100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting M&O leerjaar 2 $6.76   Add to cart

Summary

Samenvatting M&O leerjaar 2

2 reviews
 83 views  7 purchases
  • Course
  • Institution

Alle stof behandeld tijdens het blok komt aan bod. Het is makkelijk om door het bestand te navigeren met de zoekfunctie of de navigatiebalk waarin de kopjes en hoofdstukken worden weergegeven. Ik heb er zelf een 8,4 mee gehaald. Succes!

Last document update: 3 year ago

Preview 4 out of 38  pages

  • January 15, 2021
  • January 19, 2021
  • 38
  • 2020/2021
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: tessajans • 1 year ago

review-writer-avatar

By: botaraa • 3 year ago

Top!!

avatar-seller
Samenvatting M&O leerjaar 2
Hogeschool van Amsterdam Januari 2021


Inhoud
Inleidend ................................................................................................................................................. 3
Waarom organiseren? ........................................................................................................................ 3
Verschil publieke/private organisaties .............................................................................................. 3
Onderscheid tussen organisaties ....................................................................................................... 3
Stromingen organisatiekunde ............................................................................................................ 5
• 1. Klassieke organisatiekunde 1890 ........................................................................................ 5
• 2. Gedragskundige benadering 1920 ...................................................................................... 7
• 3. Revisionisme 1940 ............................................................................................................... 8
• 4. De systeembenadering 1940 ............................................................................................... 8
• 5. Contingentiebenadering 1960 ............................................................................................. 9
- 6. TQM-stroming (totale kwaliteitszorg) 1980 ........................................................................ 9
- 7. De lerende organisatie 1990 ............................................................................................... 9
Algemeen 7s model .......................................................................................................................... 10
Samenhang ....................................................................................................................................... 11
Strategy ................................................................................................................................................. 13
1. Porter 1985 -Concurrentiestrategie ....................................................................................... 14
2. Treacy & Wiersema -Waardenstrategie ................................................................................... 15
3. Ansoff 1956 -Groeistrategie ................................................................................................... 15
Structure ............................................................................................................................................... 17
Belangrijke begrippen ....................................................................................................................... 18
Opbouwstructuur .............................................................................................................................. 19
Coördinatiemechanismen Mintzberg................................................................................................ 19
Systems ................................................................................................................................................. 22
Belangrijke begrippen ....................................................................................................................... 22
Samenstelling systeem ...................................................................................................................... 24
Staff ....................................................................................................................................................... 26
Motivatie ........................................................................................................................................... 26
Human Resource Management......................................................................................................... 28
Skills....................................................................................................................................................... 30
Kwaliteitsdenken/Deming cirkel ....................................................................................................... 30
INK-model .......................................................................................................................................... 31

, Balanced scoreboard ......................................................................................................................... 31
Competentiemanagement ................................................................................................................ 32
Style ....................................................................................................................................................... 33
(!) Betrokkenheid medewerkers besluitvorming .............................................................................. 33
Teamvorming .................................................................................................................................... 33
Conflicthantering ............................................................................................................................... 34
(!) Motivatie....................................................................................................................................... 34
Shared Values ....................................................................................................................................... 36
The golden circle, Simon Sinek .......................................................................................................... 36
Cultuurtypering handy ...................................................................................................................... 37
Cultuur beïnvloeden (Shein).............................................................................................................. 38

,Inleidend
Een organisatie is een doelgerichte samenwerking tussen mensen waarbij zij gebruik maken van
middelen

Waarom organiseren?
1 Synergie
-samen meer resultaat realiseren dan enkel de som van ieders individuele prestaties.
2 Schaalvoordelen
-geen duplicatie van middelen, geen 2x afdeling personeelszaken, geen 2x dezelfde chip ontwikkelen

Verschil publieke/private organisaties
1) Privaat is gericht op een markt
2) Privaat heeft klanten, publiek niet (onvrijwillige klanten; geen keuzemogelijkheden/concurrentie)
3) Publiek heeft politiek leiderschap

Onderscheid tussen organisaties
(herhaling vorig jaar)
Organisatie
-Menselijke samenwerking die doelgericht en blijvend is. Een voorbeeld van een organisatie is
stichting Vluchteling
Bedrijf
-Is een organisatie die goederen of diensten produceert met als doel deze op de afzetmarkt te
verkopen. Een bedrijf kan zowel profit als non profit zijn. Een voorbeeld van een non profit bedrijf is
Gasunie, dit is staatsdeelneming op het gebied van energie in Nederland, zij streven niet naar winst
maar produceren wel diensten en verkopen deze op de afzetmarkt.
Onderneming
-Is altijd gericht op het maken van winst. Een onderneming is dus zowel een organisatie, als een
bedrijf.

1) Natuurlijke personen
-Een werkelijk bestaand persoon. De eigenaren zijn zowel met hun zakelijke vermogen, het
vermogen uit het bedrijf, als met hun privévermogen aansprakelijk.

Eenmanszaak
Een eenmanszaak is een organisatievorm waarin de eigenaar geheel verantwoordelijk is, ook met zijn private
vermogen, voor eventuele schulden. Een eenmanszaak kan voordelig zijn vanwege belasting als je minder dan
150 000 per jaar verdient en je hebt alle vrijheid om te doen wat je goeddunkt aangezien je zelfstandige bent.
Het nadeel is dat je volledig afhankelijk bent van je gezondheid, want bij ziekte of iets dergelijks sta je er ook
alleen voor. Daarnaast word je met al je privébezit aansprakelijk gesteld bij schulden of faillissement.

Maatschap:
Een samenwerking tussen zelfstandige natuurlijke personen of rechtspersonen. Zij delen geld of arbeid om
samen een doel te verwezenlijken en de winst samen te delen. Deze organisatievorm komt vooral vaak voor bij
vrije beroepsbeoefenaars zoals veel artsen (dierenarts, tandarts of huisarts), advocaten en
belastingconsulenten. Elke ‘maat’ is in gelijke mate aansprakelijk voor schulden die de maatschap maakt.

Vennootschap onder firma(VOF):
In een VOF werken twee of meer personen samen onder een naam. Ze zetten samen geld, arbeid, goederen of
vergunningen in en zijn ook samen aansprakelijk voor alle schulden. Dit komt vaak voor bij een meer materiele
samenwerking (samen een kroeg of winkel beginnen). Verdeling van winst, taakverdeling en dat soort zaken
worden door de firmanten in een contract vastgelegd. Beide firmanten zijn aansprakelijk voor alle schulden die

, de firma maakt. Het nadeel aan deze organisatievorm is dan ook dat als een firmant vertrekt, hij de andere met
alle schulden kan laten zitten. Het voordeel is dat je er niet zo alleen voorstaat als bij een eenmanszaak en dus
meer risicospreiding hebt.

Commanditaire vennootschap(CV):
In een CV is er eenzelfde opzet als bij een VOF, maar kunnen stille vennoten aansluiten. De ondernemers bij de
VOF vormen dan de beherende vennoten en de stille vennoten zijn enkel de geldschieters en delen mee in de
winst. Ook zijn de stille vennoten niet aansprakelijk voor schulden van de CV, zij kunnen wel hun investering
kwijtraken. De beherende vennoten zijn, net zoals bij de VOF, wel geheel aansprakelijk.



2) Rechtspersonen
- Geen werkelijk bestaand persoon, maar een fictief persoon, zodat een organisatie
rechtshandelingen kan plegen als een echt persoon. Alleen zakelijk aansprakelijk.

Naamloze vennootschap(NV):
Een NV is een onderneming met eigen rechtspersoonlijkheid. Een NV wordt doorgaans bestuurd door drie
bestuursorganen, de algemene vergadering van aandeelhouders (AVA), de raad van bestuur (RvB, dagelijkse
leiding) en de raad van commissarissen (RvC, controleurs van het bestuur). In een NV zijn de dagelijkse leiding
en de vermogensverschaffers niet afhankelijk van elkaar en is het kapitaal van het bedrijf opgedeeld in vrij
verhandelbare aandelen. Een voordeel van een NV is dat het qua belasting goedkoper is dan bijvoorbeeld een
eenmanszaak als de winsten hoger dan 150 000 euro zijn en er makkelijk vreemd vermogen kan worden
aangetrokken. Daarnaast zijn de ondernemers niet met hun privaat vermogen aansprakelijk voor de schulden
die het bedrijf maakt. Het nadeel aan de NV is dat de aandelen vrij verhandelbaar zijn en er dus een vijandige
overname plaats kan vinden en dat er publicatieplicht is.

Besloten vennootschap(BV):
Is vergelijkbaar met de nv, met als grootste verschil dat hier de aandelen op naam staan en dus niet vrij
verhandelbaar zijn. De BV is een aantrekkelijke vorm voor ondernemers met een winst boven de 150 duizend
per jaar die niet persoonlijk aansprakelijk willen zijn voor de bedrijfsrisico’s.

Coöperatieve vennootschap:
Een organisatie waarin verschillende kleinere organisaties samenwerken om samen een doel te verwezenlijken.
Bijvoorbeeld boeren die samen het product melk verkopen onder dezelfde naam of banken die samen krediet
verschaffen. Wel publicatieplicht en zelfde bestuursorganen als NV.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nerdystudent. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.76. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

77764 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.76  7x  sold
  • (2)
  Add to cart