Boom Juridische studieboeken - Grondslagen van het recht: Hoofdlijnen
Samenvatting van het boek "Grondslagen van het recht: Hoofdlijnen" waarbij alle hoofdstukken zijn samengevat gecombineerd met college aantekeningen en leerdoelen betreffende het tentamen.
Inleiding recht: Juridische vaardig
L01: Positief recht
Na het bestuderen van dit onderdeel kunt u:
• Uitleggen wat wordt verstaan onder positief recht, en wat het verschil is met ideaal
recht
• Uitleggen wat wordt verstaan onder objectief en subjectief recht en de verschillen
daartussen herkennen
• Uitleggen wat onder codificatie wordt verstaan
• Uitleggen wat het verschil is tussen dwingend en aanvullend recht
• Uitleggen wat wordt verstaan onder formeel en materieel recht en de verschillen
daartussen herkennen
• Het onderscheid is tussen materieel en formeel strafrecht uitleggen en daar
voorbeelden van noemen
• Uitleggen wat strafbepalingen en sanctienormen zijn
• Het verschil tussen misdrijven en overtredingen uitleggen
• Uitleggen wat er bedoeld wordt wanneer wordt gezegd dat het strafrecht het ultimum
remedium is
• Het verschil tussen de begrippen dolus en culpa uitleggen en in een concreet geval
herkennen
Hoofdstuk 1 paragraaf 4, 5 en 6
Soorten rechtsregels
Recht bestaat voor een groot deel uit regels die gedrag van burgers trachten te beïnvloeden en
te sturen. Er zijn rechtsregels die betrekking hebben op de organisatie van het rechtssysteem.
Dit zijn niet de enige soorten rechtsregels, namelijk:
- Gedragsnormen
Rechtsregels kunnen een gedraging gebieden, verbieden of toestaan. Vooral in het
strafrecht vinden we normen die gebieden en verbieden. Een kenmerk van zulke
strafrechtelijke geboden en verboden is dat ze (doorgaans) gekoppeld zijn aan dwang
of straf.
- Sanctienormen
Een sanctienorm is een regel die aangeeft wat degene die zich niet aan een
gedragsnorm houdt te wachten staat. De regel specificeert dus welke sanctie kan
volgen op een overtreding van de gedragsnorm.
- Bevoegdheid verlenende normen
Bevoegdheid verlenende normen geven staatsorganen een bepaalde macht. Die macht
(bevoegdheid) kan inhouden dat een staatsorgaan rechten en plichten vaststelt of
bepaalde handelingen verricht.
Positiviteit, gelding en effectiviteit van recht
‘Positief recht’ is het geheel van rechtsregels die op een bepaalde tijd en plaats gelding
hebben en verbindend zijn voor diegenen tot wie de regels zich richten, of men het er nu mee
eens is of niet.
‘Ideaal recht’ is het geheel van rechtsregels die men zich zou wensen in een perfecte wereld.
Positief recht en ideaal recht vallen nooit geheel samen, al was het maar omdat het ideale
recht voor de een anders is dan voor de ander. Maar positief recht dat te sterk afwijkt van het
ideale recht wordt als onrechtvaardig ervaren.
1
,Positieve rechtsregels hebben doorgaans gelding oftewel zijn verbindend. Dit houdt in dat een
rechtsregel op een bepaalde plaats en tijd voor een bepaalde groep personen aanspraak op
gehoorzaamheid heeft. De rechtsregel legt rechten, plichten of bevoegdheden vast die in het
algemeen juridisch afdwingbaar zijn. Soms echter is een rechtsregel in strijd met een andere
rechtsregel en wordt hij door de rechter onverbindend verklaard.
Met ‘effectiviteit van het recht’ wordt bedoeld dat het recht in het algemeen daadwerkelijk
gehoorzaamd wordt dan wel daadwerkelijk toegepast of gehandhaafd wordt. Niet alle
positieve rechtsregels in ons rechtssysteem zijn effectief. Er zijn rechtsregels waarom
niemand zich nog bekommert. Niemand leeft ze na, terwijl dat feit door de overheid
uitdrukkelijk of stilzwijgend wordt aanvaard. Het komt ook voor dat de overheid bewust of
oogluikend de overtreding van rechtsregels toelaat. Dit noemt men wel ‘gedoogbeleid’.
Twee betekenissen van ‘recht’
Het woord recht wordt in het juridische spraakgebruik in ten minste twee betekenissen
gebruikt:
- Objectief recht (law)
Het Nederlandse objectieve recht bestaat uit de verzameling van alle Nederlandse
rechtsregels.
- Subjectief recht (right)
Aan een breed scala van wetten – behorende tot
het objectieve recht – kunnen burgers
subjectieve rechten ontlenen. Te denken valt
aan het eigendomsrecht bijvoorbeeld.
In ons rechtssysteem neemt een bepaalde
categorie subjectieve rechten een prominente
plaats in: de grondrechten. We onderscheiden
twee vormen van grondrechten namelijk:
o Klassieke vrijheidsrechten: die een vrije
sfeer van het individu ten opzichte van
de overheid willen waarborgen
o Sociale grondrechten: kunnen worden
gezien als een opdracht aan de overheid
om essentieel geachte doeleinden na te streven (zorgplicht van de overheid
jegens burgers)
Subjectief recht en objectief recht staan niet los van elkaar. Subjectieve rechten berusten op
het objectieve recht. Iemand heeft bevoegdheden, rechten en plichten, wanneer deze
gebaseerd kunnen worden op rechtsregels die behoren tot het objectieve recht.
‘Law’ is te vertalen als ‘wet’, maar beter en breder is het juridische begrip ‘positief recht’ of
‘objectief recht’, oftewel het geheel aan geldende rechtsregels op een bepaalde tijd en plaats.
‘Right’ is in de Nederlandse juridische termen te vertalen als ‘subjectief recht’, oftewel een
concrete bevoegdheid of aanspraak van een specifieke persoon in een specifieke situatie. Dat
subjectieve recht wordt altijd ontleend aan het objectieve recht, en kan voor anderen
specifieke plichten met zich meebrengen.
2
,Hoofdstuk 2 allesbehalve paragraaf 4
Codificatie, wetboeken en wetten
Een codificatie is een poging alle rechtsregels op een rechtsgebied op systematische wijze in
een wetboek (codex) op te nemen. Zo’n codificatie heeft grote voordelen. In beginsel staan
alle rechtsregels in het wetboek. Een dergelijk wetboek geeft dus een overzicht, waardoor de
inzichtelijkheid wordt bevorderd. Een ander voordeel is dat de rechtsregels onderling
geordend zijn: de onderlinge samenhang komt naar voren.
Daarnaast wilde de wetgever hiermee een einde maken aan de lokale en regionale verschillen
in rechtsregels en juridische praktijk die aan het begin van de 19e eeuw bestonden, en aan de
bijbehorende rechtsonzekerheid en willekeur. Ook streefde de wetgever naar een stabiel
rechtsstelsel waarin wettelijke regels niet plotseling veranderden of met terugwerkende kracht
zouden gelden. De leidende gedachte achter de codificatie was dat op deze wijze het recht zo
volledig en duidelijk mogelijk vastgelegd werd, zodat de burgers wisten waarop zij konden
rekenen en hun gedrag op de rechtsregels konden afstemmen.
Rechtsgebieden
Klassiek is de indeling van het nationale recht in drie rechtsgebieden:
- Het privaatrecht
- Het staats- en bestuursrecht (publiekrecht)
o Constitutionele recht
o Provincierecht
o Gemeenterecht
o Waterschapsrecht
- Het strafrecht (publiekrecht)
o Commune strafrecht
o Economisch strafrecht
o Verkeersstrafrecht
Verder onderscheidt men de zogenoemde functionele rechtsgebieden. Een functioneel
rechtsgebied heeft betrekking op een bepaald (maatschappelijk belangrijk) thema en regelt
relaties tussen betrokkenen (bijv. arbeidsrecht, onderwijs of gezondheid). Een functioneel
rechtsgebied kan dan ook zowel privaatrechtelijke als publiekrechtelijke regels bevatten.
Andere onderscheidingen en indelingen van rechtsregels
Dwingend en aanvullend recht
Onder regels van dwingend recht wordt verstaan: rechtsregels waar de betrokkenen niet van
mogen afwijken.
Regels van aanvullend recht zijn rechtsregels waar betrokkenen juist wel van mogen
afwijken, bijvoorbeeld door een overeenkomst te sluiten. Partijen mogen een eigen regeling
vaststellen. Aanvullend recht komt pas aan de orde wanneer de betrokkenen niet onderling
een regeling voor hun onderlinge relatie hebben getroffen.
Het rechtsgebied waarop we regels van aanvullend recht vooral aantreffen, is het
verbintenissenrecht.
Formeel en materieel recht
Regels van materieel recht (oftewel inhoudelijk recht) geven aan welke rechten, plichten en
bevoegdheden de burgers tot wie de regel zich richt aan die regel kunnen ontlenen. Het gaat
dus om regels die betrekking hebben op de inhoud van rechten, plichten en bevoegdheden.
Materieel recht is o.a. te vinden in het BW, het Wetboek van Strafrecht en de Grondwet.
Met formeel recht duidt men de regels aan waarmee materiële rechten kunnen worden
gehandhaafd, kunnen worden waargemaakt. Het formele recht bestaat daarom allereerst uit
het procesrecht. Anders gezegd: het onderscheid tussen materieel en formeel recht
correspondeert met dat tussen regels die aangeven welke rechten en plichten er zijn en de
regels die aangeven hoe men zijn recht kan halen bij de rechter.
3
, Internationaal en nationaal recht
Een derde onderscheid tussen soorten rechtsregels is die tussen internationaal en nationaal
recht.
Onder ‘internationaal recht’ (oftewel internationaal publiekrecht) wordt verstaan: rechtsregels
die staten of internationale organisaties hebben vastgesteld of die internationaal erkend zijn en
aangeven hoe deze zich ten opzichte van elkaar of tegenover hun onderdanen hebben te
gedragen.
Nationaal recht is recht dat binnen nationale staten tot stand komt en gelding heeft. Men
spreekt van een nationale staat als er sprake is van een grondgebied, van een volk en van een
overheid die effectief gezag binnen de nationale staat uitoefent. Zo’n staat is onafhankelijk ten
opzichte van andere staten.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller DaanZenden. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.22. You're not tied to anything after your purchase.