Week 7 de omgevingswet
Leerdoel 1: De doelen en instrumenten van de Omgevingswet noemen;
De omgevingswet wordt een wet ter vervanging van complexe en versnipperde
regelgeving.
Centraal in de omgevingswet staat de fysieke leefomgeving, zoals; De ruimtelijke
ordening, Milieu, Bouwen, Water, Natuur, Cultuurhistorie, etc.
Er ontstaat meer ruimte voor dynamiek en maatwerk (in de huidige regels is er te
veel nadruk op rechtszekerheid
Doelen: een samenhangende wet over de fysieke leefomgeving die ontwikkeling
stimuleert en die kwaliteit van de leefomgeving waarborgt. art. 1:2 omgevingswet
Doel: Het bereiken van een balans tussen:
- Het beschermen van de fysieke leefomgeving: zorgen voor een veilige en
gezonde fysieke leefomgeving en een goede omgevingskwaliteit. En het
bewaken hiervan
- Het benutten van de fysieke leefomgeving: gebruiken en verder
ontwikkelen van de fysieke leefomgeving op basis van maatschappelijke
behoeften.
Doelstellingen:
1. de inzichtelijkheid (beperkt aantal instrumenten)
2. leefomgeving centraal (zoveel mogelijk integraal en niet vanuit een sector)
3. ruimte voor maatwerk (bestuurders spreekt dit aan, politieke kleur te kunnen
geven aan lokale wetgeving)
4. sneller en beter (uniforme procedures, zijn ingekort)
Er zijn 6 instrumenten (deze moet je kennen)
Omgevingsvisie = De omgevingsvisie is een samenhangend, strategisch plan over
de leefomgeving. Dat plan richt zich op de hele fysieke leefomgeving. En houdt
rekening met alle ontwikkelingen in een gebied. Het Rijk, de provincies en
gemeenten stellen elk 1 omgevingsvisie vast voor hun hele grondgebied.
Programma’s = In het programma zitten maatregelen voor bescherming, beheer,
gebruik en ontwikkeling van de leefomgeving. Bij een aantal programma's is het doel
van die maatregelen het bereiken van omgevingswaarden. Er zijn ook vrijwillige
programma's.
Het programma richt zich op een onderwerp, een bepaalde bedrijfssector of een
gebied. Verschillende overheden kunnen ook samen een programma opstellen.
Decentrale regels = Decentrale overheden hebben 1 regeling voor de fysieke
leefomgeving voor hun hele grondgebied. Dit zijn het gemeentelijk omgevingsplan,
de provinciale omgevingsverordening en de waterschapsverordening.
Hierin staan verschillende soorten regels. Bijvoorbeeld decentrale regels voor
activiteiten van burgers en bedrijven. En kaders om vergunningen te toetsen. Ook
worden er gebieden in aangewezen die een bepaalde functie hebben.
, Algemene rijksregels = De meeste activiteiten in de leefomgeving zijn initiatieven
van burgers en bedrijven. Voor veel van die activiteiten gelden algemene rijksregels.
Hierdoor hoeven burgers en bedrijven niet steeds toestemming te vragen aan de
overheid.
Nadeel van algemene regels is dat ze soms niet goed passen bij een specifieke
situatie. Daarom zitten er in de wet mogelijkheden om onder voorwaarden van de
algemene regels af te wijken.
Omgevingsvergunning = Veel initiatieven van burgers en bedrijven hebben
gevolgen voor de leefomgeving. Voor de meeste daarvan gelden algemene regels.
Soms is een vergunning nodig.
Bijvoorbeeld voor het verbouwen van een rijksmonument. De overheid toetst vooraf
of dat mag. De toetsing is zo eenvoudig mogelijk en houdt rekening met algemene
regels. Zo wordt voorkomen dat regels elkaar tegenspreken of in de weg zitten.
Initiatiefnemers kunnen via 1 aanvraag bij 1 loket snel duidelijkheid krijgen of een
vergunning nodig is.
Projectbesluit = Het projectbesluit is een uniforme procedure voor besluitvorming
over complexe projecten van het Rijk, een provincie of een waterschap. Bijvoorbeeld
de aanleg van een weg, windmolenpark of natuurgebied.
Een projectbesluit regelt in dezelfde procedure de afwijking van het omgevingsplan.
Het projectbesluit kan ook gelden als een omgevingsvergunning.
Het omgevingsrecht zal voortaan bestaan uit de omgevingswet en 4 AMvB’s.
1. Omgevingsbesluit (Ob)
- Regels voor alle partijen die actief zijn in die fysieke leefomgeving. Zowel
burgers als bedrijven en de overheid. De regels gaan over het bevoegd gezag
over vergunningen, procedures, handhaving en uitvoering. En over DSO
- Bijvoorbeeld de voorbereidingsprocedure die van toepassing is op de
omgevingsvergunning
2. Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl)
- Regels over omgevingswaarden, instructieregels, beoordelingsregels en
monitoring voor het rijk en voor decentrale overheden
- Bijvoorbeeld omgevingswaarden over luchtkwaliteit
3. Besluit activiteiten leefomgeving (Bal)
- Algemene regels voor activiteiten in de fysieke leefomgeving voor burgers,
bedrijven en overheden. Ook of voor een activiteit een melding of
omgevingsvergunning nodig is.
- Bijvoorbeeld energiebesparende maatregelen die bedrijven moeten nemen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rachelbrand. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.