100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Historische Ontwikkelingen van het Recht Schema's en uitleg $3.21
Add to cart

Class notes

Historische Ontwikkelingen van het Recht Schema's en uitleg

 13 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting en uitleg van alle schema's en zakelijke rechten die in de colleges van het vak historische ontwikkelingen van het recht worden besproken.

Preview 3 out of 18  pages

  • January 18, 2021
  • 18
  • 2016/2017
  • Class notes
  • Onbekend
  • All classes
avatar-seller
Hoorcollege schema’s HOR
HC2
Vermogensrecht
Erfpacht is een zakelijk recht, dat betekent dat
Twee verschillende vermogensrechten: een erfpachter een recht op de grond zelf heef.
Huur en Erfpacht
Het is geen eigendom, (dat is het meest
A A omvattende zakelijke recht), maar het is een
(eigenaar en (eigenaar en
verhuurder) erfverpachter)
recht dat daarvan is afgeleid en op de eigendom
drukt. Dat noemen we een beperkt recht. Een
persoonlijk zakelijk beperkt recht is een recht op andermans zaak.
recht recht
Het recht van erfpacht geeft je nu de
B B mogelijkheid om de zaak van iemand anders te
(huurder) (erfpachter) mogen gebruiken. Daar betaal je jaarlijks een
retributie voor.

Waarom zou je kiezen voor erfrecht of voor huur? → in beide gevallen betaal je een
vergoeding en in beide gevallen moet de eigenaar (verhuurder/erfpachter) jou in dat
huis dulden, hij kan je er niet uitzetten. Dus als je alleen naar deze twee partijen kijkt is
er niets aan de hand. Maar als je er een derde bij hebt, zie je hoe een zakelijk recht en
een persoonlijk recht zich anders kunnen gedragen.

Vb casus: Eigenaar van het huis droeg het over
C. 4,65,9
(Alexander Severus, a. 234) aan Aurelius Fuscus. Dit was dus de nieuwe
eigenaar. Hier mag de nieuwe eigenaar de
A Aurelius Fuscus huurder uit het huis zetten, want hij heeft een
(eigenaar en (nieuwe eigenaar)
verhuurder) overeenkomst gesloten met A en niet met B.
Verbintenissen gelden alleen tussen partijen.
vordert ontruiming
Je hebt dus niets te maken met huurder B, met
Kan de huurder B hem heb je geen overeenkomst. Dus hij kan
B zich verweren? zijn persoonlijke rec ht alleen inroepen tegen
(huurder) de persoon met wie hij de verbintenis gesloten
heeft. De eigenaar heeft een zakelijk recht
(zaaksgevolg); hij kan het tegen de hele wereld
inroepen, dus ook tegen huurder B. Kan
huurder B zich dus verweren? → Nee.

A had een schedel in bruikleen gegeven aan B.
Maar A had geld nodig, dus verkocht de
A overdracht C schedel aan C. Kan B hier iets aan doen? →
eigenaar verkrijger
Nee. Bruikleen geldt alleen tussen de partijen,
tussen A en B. De Eigenaar C kan zijn recht
tegen de hele wereld inroepen en de schedel
bij B ophalen.
Als B hier iets aan wil doen, moeten ze klagen
B bij degene die de bruikleenovereenkomst is
bruiklener
aangegaan. (Dus bij A). Ze hebben namelijk
7:226 lid 1 BW
een persoonlijk recht. Dit is wanprestatie en
kunnen ze inroepen tegen A, maar niet tegen C,
want C heeft er niets mee te maken.

, C. 4,65,9 Bij erfpacht (zakelijk recht) kan B (erfpachter) zijn
(Alexander Severus, a. 234)
recht wel inroepen tegen de hele wereld. Ook tegen
A Aurelius Fuscus de nieuwe eigenaar.
(eigenaar en (nieuwe eigenaar)
erfverpachter)
Hierdoor zal de prijs van een erfpacht hoger zijn (je
vordert ontruiming bent veel veiliger) dan de prijs van huur.
Kan de erfpachter
B B zich verweren?
(erfpachter)



Dit zijn de beperkte genotsrechten, zakelijke rechten:

Modern Romeins
Vruchtgebruik (3:201 BW) Ususfructus
Gebruik en bewoning (3:226 BW) Usus
Erfdienstbaarheid (5:70 BW) Servitus
Erfpacht (5:85 BW) Emphyteusis
Opstal (5:101 BW) Superficies (deze is nieuw, pas in 1992
Appartementsrecht (5:106 BW) -- ingevoerd, niet Romeins)
Pand (3:227 BW) Pignus
Hypotheek (3:227 BW) Hypotheca


Deze laatste twee zijn de beperkte zekerheidsrechten.

C. 4,65,10
(Gordianus III, a. 239)

A
(eigenaar en Kan Pomponius
Wat nu als één der verhuurder) Sabinus zich
partijen komt te verweren?
overlijden? vordert huur


B† Pomponius Sabinus
(huurder) (erfgenaam van B)




Pomponius Sabinus heeft de nalatenschap van zijn
vader aanvaardt. D. 29,2,37
(Pomponius, 5 ad Sab.)
Hij stelt: moet ik nou betalen? De keizer zegt: Ja.
‘Een erfgenaam treedt in ieder recht
Als erfgenaam aanvaardt, krijg je het hele vermogen, van de overledene, niet alleen in de
eigendom van de afzonderlijke zaken,
alle activa, (eigendommen) en passiva (schulden). omdat ook de verbintenissen op de
Daarom kan een erfgenaam ervoor kiezen om de erfgenaam overgaan.’
nalatenschap te weigeren. Hij krijgt dan niets.
Heres in omne ius mortui, non tantum singularum rerum
dominium succedit, cum et ea, quae in nominibus sint, ad
heredem transeant.

, Conclusie: Een ‘zakelijk’ recht werkt tegen iedere bezitter van de zaak waarop het recht
rust, inclusief een nieuwe eigenaar.
Een ‘persoonlijk’ recht werkt slechts tegen de persoon van de schuldenaar en diens
opvolgers onder algemene titel.


Verbintenissenrecht

‘Een verbintenis is een rechtsband, waardoor wij dwingend gebonden zijn om een
bepaalde prestatie te verrichten volgens het recht van onze staat.’

“Aan elkaar geboeit” Als je andere debiteur of crediteur in de plaats
wil stellen; alle partijen instemmen,
driepartijencontract →


Verbintenis (obligatio)
Verbintenis (obligatio)
a. schuldeisersvervanging slechts
schuldeiser schuldenaar met instemming van de debiteur
crediteur debiteur
b. schuldenaarsvervanging slechts
vordering schuld met instemming van de crediteur

rechtsvordering aansprakelijkheid NB: het driepartijencontract van
(actio) in rechte novatie (schuldvernieuwing)




→ rechten die niet door een rechtsvordering worden
Bestaat een vordering gedekt →natuurlijke verbintenis:
zonder rechtsvordering?

Je hebt wel recht op iets, het zou netjes zijn als de
Het begrip
‘natuurlijke verbintenis’ debiteur doet wat hij moet doen, maar je kunt dit niet
(obligatio naturalis)
bij de rechter afdwingen.




‘Het wezen van verbintenissen bestaat niet hieruit, dat het de een of andere zaak ons
eigendom maakt, maar dat het een ander jegens ons verbindt om iets te geven, te doen
of voor iets in te staan.’

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Merelbrouwer. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53340 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.21
  • (0)
Add to cart
Added