Structuur en keuzes in beleid en ontwerp
2.2 De straat college 1/7 Openbare Ruimte
Hoofdstuk 1
Wat is het?
Hierin zitten vooral de tentamenvragen, en moet je snappen!
Wat is een goede openbare ruimte?
Wat zijn de functies van de openbare ruimte?
• Praktisch
o Zorgt ervoor dat je comfortabel en veilig van een vertrekpunt naar bestemming kan komen
(verbindingsruimte)
o Biedt ruimte aan de allerhande activiteiten/functies die (soms) niet op privé terrein kunnen
plaatsvinden (gebruiksruimte)
▪ Parkeren, verhuizen, auto wassen, skaten, fietsen stallen, kliko klaarzetten
▪ Markten, evenementen, demonstratie
o Is een bron van vermaak, inspiratie, rust, beweging en ontmoetingen (belevingsruimte)
• Abstract
o Visitekaartje van een stad, beeldvorming/uitstraling/imago (Niet alles is een visitekaartjes,
bijvoorbeeld bedrijventerrein)
o Eigenheid, identiteit, trots
o Verbinden – delen – ontmoeten – gelijkheid
o Oriëntatie, wegwijzen
o Link met verleden, cultuurhistorische waarde
Keuze en dilemma’s
• Van wie is de OR?
• Welke rollen van de OR staan voorop?
o Verbinden, parkeren? Gebruik en beleving?
• Scheiden om te verbinden?
Tentamenvragen:
Welke middelen heb je om de Venustas van een ontwerp te vergroten? (of een van de andere 2)
Er worden er 2 genoemd en jij moet de 3e zeggen en uitleggen van de termen!
Wat is een goede openbare ruimte?
• Firmitas: duurzaam en beheerbaar (stevigheid, sterkte, slijtvastheid)
• Venustas: mooi (schoonheid)
• Utilitas: bruikbaar en veilig (nuttigheid)
Firmitas
Wat is een duurzame openbare ruimte? → zorg dat je voorbeelden kan noemen
• Slijtvast en onbreekbaar materiaal, robuust
o In gebruik en beheer (onkruid, verhuiswagens; weers- en klimaatbestendig, niet vervuilend, niet
ongezond, energiebewust, vandalismebestendig)
• Mode-ongevoelig
o Raakt niet uit de mode, betaalbaar (bv. dia 19 rechts boven de stenen)
• Aanpasbaar, herbruikbaar, vervangbaar of recyclebaar
o Bijvoorbeeld bij aanleg leidingen, afschrijvingen op materiaal, vervanging kapotte elementen
• Dwingt juist gebruik af door de helderheid (weinig borden nodig)
o Creëert bewonersbetrokkenheid (zuinig zijn op, medeverantwoordelijk)
o Staat goed gebruik toe door maatvoering en programma (bv Parkeervak)
Venustas
Wat is een mooie openbare ruimte?
,Min of meer in volgorde van belangrijkheid
Tentamenvraag bv: noem eens 5 van die dingen.
1. Eenheid, en in harmonie met de bebouwde omgeving
2. Symmetrie (of juist niet, maar dan balans in compositie)
3. Geleding van ruimtes (verschillende ruimtes zijn logisch aan elkaar gekoppeld)
4. Doorgaande lijnen en zichtlijnen, continuïteit
5. Ritme en regelmaat, eenduidigheid (niet te veel verschillende vormen of ritmes, geen chaos)
6. Leegte, overmaat, ingetogen (brengt rust)
7. Materiaal, kleur, detaillering (passend, zorgvuldig, beperkt palet)
8. Groen en straatmeubilair (klopt met landschap, historie of juist heel eigen)
9. Kunst (OR als museale ruimte, kunst als structurerend element in OR)
Utilitas
Wat is een bruikbare openbare ruimte?
1. Functioneel: maatvoering en materialisering klopt met functie (het past)
2. Gebruik is duidelijk zonder uitleg en handhaving (je snapt het)
3. Veiligheid door helderheid, voorspelbaarheid, (over)zicht en maatvoering, bruikbaar bij hevige
weersextremen (nat, warm)
4. Functioneel soms door functiescheiding, soms door functiemenging
(middelen: hoogteverschil, belijning, materialisering)
5. Stil, trilling- en hindervrij in gebruik
6. Toegankelijk voor iedereen met handicap
7. Multifunctioneel, flexibel, sociaal veilig
Als je die 3 dingen goed doet, dan heb je toekomstwaarde. Dilemma van de praktijk, bijvoorbeeld asfalt met stenen
erin gedrukt, of gebakken stenen.
Onbruikbare dingen verdwijnen, lelijke dingen verdwijnen, snel slijtende of niet te onderhouden dingen verdwijnen.
Balanceerkunstenaar
Niet alleen schipperen tussen bruikbaar, duurzaam en mooi, maar…
Als ontwerpen openbare ruimte zit je tussen burgers en beleidsmakers
Tussen de afdeling parkeren en de afdeling monumenten. Tussen groenbehoud en de bond voor blinden en
slechtzienden, tussen de afdeling marketing en de budgetbeheerders van het ingenieursbureau van de gemeente.
Tussen boze burgers waarvan hun flat gesloopt wordt en de wethouder die als tegenprestatie de burgers laat
beslissen over het type bankjes in de openbare ruimte. Tussen de handhavers en de fietsersbond.
Tussen de wenst tot standaardisering en de wenst iets eigens te maken voor de plek
Tussen wal en schip.
Dit is belangrijk en geeft een soort helderheid en structuur aan je verhaal.
,De moeilijke en de makkelijke openbare ruimte
Geen tentamenvraag! Wel belangrijk!
Makkelijk: * en **
• Gebruik het handboek inrichting
• En de welstandsnota
• Of het beeldkwaliteitsplan
Want
• Daarin staat in welke typologie je werkt (eenheid OR en omgeving is bepaald)
o Indeling typologieën kan op verschillende gronden (leeftijd, maatvoering, ect.)
• Hoe breed dan een trottoir is (maatvoeringen staan omschreven)
• Met welk materiaal (en ook het voorgeschreven materiaalgebruik)
• En wat te doen met een tekort of overmaat aan ruimte (de prioriteiten zijn helder)
*Gemeenten moeten in de gemeentelijke bouwverordeningen een regelement van orde op welstandscommissie
opnemen. Hiermee is het welstandsasdvies gebonden aan democratisch vastgestelde welstandscriteria. In de
welstandsnota worden deze welstandscriteria benoemd, van algemeen, via relatieve (gebieds- en object
specifieke) naar absolute welstandscriteria. De welstandsnota geeft een beschrijving van de samenhang in het
karakter van een bepaald gebied. Hieruit ontstaan aandachtspunten en beoordelingscriteria waarop gelet wordt bij
bouwplannen in een bepaald gebied.
**Het Beeldkwaliteitsplan is een richtinggevend document voor de ontwerpers/ opdrachtgevers en de
welstandscommissie. ‘’…passend binnen de Wijkschets Over ‘Spoor, waarin de beoogde toekomstige ruimtelijke
kwaliteit omschreven staat. De Larenseweg is in het toekomstbeeld een lange groene laan die wordt begeleid door
een afwisselende reeks burgerlijke huizen en stadse, industriële en statige panden. Tussen de coulissen door is een
achterwereld zichtbaar van industrieel ogende panden en terreinen, met een heel eigen, grotere maat, schaal en
vormentaal…’’
Taak van bachelor:
Van dikke stift tot uitvoering
• Begrijp de ontwerp-visie die achter het plan ligt (en handel vanuit deze gedachte)
• Vertaal naar de functionele en uitvoerbare praktijk (naar standaardelementen, afwatering
levensvatbaarheid groen, verkeersveiligheid, ect.)
• Van idee naar bestek
Als je doorstudeert kan je ook senior ontwerper worden, ga ontdekken waar voor jou de ambities liggen.
Moeilijk:
OR als een afweging
• Welke kwaliteiten en functies krijgen prioriteit?
• Welke functies zijn te combineren?
• Wat als het nog goedkoper moet, wat zou je doen met extra budget?
Zeg het maar:
• Minder parkeerplaatsen lans de straat of eenrichtingsverkeer?
• Vrijliggend fietspad langs drukke weg of smalle stoep voor de rolstoelen en kinderwagens?
• Een schrikstrook tussen rijbaan en fietspad (naar school) maar dan de bomen uit het profiel
• Een plein met bankjes of zonder hangjongeren?
• Een historisch straatweg-profiel door een oude villawijk of een veilige weg met verkeersheuvels en asfalt?
, Beleid
Het moeilijke standaardiseren
Stand van zaken OR
• Regionale verschillen verdwenen door standaardisatie
o Zelfde lantarenpalen in heel Nederland
o Landelijk ipv regionaal materiaalgebruiken (ijsseksteentjes, waalstenen)
• Te vaak ontworpen per plek, niet in samenhang
o Elk straatje opnieuw het wiel uitvinden, mode-afhankelijk
o Niets vervangbaar uit voorraad, maatwerk is enorm duur
• Beschikbare ruim niet voldoende voor autogebruik
o Veel van de omgeving is ontstaan voor de auto bestond, nu past het niet
• Draagt onvoldoende bij aan abstracte doelen (identiteit, eenheid, ect.)
Beleid
• Van grof naar fijn
o Typologieën (vlakken, naar architectuur, stedenbouw, maat, functies)
o Lijnen (hoofdroutes, grenzen, type lijnen)
o Punten (pleinen, bijzondere locaties, parken)
o Eigenheiden/karakteristieken (genius loci) (maar dan maximaal de top 3)
• Over prioriteiten en keuzes
• Structuur + kwaliteit + gebruik = gewenst inrichtingsniveau
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lbr297. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.54. You're not tied to anything after your purchase.