Janneke Heikens
STUDENTNUMMER: 1716770
DOCENT: RIET RUBEN
WERKBEGELEIDSTER: DENISE VAN DAM
KLAS: GVE-3R2-PLP-19
CURSUSNAAM: GVE-3.PL3-16
,Inhoudsopgave
Probleemanalyse.........................................................................................................................................3
Oriëntatie................................................................................................................................................3
Voor- en nadelen van de interventie.......................................................................................................3
Doelstelling en PICO................................................................................................................................4
Essentiële variabelen uit de onderzoeksvraag.........................................................................................4
Onderzoeksmethode en dataverzameling...................................................................................................6
Keuze databanken...................................................................................................................................6
In- en exclusiecriteria...............................................................................................................................6
Zoektermen.............................................................................................................................................6
Resultaten zoekactie................................................................................................................................7
Verantwoording gekozen artikelen..........................................................................................................8
Data-analyse en Rapportage......................................................................................................................10
Resultaten..............................................................................................................................................10
Discussie................................................................................................................................................10
Conclusie...............................................................................................................................................11
Advies....................................................................................................................................................11
Samenvatting.............................................................................................................................................13
Bibliografie.................................................................................................................................................15
Bijlage........................................................................................................................................................15
, Probleemanalyse
Oriëntatie
Diabetes mellitus is een ziekte die veel voor komt en het aantal patiënten neemt toe. Naar verwachting
hebben in 2025 1,3 miljoen mensen diabetes mellitus. Diabetes mellitus is een aandoening waarbij de
hoeveelheid glucose in het bloed te groot is door een afwijking in de stofwisseling. Wanneer er teveel
aan glucose is, wordt dit uitgeplast. De urine bevat dus glucose. Het probleem in de stofwisseling
ontstaat als gevolg van een gebrek aan insuline of wanneer de cellen verminderd gevoelig zijn voor
insuline.
De alvleesklier is een orgaan dat achter de maag in de buik ligt. De kop van de alvleesklier ligt in de
bocht van de twaalfvingerige darm (duodenum). De alvleesklier is een trosvormige klier met een lengte
van ongeveer 15 tot 20 centimeter. De alvleesklier produceert spijsverteringssappen, maar ook
hormonen; glucagon en insuline. Deze hormonen zijn belangrijk voor de handhaving van een constante
bloedsuikerspiegel. Insuline wordt rechtstreeks aan het bloed afgegeven als de bloedsuikerspiegel stijgt,
glucagon als de bloedsuikerspiegel daalt. Een te hoge of te lage bloedsuikerspiegel kan schade aan het
lichaam veroorzaken. Bij diabetes mellitus type 1 kan de alvleesklier weinig of geen insuline maken.
Daarom moet er insuline gespoten worden, omdat er anders een levensbedreigende ontregeling van de
bloedsuikerspiegel optreedt. (van der Bijl, 2012 )
De meeste insuline pennen bevatten 100 eenheden (E) per milliliter. Een insulinepen bevat ongeveer 2
tot 3 ml insuline. De hoeveelheid en het aantal eenheden per ml verschilt per soort insuline. (DIEP, sd)
In het St. Antonius ziekenhuis in Nieuwegein, waar ik stage loop op een chirurgische afdeling, krijgt
iedere patiënt met diabetes een eigen insulinepen. Op de afdeling zijn regelmatig tot vaak patiënten die
insuline afhankelijk zijn. Iedere patiënt heeft een eigen schema wat betreft hoeveelheid insuline.
Sommige patiënt krijgen alleen in de ochtend insuline, sommige patiënten drie keer per dag. Het
gebeurt vaak dat patiënten met ontslag gaan en er nog veel insuline over is. de insulinepen wordt dan
naar de apotheek geretourneerd en daar vernietigd.
Het aantal mensen met Diabetes Mellitus neemt toe. Daarmee ook de zorgkosten. In 2017 werd er 1,6
miljard euro uitgegeven aan diabeteszorg (Volksgezondheidenzorg, 2017). Insuline kost gemiddeld
tussen de €5 en €20 voor 3 tot 10 milliliter (Farmacotherapeutisch Kompas, sd).
Voor- en nadelen van de interventie
Onderstaand worden de voor- en nadelen weergegeven van individueel gebruik versus
gemeenschappelijk gebruik van een insulinepen.
Individueel gebruik insulinepen Gemeenschappelijk gebruik insulinepen
Zo wordt het altijd al gedaan. Kostenbewust, er worden veel nog bruikbare
insulinepennen weggegooid.
Dit is hygiënischer. De naalden gebruik je maar 1 keer. Per patiënt gebruik je
een nieuwe schone naald.
Gevoel van veiligheid voor de patiënt. Er kan uitgelegd worden waarom gemeenschappelijk
gebruik ook veilig is.
Kost meer tijd. Het is voor de verpleegkundige makkelijker wanneer er
maar 1 insulinepen is en er niet per patiënt een andere
gepakt en gebruikt moet worden.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jannekeheikens. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.60. You're not tied to anything after your purchase.