Deze uitgebreide en complete uitwerking van de leerdoelen Verbintenissenrecht (30 pagina’s) is een perfecte voorbereiding op jouw tentamen van de K1! De uitwerking is gemaakt aan de hand van literatuur, hoorcolleges, werkcolleges en jurisprudentie en wordt ondersteund door voorbeelden. Ik heb met...
1. Aangeven wanneer sprake is van een wilsontbreken;
Art. 6:217 BW: Om tot een overeenkomst te kunnen komen moet er aanbod en aanvaarding zijn.
Aanbod: verklaring die de voornaamste elementen van de inhoud van de eventueel te sluiten
overeenkomst bevat, zodat een eenvoudig ‘ja’ van de wederpartij voldoende is om de
overeenkomst tot stand te doen komen.
Aanvaarding: verklaring van de wederpartij dat hij het aanbod accepteert. Die verklaring
(aanvaarding) moet in overeenstemming zijn met de inhoud van het aanbod ( art. 6:225)
Aanbod en aanvaarding zijn beide eenzijdige rechtshandeling.
Wilsontbreken: De situatie waarin er wel een verklaring is, maar een met de verklaring
overeenstemmende wil ontbreekt.
Er is dus wel een verklaring, maar geen met de verklaring overeenstemmende wil. We
zeggen dat de wil ontbreekt, waardoor er sprake is van wilsontbreken.
Uitgangspunt voor elke rechtshandeling is de regel van art. 3:33 BW: een rechtshandeling
vereist een op de rechtsgevolg gerichte wil die zich door een verklaring heeft geopenbaard.
Als een verklaring niet overeenkomt met de wil is er op grond van art. 3:33 BW géén
rechtshandeling (zoals een overeenkomst) tot stand gekomen.
Degene die zich op wilsontbreken beroept, zal moeten bewijzen dat een met zijn verklaring
overeenstemmende wil ontbrak.
Als de wil en verklaring niet overeenstemmen (wilsontbreken) komt er geen rechtshandeling tot
stand (art. 3:33 BW) De wederpartij een beroep doen op art. 3:35 BW (vertrouwensleer).
Bij de vertrouwensleer gaat het om de vraag of de partij die afgaat op die verklaring had
moeten twijfelen aan hetgeen er verklaard werd.
LET OP: Bij wilsgebrek komen de wil en verklaring wel overeen, maar is de wil gebrekkig gevormd
2. Aangeven of een aanbod kan worden herroepen of ingetrokken;
Art. 6:217 BW: Een overeenkomst komt tot stand door een aanbod en de aanvaarding daarvan.
Aanbod: Verklaring die de voornaamste elementen bevat van de inhoud van de eventueel
besluiten overeenkomsten, zodat een eenvoudig ‘ja’ van de wederpartij voldoende is om de
overeenkomst tot stand te doen komen.
Oftewel: Een aanbod moet voldoende bepaalbaar zijn (art. 6:227 BW).
Niet ieder ‘aanbod’ is ook werkelijk een aanbod. Niet alles wat in het dagelijks taalgebruik
een ‘aanbod’ heet, is een aanbod in de zin van art. 6:217 BW.
HR Hofland/Hennis: Als het gaat om een individuele zaak waarbij de persoon van de
koper en de voorwaarden van belang zijn, die in een advertentie wordt aangeboden, is er
geen sprake van een aanbod, maar van een uitnodiging om in onderhandeling te treden.
Bij soortzaken is er sprake van een aanbod en bij individueel bepaalbare zaken is er
sprake van een uitnodiging om in onderhandeling te treden.
, Het verschil tussen herroepen (art. 6:218 BW) en intrekken (art. 3:37 lid 5 BW):
Herroepen Het aanbod heeft wel bestaan, maar het geldt simpelweg niet meer.
Intrekken Het aanbod heeft bij intrekken voor de wet nooit bestaan.
Herroepen:
Art. 6:219 lid 1 BW: een aanbod kan worden herroepen, tenzij het een termijn voor de
aanvaarding inhoudt of de onherroepelijkheid op andere wijze uit het aanbod volgt.
Een aanbieder kan zijn aanbod herroepen als:
a. Er geen termijn is gesteld
b. Het aanbod niet is aanvaard en er geen tot aanvaarding strekkende mededeling is
verzonden (Art. 6:219 lid 2 BW).
De aanbieder moet zijn aanbod tijdig herroepen.
Is het aanbod reeds aanvaard dan blijft herroeping zonder gevolg, omdat de overeenkomst al
tot stand is gekomen. Ook kan herroeping na verzending de totstandkoming niet meer
verhinderen (art. 6:219 lid 2 BW).
Intrekken:
Als het aanbod onherroepelijk is (je hebt een termijn aangegeven) kan de aanbieder er toch nog
onderuit komen door het aanbod in te trekken op grond van art. 3:37 lid 5 BW.
Art. 37 lid 5 BW: Intrekking van een tot een bepaalde persoon gerichte verklaring moet, om haar
werking te hebben, die persoon eerder dan of gelijktijdig met de ingetrokken verklaring bereiken.
Je kan een aanbod alleen intrekken, als die persoon die het aanbod heeft gedaan eerder dan
of gelijktijdig de verklaring meestuurt dat hij het aanbod toch niet wil doen.
Als een aanbod wordt ingetrokken, is er geen aanbod geweest.
3. Beoordelen of een overeenkomst rechtsgeldig tot stand is gekomen;
Art. 6:213 BW: Een overeenkomst is een meerzijdige rechtshandeling, waarbij een of meerdere
partijen jegens een of meerdere ander een verbintenis aangaan.
1. Is er sprake van aanbod en aanvaarding (6:217 BW)?
Aanbod: Verklaring die de voornaamste elementen bevat van de inhoud van de
eventueel besluiten overeenkomsten, zodat een eenvoudig ‘ja’ van de wederpartij
voldoende is om de overeenkomst tot stand te doen komen.
Het aanbod moet voldoende duidelijk en bepaalbaar zijn.
Aanvaarding: De aanvaarding bestaat uit de verklaring van de wederpartij dat zij het aan
haar gedane aanbod aanvaardt. Het is het ‘ja’ op het aanbod.
Ontvangsttheorie (art. 3:37 lid 3 BW): Een verklaring verkrijgt krachtens pas haar werking
indien de verklaring de persoon heeft bereikt tot wie zij is gericht.
Tentamen: Er is sprake van aanbod en aanvaarding (art. 6:217 BW), want ….
2. Zijn partijen handelingsbekwaam tot het sluiten van een overeenkomst ( 3:32 BW)?
Art. 3:32 BW: Iedere natuurlijke persoon is handelingsbekwaam, voor zover de wet niet
anders bepaalt de wet bepaalt anders met betrekking tot minderjarige (art. 1:233 e.v.
BW) en onder curatele gestelde (art. 1:378 e.v. BW)
Tentamen: Beide partijen zijn handelingsbekwaam (art. 3:32 BW), omdat ze niet
minderjarig zijn en ze zijn niet onder curatele gesteld.
, 4. Is de inhoud van de overeenkomst in strijd met de wet, openbare orde of de goede zeden
(art. 3:40 BW)?
De overeenkomst mag niet in strijd zijn met de wet, de openbare orde of de goede zeden
Tentamen: De inhoud van de overeenkomst is niet in strijd met de openbare orde, de
wet of de goede zeden (art. 3:40 BW).
3. Komt de wil overeen met de verklaring (art. 3:33, 3:34 BW)?
Tentamen: De wil van persoon A komt wel/niet overeen met zijn verklaring (art. 3:33
BW), want…
Wil en verklaring komen overeen, maar de wil wordt geacht te ontbreken door een
geestelijke stoornis (art. 3:34 BW)
Komt de wil niet overeen (art. 3:33 jo. 3:34 BW)? Kan de wederpartij zich beroepen op
art. 3:35 BW? Is er sprake van wilsgebrek (art. 3:44 jo. 6:228 BW)?
4. Beoordelen of algemene voorwaarden rechtsgeldig tot stand zijn gekomen;
> Boek 6, titel 5, afdeling 3.
De algemene voorwaarden: toetsingskader
Stap 1: Is de regeling 6.5.3 (algemene voorwaarden) van toepassing?
Algemene voorwaarden (art. 6:231 sub a BW): een of meer bedingen die zijn opgesteld teneinde
in een aantal overeenkomsten te worden opgenomen, met uitzondering van bedingen die de
kern van de prestaties aangeven, voor zover deze laatstgenoemde bedingen duidelijk en
begrijpelijk zijn geformuleerd.
HR Assoud/SNS: Het begrip kernbeding moet zo beperkt mogelijk worden opgevat. Het gaat
om bedingen die zo essentieel zijn, dat er zonder die bedingen geen sprake meer kan zijn van
een overeenkomst, omdat de verbintenissen dan onvoldoende bepaalbaar zijn ex 6:227 BW.
Er is sprake van een kernbeding Regeling 6.5.3 is NIET van toepassing
Er is géén sprake van een kernbeding + voldaan Regeling 6.5.3 is WEL van toepassing
aan definitie van art. 6:231 sub a BW
Stap 2: Totstandkoming algemene voorwaarden: zijn de algemene voorwaarden tussen
partijen tot stand gekomen?
Voor de totstandkoming van algemene voorwaarde dient er sprake te zijn van aanbod en
aanvaarding (art. 6:217 BW).
Het arrest Petermann/Frans Maas gaat over de geldigheid van de aanvaarding.
HR Petermann/Frans Maas: In een geval waar de gebruiker van algemene voorwaarden in een
andere taal dan de taal van de wederpartij heeft verwezen, dan moet de wederpartij opheldering
vragen om de voor haar onduidelijke tekst. Doet zij dat niet dan kan door het verstrekken van
een opdracht voor deze wederpartij het gerechtvaardigde vertrouwen worden gewekt dat de
wederpartij met de gelding van de algemene voorwaarden heeft ingestemd (art. 3:35 BW).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rechtenstudent45. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.