID’s)........................................................13
2.1.2 Paracetamol...........................................................................................................................................13
2.1.3 Ontstekingsremmende steroïden...........................................................................................................14
2.1.4 Opioïden...............................................................................................................................................14
2.1.5 Geneesmiddelen voor de behandeling van neuropathische pijn...........................................................15
2.1.6 Middelen voor de behandeling van misselijkheid en braken................................................................15
2.1.7 Bijwerkingen van geneesmiddelen tegen kanker.................................................................................16
2.2 Sedatie, versterven, euthanasie....................................................................................................................17
2.2.1 Palliatieve zorg.....................................................................................................................................17
2.2.2 Palliatieve sedatie.................................................................................................................................17
2.2.3 Euthanasie.............................................................................................................................................18
2.2.4 Versterven en de dood..........................................................................................................................19
, Thema 1 -> oncologie
1.1Algemene principes tumorgroei (benigne en maligne)
Kanker wordt gekenmerkt door een ongecontroleerde groei van abnormale cellen in het lichaam.
Deze abnormale cellen kunnen infiltreren (ingroeien) in gezond weefsel en metastaseren (uitzaaien).
Het lichaam bestaat uit duizenden levende cellen. Deze cellen groepen en delen zich, waardoor
steeds nieuwe cellen ontstaan.
Jongere mensen -> cellen delen zich sneller, zodat groei plaats kan vinden.
Volwassenen -> gericht op vervanging van dode cellen en de reparatie van beschadigd weefsel.
Onder normale omstandigheden is sprake van een gecontroleerde celdeling.
Bij kanker is de celdeling ongecontroleerd -> cellen gaan niet dood en er worden nieuwe cellen
gevormd terwijl het lichaam deze niet nodig heeft.
Gevolg -> abnormale toename van cellen, wat kan leiden tot een tumor of neoplasma (gezwel).
Tumoren kunnen benigne (goedaardig) of maligne (kwaadaardig) zijn.
Bij sommige kankers worden geen tumoren gevormd. Voorbeelden hiervan zijn leukemie, lymfomen
(lymfklierkanker) en myelomen (kwaadaardige gezwellen van ruggenmerg of beenmerg).
Benigne tumoren zijn niet levensbedreigend, hoewel dit afhankelijk is van de plaats waar ze zich
manifesteren. Ze groeien langzaam en verspreiden zich niet.
Een benigne tumor die groeit, neemt wel ruimte in, maar zal nooit ingroeien in het omringende
weefsel of via het bloed of de lymfe uitzaaien naar andere delen van het lichaam.
Benigne tumoren hebben een glad oppervlak, zijn goed afgrensbaar van de omgeving en meestal
symmetrisch.
Ze zijn vaak omgeven door een kapsel, waardoor ze gemakkelijk chirurgisch te verwijderen zijn met
behulp van excisie (uitsnijding). Na verwijdering komen ze nauwelijks terug.
Maligne tumoren zijn vaak levensbedreigend. Ze groeien snel, infiltreren het omringende weefsel en
kunnen zich via het bloed (hematogene metastasering), de lymfe (lymfogene metastasering) of door
directe verspreiding in een holte (cavitaire metastasering) uitzaaien naar andere delen van het
lichaam.
Iatrogene metastasering -> kankercellen laten los door medisch ingrijpen en zich verspreiden via de
bloedbaan. Dit moet zoveel mogelijk worden voorkomen. De volgende maatregelen kunnen getreft
worden om het te voorkomen: regelmatig schoonmaken of verwisselen van instrumenten en het zo
min mogelijk palperen van de tumor tijdens de ingreep.
De cellen van een maligne tumor lijken niet op de cellen waaruit ze zijn ontstaan en onderling
verschillen ze ook. Ze zijn niet omgeven door een kapsel, zijn moeilijk te verwijderen en neigen tot
recidief.
, 1.2Soorten maligne -> tumoren met naamgeving
Een benigne tumor die uitsteekt boven de oppervlaktelaag wordt meestal poliep genoemd.
De meeste anderen benigne tumoren krijgen hun naam door achter het voorzetsel, dat is afgeleid
van de cellen waaruit de tumor is ontstaan, de uitgang -oom te zetten.
Maligne tumoren die uitgaan van het epitheel (dekweefsel) krijgen de uitgang carcinoom. Een
adenocarcinoom is bijvoorbeeld een maligne tumor die ontstaat uit het klierweefsel.
Carcinomen komen voor in de borst, de dikke darm, de lever, de longen, de prostaat, de huid en de
maag.
Maligne tumoren die uitgaan van het steunweefsel krijgen de uitgang sarcoom. Een osteosarcoom is
bijvoorbeeld een maligne tumor die ontstaat uit botweefsel.
Sarcomen komen voor in spieren, bot en kraakbeen.
Carcinomen komen vaker voor dan sarcomen en groeien langzamer.
Carcinomen metastaseren hoofdzakelijk via de lymfe.
Sarcomen metastaseren hoofdzakelijk via het bloed.
1.2.1 Stadiëring van kanker
-> belangrijk onderdeel van de diagnostiek. Het geeft de uitgebreidheid van de kanker aan en is van
klinisch belang voor de behandeling en de prognose.
Hiervoor wordt het TNM/G-systeem gebruikt om het stadium aan te duiden waarin de kanker zich
bevindt.
Het TNM/G-systeem:
T -> Tumor en geeft de grootte van de oorspronkelijke (primaire) tumor weer en de mate
van ingroei in de omliggende weefsels.
N -> Nodus en geeft aan of de kanker is uitgezaaid naar de lymfeklieren in de buurt.
M -> Metastasen en geeft aan of de kanker is uitgezaaid naar delen van het lichaam die
verder weg liggen.
G -> Gradering en geeft de agressiviteit van de tumor aan. Hoe meer cellen afwijken van de
cellen waaruit ze zijn ontstaan, hoe agressiever de tumor.
Zie tabel 4.6 (blz 63) voor de uitgebreide stadiëring.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nienkeschuurman. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.08. You're not tied to anything after your purchase.