100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting architectuurtypologie $11.32   Add to cart

Summary

samenvatting architectuurtypologie

 10 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

volledige en overzichtelijke samenvatting

Preview 4 out of 39  pages

  • January 20, 2021
  • 39
  • 2018/2019
  • Summary
avatar-seller
Architectuurtypologie
Vooroorlogs modernisme
Historisch kader:

De Stijl, constructivisme, functionalisme, Bauhaus, International Style, Italiaans Rationalisme

Kenmerken:
 Zuiver geometrisch zonder overbodige decoratie
 Rechtstreeks uitdrukken inwendige functies
 Elementaire geometrische vormen leenden zicht tot industriële (serie)productie
 Econmosich toegankelijk voor iedereeen
 Streven naar een nieuwe sociaal-utopische maatschappij

Adolf Loos:

Was een student van Otto Wagner en wordt tot een van de Sezession architecten gerekend.
Staan bekend om zijn kritiek op zijn collega architecten, zijn kritiek was sociaal geïnspireerd.
In 1908 schreef hij een boek ‘Ornament und Verbrechen’ over de pretentie van architecten.
Loos vindt decoratie kunnen als dit niet werd opgelegd door een archiect maar door de
arbeider zelf werd toegevoegd.
Hij is een voorloper op het modernisme en staat bekend om zijn strakke geometrische
volumes.

Vb: Villa Müller te Praag




De Stijl:

Was een Nederlandse beweging (1917-1931) dat zich concentreerde rond het werk van Piet
Mondriaan, Theo van Doesberg en Gerrit Rietveld. Later kwam Robert van t’Hoff en J.J.P.
Oud er bij.
De Stijl heeft een belangrijke invoeld gehad op architectuur, binnenhuisrinrichting,
typografie, literatuur en muziek.

Invloeden en kenmerken:
 Zuivere vormen (M.H.J. Schoenmaeckers)
 Rationeel en geometrische volumes (Frank Lloyd Wright en Berlage)

,  Mondriaans: postkubistische compositie, horizontale en verticale lijnen. Primaire
kleuren; geel, blauw en rood.
 Visuele waarneming beklemtonen door fel kleurgebruik op begrenzingen

Van Doesburg stelde in 1923 ter gelegenheid van de eerste grote De Stijltentoonstelling in
Parijs 16 stellingen op voor architecten:
 De architectuur is economisch
 De architectuur is functioneel
 Geen basisplan
 Alles in relatie
 Binnen en buitenruimtes lopen in elkaar over
 Anti-kubistisch
 …


het overlijden van Doesberg betekent het einde van De Stijl. Wel hebben de theorieën van
Doesburg een grote invloed op het werk van Bauhaus, Gropius, Mies van der Rohe en Le
Corbusier.

Villa Henny, huis ter Heide, 1915, Robert van ’t Hof

 invloed van Frank Lloyd Whright
 geheel is wit bepleisterd
 abstracte rechthoekige vormen
 geometrische opbouw
 terrassen en overkragend dak herinneren
aan Prairie Houses van Wright




Schröderhuis, Utrecht, 1924, Gerrit Rietveld

 ontworpen in samenwerking bewoonster
 contact binnen en –buitenruimtes
 vrije indeling ruimtes
 flexibiliteit door schuifwanden binnen
 voldoet aan voorschriften Doesburg
 door houte balklagen was een normale
prijs mogelijk
 balkons worden ondersteund door een
stalen kolom

Rietveld was oorspronkelijk meubelmaker, zijn meubels vertonen kenmerken van De Stijl.

Le Corbusier (Charles-Edouard Jeanneret):

, o Ontwikkelt zich als schilder, ontwerpt eerst met jugendstil-elementen en wordt
daarna grondlegger van de moderne architectuur.
o Als Le Corbusier in 1908 bij de architect Auguste Perret gaat werken maakt hij kennis
met het gewapend beton.
o In 1910 werkt hij in Duitsland waar zijn aandacht gaat naar moderne
constructietechnieken die aangewend worden in de auto-, scheeps- en vliegtuigbouw
die dan volop in ontwikkeling komt.
o Later komt hij in aanraking met de rationalistische architectuur van de Nederlander
Berlage, hier vindt hij het interessant om een gebouw samen te stellen volgens een
module.
o Betonskelet wordt de grondslag van al zijn huizen.
o In 1916 begint hij een architectenbureau waar hij werkt met het Kubisme.
o In Parijs komt hij in contact met de schilder Amedée waar ze beiden vinden dat het
Kubisme tekort schiet, hierbij ontwikkelen ze de machine-esthetiek van het Purisme.
o Grote bouwwerken en –stijlen zijn volgens hem de technologie van hun tijd.
o Later sluit hij zich aan bij De Stijl.
o In 1920 brengt hij een tijdschrift uit, L’Esprit Nouveau, hierin beschrijft hij dat net
zoals fysica ook schilderkunst wetten heeft.
o In 1922 begint hij opnieuw een architectenbureau samen met zijn broer waar ze ook
meubels ontwerpen.
o De ontwikkeling van het Purisme blijft groeien tot ca. 1930, hij werkt met metaal en
beton en doorzichtige, open structuren.
o Ook denkt hij steeds verder na over de thematiek van een moderne stad, dit is ook
merkbaar in de congressen van de CIAM .
o Na ca. 1930 brokkelt de puristische taal af en wordt zijn werk plastischer en
poëtischer, hij werkt nu met natuursteen en ruw hout.
o In 1942 ontwikkelt hij de ‘Modulor’, een maatvoeringsysteem gebaseerd op de ideale
menselijke verhoudingen, dit past hij toe in zijn werk.
o In Weienhofsiedlung, een modelwijk in 1927 kreeg hij de gelegenheid zijn
typewoning te realiseren.
o


Villa Fallet, Zwitserland, 1905

 jugendstil-elementen




Kartuizerklooster van Emma, Toscane, 1907

,  breekt met de Jugendstil
 utopisch socialisme
 “nieuwe” architectuur




Maison Dom-Ino, 1915

 gebouw volgens een module
 betonskelet
 bouwblok waar binnen moderne
architectuur ontwikkelt wordt
 Twee bouwlagen gesteund door
kolommen
 ‘stapelbare’ architectuur


Maison Citrohan, 1920

 uit het concept ‘Maison Dom-Ino’
 eenvoudige ‘doos’
 essentiële kolommen van het
structuurskelet
 betonskelet overgenomen van Perret,
hierdoor bewegingsruimte mogelijk
 openingen aangebracht volgens
geometrische discipline
 voor het eerst karakteristieke twee
verdiepingen hoge woonruimte met
tussenverdiep voor twee slaapkamers
 ‘Citrohan’ is een woordspeling van een
automobielfabriek. Hierbij wilde hij
aangeven dat ene huis evengoed
gestandaardiseerd moest worden als een auto




Ville Contemporaine, tentoonstelling Parijs, 1925

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Jd2000. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $11.32. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$11.32
  • (0)
  Add to cart