Samenvatting Bestuur, Politiek en Beleid
Hoofdstuk 1
Waarom zijn politieke problemen interessant?:
Houdt zich bezig met oplossen, voorkomen of verminderen van problemen
Hebben invloed op ons dagelijks leven
We betalen mee aan de poging om het op te lossen
Politiek: een situatie waarbij de overheid betrokken is of zou moeten zijn. (Van Deth en Vis)
Iets is een probleem als de situatie als ongewenst wordt beschouwd en mensen denken de situatie te moeten of
kunnen veranderen.
Politiek probleem: een als ongewenst en veranderbaar beschouwbare situatie, waarbij de overheid betrokken is of
zou moeten zijn. (Van Deth en Vis)
Onenigheid over wat een politiek probleem is:
Hanteren verschillende normen om de werkelijkheid te beoordelen
Ervaren de objectieve werkelijkheid anders; hun oordeel is subjectief
Onenigheid over welke problemen in de politiek horen
Waarom stappen mensen met problemen naar de overheid?:
Enige bevoegde om wetten en regels te maken
Kan oplossingen, desnoods met geweld, opleggen aan de ingezetenen van haar grondgebied
Macht wordt als legitiem ervaren
Verschillende definities van politiek:
Het overheidsbeleid, alsmede de totstandkoming en effecten ervan. (Hoogerwerf)
Elke mengeling van conflict en samenwerking. (Laver)
Wie krijgt wat, wanneer en hoe? (Lasswell)
Het vormen en verdelen van macht. (Lasswell en Kaplan)
De gezaghebbende toedeling van waarden voor een samenleving. (Easton)
Twee soorten waarden; materieel (voedsel en huisvestiging) en immaterieel (vrijheid van
meningsuiting en een gevoel van veiligheid op straat)
Het oplossen van collectieve-actieproblemen. (Taylor)
Via overheidsingrijpen, free-riden verleiding te verkleinen en moraal
Publieke goederen zijn ondeelbaar (hoeveelheid vermindert niet als iemand het consumeert) en niet-uitsluitend
(niemand kan worden uitgesloten van gebruik).
Politiek heeft betrekking op de overheid, conflict en samenwerking, collectieve-actieproblemen en de verdeling van
geld, macht en waarden.
,Theoretische politicologie:
Zuivere theorieën elementen:
Vereenvoudiging; herleid het politieke verschijnsel tot de meest wezenlijke onderdelen
Abstrahering; gebruikt een beperkte hoeveelheid gegevens over degenen die bij het politieke verschijnsel
betrokken zijn
Generalisatie; richt zich op de algemene elementen van het politieke verschijnsel
Normatieve politicologie:
Rechtvaardigheidsprincipes:
Vrijheidsrechten van anderen dienen gegarandeerd te worden
Banen en functies moeten voor iedereen toegankelijk zijn
De samenleving mag sociale en economische ongelijkheden kennen zolang de armste zo rijk mogelijk zijn
Vergelijkende politicologie:
Diachrone methode: veranderingen en ontwikkelingen worden door de tijd heen bestudeerd
Synchrone methode: overeenkomsten en verschillen worden bestudeerd van politieke verschijnselen die
zich gelijktijdig maar op verschillende plaatsen voordoen
, Hoofdstuk 3
Interne soevereiniteit: het staatsgezag is het hoogste gezag binnen een staat
Externe soevereiniteit: staatsgezag is niet ondergeschikt aan het gezag van andere staten
Staat: een organisatie die binnen een bepaald grondgebied het legitieme geweldsmonopolie bezit.
Nationale staat > natie is een historisch groeiende gemeenschap van mensen en nationalisme is het streven
naar het samenvallen van staat en natie
Rechtsstaat > burgers en overheid zijn aan bepaalde regels en wetten verbonden, ook zijn het openbaar
bestuur en de rechtspraak gebonden aan de wet
Verzorgingsstaat > een rechtsstaat waarbij de overheid streeft naar een verbetering van welvaart en welzijn
van burgers, het socialezekerheidsstelsel is het hart. De overheid heeft de volgende functies in de
verzorgingsstaat: stabilisatie (handhaving van orde en veiligheid), coördinatie (beleidsafstemming tussen
ministeries), stimulatie (omscholingsprojecten voor werklozen) en allocatie (verdeling van inkomens)
Nederland als gedecentraliseerde eenheidsstaat:
Autonomie: het zelfstandig regelen
en
besturen van de eigen
aangelegenheden
Medebewind: de verplichting van
lagere organen om mee te werken
aan de uitvoering van besluiten van
hogere organen
Huis van Thorbecke
Rijk AB > Tweede + Eerste Kamer (Staten-Generaal) DB benoemt door AB
1 DB > Kabinet (ministers + koning)
Provincie AB > Provinciale Staten Commissaris koning > kabinet kiest
12 DB > Gedupeerde Staten Burgemeester heeft leiding over politie
Gemeent AB > Gemeenteraad en brandweer
e DB > College B&W (gekozen wethouders + burgemeester) Monisme: ene orgaan ondergeschikt
380 aan het andere
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jonibeerthuizen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.92. You're not tied to anything after your purchase.