Samenvatting Biologie VWO 4 Thema 4 Genetica (Biologie voor jou)
99 views 1 purchase
Course
Biologie
Level
VWO / Gymnasium
Dit document bevat een samenvatting van het thema Genetica uit het VWO 4 boek van de methode Biologie voor jou. Het bevat de volgende onderdelen:
- Fenotype/genotype
- Genenparen
- Monohybride kruisingen
- Geslachtschromosomen
- Dihybride kruisingen
- Overerving
- Moleculaire genetica
- Mut...
Hoofdstuk 4 Genetica
§1 Genen, geluk en psychosen
In de genetica of erfelijkheidsleer worden de manieren behandeld waarop eigenschappen
kunnen worden doorgegeven van ouders naar nakomelingen. De eigenschappen van een
kind zijn niet allemaal afkomstig van de ouders. Sommige eigenschappen zijn namelijk
erfelijk en andere niet.
§2 Fenotype, genotype en epigenetica
Onder het fenotype van een individu verstaan we de waarneembare eigenschappen van dat individu.
Onder het genotype van een individu verstaan we de informatie voor de erfelijke eigenschappen va
dat individu. Deze informatie ligt in chromosomen. Een gen of erffactor is een deel van een
chromosoom dat de informatie bevat voor één erfelijke eigenschap of een deel van een erfelijke
eigenschap.
Het fenotype wordt niet alleen bepaald door het genotype, maar ook door milieufactoren. Een
verandering die optreedt door milieufactoren noemen we een modificatie. De informatie in de
chromosomen wordt hierbij niet verandert en kan dus niet worden doorgegeven aan nakomelingen.
Een DNA-molecuul bestaat uit vier bouwstenen, die in een bepaalde volgorde erfelijke informatie in
een code opslaan. De DNA-sequentie (volgorde) is voor iedere eigenschap verschillend. De
genexpressie, het tot uiting komen van genen, is in verschillende cellen verschillend.
Tweelingen hebben precies hetzelfde genotype. Door genexpressie zijn echter vooral op latere
leeftijd duidelijke verschillen tussen de twee te merken.
§3 Genenpraren
In lichaamscellen komen de chromosomen in paren voor. Elk chromosoom bevat vele
genen. De plaats van een gen in een chromosoom wordt een locus genoemd.
Elk van de genen die op ene bepaalde locus kan voorkomen, noemen we een allel. Een
diploïd organisme bezit steeds twee allelen voor een bepaalde eigenschap, die een
allelenpaar/genenpaar worden genoemd. Een combinatie van twee dezelfde allelen van
een eigenschap zorgt ervoor dat iemand homozygoot is voor die eigenschap. Wanneer
iemand twee verschillende allelen van een eigenschap bezit, is de persoon heterozygoot
voor deze eigenschap. In dit geval komt slechts één van beide allelen tot uiting in het
fenotype: het dominante allel. Het andere allel noemen we het recessieve allel. Welke
allelen dominant en welke recessief zijn, verschilt per soort.
In sommige gevallen is het onderscheid tussen dominant en recessief minder duidelijk. In dit
geval komen beide allelen enigszins tot uiting in het fenotype. Een dergelijk fenotype
noemen we intermediair. De allelen zijn in dit geval onvolledig dominant.
In de genetica worden genen aangeven met letters. Een dominant allel wordt aangegeven
met een hoofdletter en een recessief alleen met een kleine letter. Iemand die homozygoot is
voor een bepaalde eigenschappen wordt dan dus bijvoorbeeld aangegeven met Aa.
Bij een intermediair fenotype noteren we het weer anders. Een witte bloem wordt dan
bijvoorbeeld weergegeven als AW AW , een rode bloem als A R A R en een roze bloem als
W R
A A .
Door recombinatie van chromosomen treedt automatisch ook recombinatie van allelen op.
, Bij ieder mens liggen in elk chromosomenpaar altijd wel twee allelenparen die bestaan uit
twee ongelijke allelen. Bij meiose 1 gaan de chromosomen van een chromosomenpaar uit
elkaar. De dochtercellen hebben door de verschillende allelen een ander genotype. Er zijn
hierbij vaak veel mogelijkheden van combinaties, maar welke het wordt is afhankelijk van het
toeval. Bij de bevruchting ontstaat weer een diploïde cel en worden de chromosomen van
beide ouders bij elkaar gebracht en er ontstaan nieuwe allelenparen. Het nieuwe individu zal
altijd een andere combinatie van erfelijke eigenschappen bezitten dan de ouders.
Door recombinatie van allelen ontstaat een grote verscheidenheid in genotypen binnen een
soort. Men spreekt ook wel van genetische variatie. Dit vergroot de overlevingskans,
doordat elk genotype een goede aanpassingsmogelijkheid bezit voor nieuwe
omstandigheden.
§4 Monohybride kruisingen
In de genetica worden vaak kruisingen uitgevoerd om de overerving van eigenschappen te
bestuderen. Bij een monohybride kruising wordt slechts gelet op de overerving van één
eigenschap. Hierbij is één genenpaar betrokken. Bij ene dihybride kruising wordt gelet op
de overerving van twee erfelijke eigenschappen. Hierbij zijn twee genenparen betrokken.
Een voorbeeld van een kruisingsvraagstuk is:
Een honden worden gekruist. Het allel voor zwarte haarkleur (B) is dominant over een bruine
haarkleur (b). Het vrouwtje is zwartharig en homozygoot voor de haarkleur. Het mannetje is
bruinharig en ook homozygoot voor de haarkleur. De dieren in F 1 planten zich onderling
voort. Welke haarkleur kunnen de puppy’s in de F 2 hebben en hoe groot is de kans voor elke
haarkleur?
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mariekevrooij. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.75. You're not tied to anything after your purchase.