Hoofdstuk 1: Welzijn in de verzorgingsstaat
1) Welvaartsstaat
Definitie van Herman Deleeck: De samenlevingsvorm van sommige rijke geïndustrialiseerde landen
waarbij een aantal grondrechten van de burger effectief gewaarborgd worden.
Deze grondrechten zijn bedoeld om zijn materiële welvaart en zijn kansen tot ontplooiing te
bevorderen.
Dit alles gebeurt binnen de parlementaire democratie en met behoud van de vrije markt-
economische productiewijze.
Grondrechten? Mensenrechten
Waarvoor men een ingrijpen van de overheid verwacht:
het recht op leven, de vrijheid van meningsuiting, de vrijheid van drukpers en de godsdienstvrijheid, …
Maar ook de sociale grondrechten:
het recht op werk, huisvesting, gezondheid, onderwijs, ontplooiing, …
à Uitbouw welvaartsstaat
2) 5 kenmerken van de welvaartsstaat:
1. Hoog welvaartspeil
- Kenmerkend is de hooggeorganiseerde economische ontwikkeling die heeft geleid
tot een zeer hoge levensstandaard
- De voorwaarde voor het behouden van die welvaart is een voortdurende
economische groei en de ermee samenhangende doelstelling van volledige
werkgelegenheid
2. Overheidsoptreden
- De overheid komt tussen met een brede waaier van maatregelen
Sociale Zekerheid
Vele vormen van dienstverlening die door de overheid worden
georganiseerd, gecontroleerd en gesubsidieerd (bijvoorbeeld onze
gezondheidszorg, ons onderwijs, onze welzijnszorg,…)
3. Verwezenlijking van grondrechten
- Welvaartsstaat is vooral gericht op het voorkomen van problemen
4. Vrije markt en overleg
- Dit alles gebeurt binnen ons economisch systeem van de vrije markt en zorgt
ervoor dat beslissingen tot stand komen op basis van overleg
5. Binnen democratie
- De welvaartsstaat is niet autoritair
- Parlementair democratisch systeem
,3) Belgische welvaartsstaat is niet-staats en heeft een verzuild middenveld
® Niet-staats: sociale organisaties zijn sterk:
o Betrokken bij besluitvorming
- Bijvoorbeeld: sociaal overleg (wg-wn)
- Er is geregeld een sociaal overleg tussen de vertegenwoordigers van
werknemers en werkgevers
- Dit tweedelig of paritair overleg tussen deze partners kan aangevuld worden
met vertegenwoordigers van de overheid
- Ook dit driedelig of tripariet overleg wijst op het belang van de sociale
organisaties bij het tot stand komen van adviezen en wettelijke besluitvorming
op sociaal vlak
o Betrokken bij uitvoering van het sociaal beleid
- Bijvoorbeeld: uitbetaling van uitkeringen door ziekenfonds/vakbond/...
- De overheid vertrouwt de uitvoering toe aan verenigingen en organisaties
- Ook binnen de welzijnszorg wordt de uitvoering grotendeels toevertrouwt aan
social profitorganisaties (= organisaties die niet commercieel zijn en dus niet op
winst gericht zijn)
- De overheid houdt toezicht en zorgt voor programmatie (= zorgen voor een
evenwichtig gespreid aanbod op basis van criteria), erkenning (= voorzieningen
voldoen aan een aantal voorwaarden) en subsidiëring (= organiastie krijgen
financiële middelen)
à Overheid controleert
® Verzuild middenveld
o Middenveld = sociale organisaties
o Verzuiling
- = tal van maatschappelijke initiatieven vanuit 3 ideologieën (20 ste eeuw):
katholieken/liberalen/socialisten
- levenbeschouwing is nauw verbonden met de organisatie van een aantal
maatschappelijke activiteiten
o Ontzuiling: 21ste eeuw: verzuiling afgebrokkeld
- De binding tussen de leden en hun respectievelijke zuil is de jongste jaren aan het
verzwakken
- Gezinnen durven al eens veranderen van ziekenfonds, omwille van de voordelen
- Kortom: het uithoudelijke cement van de verzuiling is inmiddels sterk
afgebrokkeld, maar de organisatorische bouwstenen ervan blijven overeind
o Maar koepels nog sterk
o Nieuwe sociale bewegingen
,4) Hoe is de welvaartsstaat ontstaan?
Historiek in 5 fasen:
1. “de sociale kwestie”: 1800 - 1880
o Iets grotere levensstandaard door industrialisatie
o Weinig overheidstussenkomst, wel vrijheid (tgv Fr Revol.)
o Hongersnood, kinderarbeid, geen sociale bescherming
à Dankzij solidariteit ontstaan coöperatieves: de ‘voorlopers’ van ziekenfondsen en
vakbonden
2. Eerste sociale wetten ter bescherming van de arbeiders: 1880 - 1919
o Leerplicht, zondagsrust, verbod op kinderarbeid
o Meervoudig stemrecht 1893
o Oprichting vakbonden en landsbonden ziekenfondsen
3. Sociaal overleg: tussen W.O.I en W.O.II
o Economische crisis, werkloosheid, opkomst totalitaire regimes in Europa
o Groeiend besef van belang overheidsingrijpen in economie
o Groeiend belang sociaal overleg
4. Concrete uitbouw en bloei van de welvaartsstaat: na W.O.II tot 1973
o Uitbouw sociale zekerheid (KB, ZIV, WL, pensioenen)
o Uitbouw overleg werkgevers-werknemers
o Uitbouw zorgvoorzieningen
o Vrouwenstemrecht & optrekken leerplicht 14-16-18
5. Naar actieve welvaartsstaat: eind 20ste eeuw
o 1973 oliecrisis en jaren ‘80 economische crisis -> regeringen moeten besparen
o Positief: welvaartsstaat biedt bescherming, is succesverhaal
o Maar, betaalbaarheid sociale zekerheid onder druk door:
- Demografische veranderingen (vergrijzing & ontgroening)
- Andere manier van leven (eenoudergezinnen, …)
- En andere vragen bij de welvaartsstaat:
Globalisering (flexibelere jobs, productiebedrijven naar ‘lageloonlanden’…)
Milieuproblemen: grenzen aan groei
, 5) De actieve welvaartsstaat
® Actieve welvaartsstaat = bescherming tegen inkomensverlies en kosten verbonden aan
bepaalde sociale risico’s
® Traditioneel welvaartsmodel in vraag
- Toenemende druk van de fiscale lasten (= de belastingen op arbeid) en sociale lasten
(= de werkgeversbijdragen aan RSZ)
- De demografische tijdbom
- De internationale concurrentie en het voortdurende banenverlies aan de zogeheten
‘lageloonlanden’
® Activering
- Vooral het tekort in de openbare financiën, de blijvend hoge werkloosheid en de
verontrustende demografische evolutie leidden tegen het eind van de 20 ste eeuw tot
het ontstaan van het activeringsidee
- Onder de motto ‘niet de mensen vis geven, maar ze leren vissen’ wordt via
overheidsmaatregelen getracht om mensen te integreren via werk ipv. hen uitkering
te geven
- Via een ‘proactief’ beleid probeert men zelf te anticiperen op toekomstig banenverlies
in sectoren die het moeilijker hebben
- Zo worden werkzoekenden en werknemers bijgeschoold om hun kansen op blijvende
werkloosheid of jobverlies bij herstructurering te minimaliseren
® Meer mensen aan het werk
- Uiteindelijke doelstelling = een verhoging van de activiteitsgraad (= mate waarin de
bevolking op beroepsactieve leeftijd (15-64 jaar) actief is op de arbeidsmarkt dwz. een
job heeft of een job zoekt) van de bevolking
- Het ‘Generatiepact’ was een 1ste, voorzichtige beleidsmatig antwoord in de richting
van meer activering
6) Nieuwe sociale kwestie en de risicosamenleving
® Belang van kennis
o Kennis- of informatiemaatschappij (= post-industriële maatschappij)
o Levenslang leren (noodzaak)
® Nieuwe sociale kwestie: kloof hooggeschoolden <> laaggeschoolden
o Zoektocht naar nieuwe remedies voor sociale bescherming…
® Voorspellen van risico’s: « Risicosamenleving » : minder kansen voor mensen met
beperkingen of lage scholing
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Լիզա. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.88. You're not tied to anything after your purchase.