1 Pluriformiteit in Nederland
Pluriforme samenleving: een land waarin mensen naast elkaar leven met uiteenlopende
godsdiensten en levensstijlen en waar een redelijke mate van verdraagzaamheid heert.
Wat is cultuur?
Onder cultuur verstaan we alle waarden, normen en gewoonten die mensen binnen een
groep of samenleving met elkaar delen.
Dominante cultuur: alle waarden, normen en gewoonten die de meerderheid van de
bevolking met elkaar deelt. Het spreken van de Nederlandse taal en koningsdag bijv in
Nederland.
Subcultuur: wanneer binnen een groep sommige waarden, normen en andere
cultuurkenmerken afwijken van de dominante cultuur. Herken je aan de specifieke leefstijl
zoals een boer of gothics.
Tegencultuur: die zich verzetten tegen (delen van) de dominante cultuur of daar een
bedreiging voor vormen.
Culturele diversiteit
Verschillende factoren:
- Stad en platteland
- Jong en oud
- Beroep en maatschappelijke positie; bedrijfscultuur: alle waarden, normen en
gewoonten die er in een bedrijf gelden.
- Mannen en vrouwen; Rolpatronen: algemene verwachtingen en opvattingen over hoe
iemand zich moet gedragen.
- Etniciteit; allochtoon en autochtoon.
- Godsdienst
Cultuur in beweging
Denk aan de mode, opkomst sociale media, opvattingen over seks en drugs. Cultuur
verschilt in de loop van de tijd maar ook per plaats en groep.
2 Cultuur en identiteit
Nature of nurture?
Nature: ons gedrag wordt beïnvloed door aangeboren eigenschappen.
Nurture: ons gedrag wordt vooral wordt aangeleerd dmv omgeving en cultuur waarin je
opgroeit.
Cultuuroverdracht
Dit noemen we ook wel socialisatie: het proces waarbij iemand de waarden, normen en
andere cultuurkenmerken van zijn samenleving of groep aanleert. Hierdoor raak je als
individu aangepast aan he omgeving en begrijp je anderen beter. Hierdoor is een
Nederlander ook heel anders dan een Chinees.
Waar vindt socialisatie plaats?
, Socialiserende instituties: groepen, organisaties en collectieve gedragspatronen die
specifieke waarden, normen en gewoonten overdragen. Dit gebeurt binnen je gezin, school,
vriendenkring, geloof en maatschappelijke groepen.
Hoe vindt socialisatie plaats?
Er zijn 3 manieren:
1. Imitatie: wordt vooral gezien bij kinderen.
2. Informatie: kennisoverdracht, gebeurd vaak op school, werk of via media.
3. Sociale controle: dit betekent de manier waarop mensen anderen stimuleren of
dwingen zich aan geldende normen te houden. Door te complimenteren of iemand te
corrigeren.
Internalisatie
Betekent dat mensen zich waarden, normen en gewoonten eigen maken en zich
automatisch gaan gedragen zoals hun omgeving van hen verwacht.
Identiteit
Met persoonlijke identiteit bedoelen we alle aangeleerde kenmerken die bij jou
persoonlijkheid horen.
Individualisme en collectivisme
In Nederland leggen we veel nadruk op individuele ontplooiing en persoonlijke ontwikkeling.
Nederlandse cultuur noemen we ook individualistisch.
Collectief staat vaak boven het individu. Dat betekent dat mensen vanaf hun geboorte al
horen bij een hechte en sterke groep.
3 Nederland is veranderd
Wat was Nederland voor samenleving?
Voor de WOII:
● Sterke gezagsverhoudingen
● Weinig sociale mobiliteit: het was moeilijk om te klimmen op de maatschappelijke
ladder.
● Verzuiling: mensen organiseerden rond hun geloof of overtuiging.
● Traditionele rolpatronen
Groeiende welvaart
Na de oorlog was de periode van wederopbouw. Door de groeiende economie had de
overheid meer belastinginkomsten en dat geld werd gebruikt om de verzorgingsstaat verder
uit te bouwen. Mensen kregen hogere inkomen en konden ook vaker op vakantie. Nederland
veranderde langzaam in een consumptiemaatschappij: een samenleving die sterk gericht is
op de vrijetijdsbesteding en materieel bezit.
Ontzuiling en ontkerkelijking
Vanaf 1960 nam het aantal katholieken af. De meesten vonden de regels te streng. Ook was
er ontzuiling. De katholieken en protestanten kwamen erachter dat de ander niet zo slecht of
anders is. Groepen groeide naar elkaar toe.
Individualisering
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller esmeevansark. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.26. You're not tied to anything after your purchase.