Samenvatting chronische ziekten
Bijeenkomst 1 inleiding chronische ziekten
Hier volgen eerst wat definities van belangrijke onderwerpen voor dit vak:
Anatomie = bestudering van inwendige en uitwendige structuren en de fysieke relaties
tussen lichaamsdelen.
Fysiologie = studie van de levensfuncties van levende organisme
Pathologie = ziekteleer, bestuderen van de effecten van ziekte op het functioneren van
organen of het lichaam.
Chronische ziekten = irreversibele aandoeningen zonder uitzicht op volledig herstel en met
een relatief lange ziekteduur.
Multimorbiditeit = ziektecijfer
Multi-morbiditeit = de algemene term voor het tijdens een bepaalde periode
optreden van meer dan één (chronische) ziekte in één individu.
causale multi-morbiditeit = twee ziekten hebben eenzelfde risicofactor
complicerende multi-morbiditeit = hierbij gaat het om bekende complicaties van
een ziekte waarbij de ziekte aan de complicatie in de tijd vooraf gaat.
Co-morbiditeit = vaak gebruikt als term om aan te geven dat iemand buiten de
aandoeningen ook een andere aandoening heeft.
De ICF (International Classification of Functioning, Disability and Health) is een classificatie voor het
beschrijven van het functioneren van mensen inclusief factoren die op dat functioneren van invloed
zijn.
Er zijn binnen de ICF drie perspectieven namelijk
1ste Hoe goed functioneren bijvoorbeeld het lichaam: de gewrichten, het hart en
perspectief : de bloedvaten, de hersenen en zenuwen, de spieren, en de longen van een
persoon? Zijn ze onbeschadigd?
2de Welke activiteiten voert iemand zelf uit en welke zou hij/zij zelf kunnen of
perspectief : willen uitvoeren?
3de kan iemand meedoen op alle levensterreinen (zoals werk, gezin, hobby) en
perspectief : doet hij/zij ook mee? Is iemand een volwaardig lid van de maatschappij.
Functies zijn de fysiologische en mentale eigenschappen van het menselijk organisme.
• de functie van het oor = horen
• de functie van de hersenen = denken
• de functie van de spieren = het leveren van spierkracht om bewegingen te maken
Anatomische eigenschappen = de positie, aanwezigheid, vorm en continuïteit van onderdelen van
het menselijk lichaam.
• de vorm van het oor
• de vorm en positie van de hersenen
• de dikte of aanhechtingsplaats van een spier.
Wanneer een anatomische eigenschap niet optimaal is spreekt men van een stoornis.
,Externe factoren zijn bijvoorbeeld iemands fysieke en sociale omgeving arbeidsomstandigheden,
thuissituatie, woonomgeving, beschikbaarheid van hulp of hulpmiddelen.
Bij perspectief 3 zijn er ook nog dingen als participatie problemen dit houdt in: dit zijn problemen die
iemand met het deelnemen aan het maatschappelijk leven heeft.
, Bijeenkomst 2 Diabetes Mellitus
1. Omschrijving ziektebeeld
De omschrijving van het ziektebeeld houdt meer in dan bijvoorbeeld suikerziekte hierdoor
wordt gedacht dat het alleen gaat om te veel suiker maar dat is natuurlijk niet zo.
Er zijn 2 soorten diabetes:
Diabetes type 1 dit is aangeboren diabetes en ontstaat vaak in de jeugd.
Diabetes type 2 dit is ook bekend als verworven diabetes het ontstaat vaak op oudere
leeftijd maar tegenwoordig zijn er ook al kinderen met type 2
180 miljoen mensen met type 2
Type 2 komt 10x zo veel voor als type 1
80% met type 2 overlijdt aan hart en vaatziekten
2. Epidemiologie
Ruim 1 mil Nederlanders hebben diabetes.
3. Anatomie & fysiologie
Diabetes komt door een fout bij de regeling van de bloedsuikerspiegel.
Na elke maaltijd neemt het bloed suiker op
Bij het sporten wordt er een groot deel van het suiker gebruikt
Zonder een regelmechanisme zal dit fout gaan. En dit kan ernstige gevolgen hebben de
normale bloedglucosewaardes zijn tussen de 4-8 mmol/L
De volgende gevolgen kunnen optreden:
Hoge bloedsuikerwaarden: hart- en vaatziekten, schade aan nieren, zenuwen, ogen
Lage bloedsuikerwaarden: honger, zweten, hartkloppingen, gapen, duizeligheid,
verwardheid, beven, rusteloosheid, tintelingen in handen, voeten of lippen,
wazig of dubbelzien, hoofdpijn & een wisselend humeur
ernstig verlaagde bloedsuikerwaarden: sufheid, bewustzijnsverlies & coma.
Bij iemand zonder diabetes wordt de concentratie geregeld door hormonen: insuline en
glucagon van de alvleesklier. Maar ook adrenaline en glucocorticoïd
De alvleesklier heeft 2 functies:
1. Exocrien: het maken van spijsverteringsappen.
2. Endocrien: het maken van hormonen om de glucosestofwisseling te reguleren
Er zijn 4 hormonen voor de bloedsuiker regeling:
1. Insuline
Glucose kan niet zonder hulp een cel in kan is daar insuline voor nodig.
Insuline wordt gemaakt in de alvleesklier (in de Beta-cellen van de eilandjes van langerhans)
Insuline verlaagt hierdoor de concentratie van glucose in het bloed.
Dit kan door:
Glucose de vet- en spiercellen in te helpen en door de omzetting van glucose in glycogeen te
activeren.
De werking van insuline gaat als volgt:
• Insuline bindt aan een receptor op de cel (1)
• Hierdoor opent via GLUT- 4 (glucose transporter-4) een kanaal (3)
• Glucose kan cel in (vet of spiercel) en worden gebruikt
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jesseruijter. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.