Hoofdstuk 1 Meer ruimte voor professionals?
De eigen waarde en het eigen werk van de professionals worden miskend. De professionals krijgen
te weinig ruimte om hun werk op een goede manier te doen. Zij worden, door wantrouwen, van hun
werk gehouden door registratie, overleg, doorverwijzing en verantwoording. Dit gaat ten koste van
hun eigen werk. De professionals zijn meer bezig met het afleggen van verantwoording dan met het
leveren van directe zorg.
Vele zijn het erover eens: er moet meer ruimte komen voor professionals en dus minder
bureaucratie. Op het eerste gezicht lijkt het erop dat de steeds mondigere burgers en de overheid
hetzelfde willen: kwaliteitsverbetering, minder wachtlijsten, hoge prestaties. Toch is het
tegenstrijdig:
- De overheid denkt aan grote groepen tegelijk, kleine gevallen ‘tellen niet’ en moet je snel
afhandelen door bijvoorbeeld minuten te tellen in de zorg. Registratie is belangrijker en daar
mag meer tijd in zitten, want daar leg je je verantwoording in af naar je financier.
- Burgers denken primair en soms alleen aan zichzelf (hun ziekte, hun leed en hun kind) en zijn
niet geïnteresseerd in de grotere groepen. Burgers zijn niet geïnteresseerd in wachtlijsten in
het algemeen, maar in het geluk van bijvoorbeeld een demente moeder of zieke kind. De
wachtlijsten mogen wat hen betreft langer worden, als de moeder maar thuiszorg krijgt.
- Cliënten zijn, aangespoord door de overheid, mondiger geworden. Ze nemen niet langer
genoegen met een advies of een recept, ze hebben ook op internet gekeken en een mening
ontwikkeld.
Het resultaat van deze tegenstrijdige eisen van overheid en management enerzijds en burgers
anderzijds is dat professionals het voortdurend fout doen. De overheid en management willen
bureaucratische logica, maar de cliënt voelt zich dan tekort gedaan. De burgers willen individueel
centraal gesteld worden, maar de financier vindt dat niet professioneel. De professionele logica is
ondergesneeuwd door de marktlogica (vraag cliënt centraal) en de bureaucratische logica
(verantwoording afleggen). Dit gebeurde door vier ontwikkelingen:
1. Verkruimeling van gezag
2. Permanente schaarste aan middelen
3. Ontzuiling en individualisering
4. Toegenomen complexiteit
Verkruimeling van gezag
Veel burgers zijn mondiger, zelfbewuster, kritischer en ongeduldiger geworden. Ze eisen betere en
snellere service en verlangen uitleg en excuses wanneer iets niet kan of niet gaat zoals gehoopt.
Sinds de jaren ’80 is het marktdenken ontwikkeld. De burger is sindsdien een klant geworden. Zijn
rechten heten producten en zijn belasting- en premiegeld zijn betaalmiddelen. De hulpverlener is
winkelier die levert wat de klant vraagt. Als het geleverde niet bevalt gaat de burger naar een ander.
Permanente schaarste aan middelen
Permanente schaarste aan middelen versterkt bureaucratisering en leidt tot een roep om meer
ruimte. Enerzijds is dit het gevolg van een voortdurende toename van professioneel kunnen, dus een
toename aan mogelijkheden tot screening, diagnose, preventie, behandeling en interventie. Dit is
,een groei aan mogelijkheden van professionals om (deels geholpen door technologie) daadwerkelijk
de kwaliteit van leven van burgers te verhogen. Maar deze mogelijkheden kosten veel geld.
De Wet van Baumol stelt dat naarmate de arbeidsproductiviteit in de marktsector stijgt, de
publieke dienstverlening relatief steeds duurder wordt, doordat de arbeidsproductiviteit daar veel
minder en soms zelfs niet kan stijgen. Met elke economische groei en technologische vooruitgang
worden lesgeven en zorg verlenen relatief steeds duurder. Dit gebeurt alleen als er sprake is van
economische groei.
Als de Wet van Baumol niet erkent wordt, wordt met elke procent groei van de economie de ruimte
voor professionals automatisch minder. Met de economische groei stijgt voortdurend de druk op
professionals om ‘efficiënter’ te werken.
Ontzuiling en individualisering
Ontzuiling in combinatie met individualisering verhoogt de druk op professionals.
Eerst was het zo dat als je dokter was, je beter was dan een arbeider. Je hoorde bij de groep dokters
en die groep was beter dan de groep arbeiders. Dit heette verzuiling. Nu is dat niet meer zo. Je kunt
best een dokter zijn, maar je bent niet beter dan iemand anders. Dus het feit dat je een bepaalde
beroep hebt, maakt je niet beter dan een ander. Dit heet ontzuiling. Ook heeft er een
individualisering plaatsgevonden, mensen zijn minder een groep, maar meer een individu. Toch
kiezen we vaak nog hetzelfde als de groep, we gaan ‘achter de kudde aan’.
Professionals moeten beslissingen nemen, maar missen vaak de benodigde steun van de organisatie
en de samenleving. Dit maakt de professional onzeker over zijn eigen morele handelen.
Freidson spreekt, naast bureaucratie en markt, over een derde logica: professionalisme. Deze eigen
logica wordt bedreigd door de logica van de markt (marktwerking) en door de logica van de
bureaucratie (managerialism). Professionals binnen het veld van zorg en welzijn worden in
toenemende mate geconfronteerd met marktwerking en bureaucratische regelgeving.
Professionalisme houdt in dat de professional elke cliënt zo goed mogelijk wil helpen, ongeacht
hoeveel tijd en geld het kost. De professional stelt zich in dienst van het welzijn van de cliënt. Niet
omdat de klant dat wil, maar omdat de klant in de visie van de professional dit nodig heeft. In zijn
professioneel handelen heeft de professional vrije of discretionaire ruimte nodig. Dit is ruimte om
naar eigen inzichten te handelen en beslissingen te nemen.
Toegenomen complexiteit / opknippen
Dit heeft te maken met de toegenomen complexiteit van het werkveld van professionals, met als
gevolg verdergaande specialisatie en opknippen van taken en functies. Dit roept weer de vraag naar
coördinatie, ketens en netwerken op.
Ook is het vaak zo dat in één gezin tientallen hulpverleners rondlopen, die allemaal een stukje die en
van elkaar lang niet altijd weten wat ze doen.
Voor hulpverleners betekent dit dat ze vaak nee moeten zeggen en dat ze mensen weer moeten
doorsturen.
Professionals bevinden zich in een double bind: enerzijds mogen ze zich niet met de cliënt
bemoeien en anderzijds wordt aan hen gevraagd waarom ze niet hebben ingegrepen.
De risico’s van te veel ruimte
Er bestaan risico’s aan het te veel ruimte geven aan professionals:
1. Het wordt een kreet wat een dooddoener wordt. Er worden namelijk geen consequenties
aan verbonden.
2. Ruimte en herwaardering wordt slechts vertaald in een hoger salaris
, 3. De vele ruimte kan er voor zorgen dat de professionals weer onbeschermd zijn tegen
bevoogding, betutteling en machtsmisbruik en dus eigenlijk weer terug bij af zijn.
4. Er is te veel ruimte voor professionals, ze mogen vrij handelen, maar wanneer er iets mis
gaat dan zijn zij wel zelf verantwoordelijk.
5. Marktwerking dwingt professionals zo goedkoop mogelijk veel te produceren. Dit stimuleert
tot overproductie en nastreven van eigenbelang. Hier moet tegenwicht tegen worden
geboden, wat niet kan als ze alle ruimte krijgen
Marktlogica
De vraag van de klant is het uitgangspunt. Centraal staat wat de klant wil en kan betalen. De
optelsom van individuele vragen van klanten bepaalt in hoge mate wat er geleverd wordt.
Keuzevrijheid is een belangrijke mate.
De markt wordt gereguleerd door concurrentie. Doordat bedrijven met elkaar concurreren worden
prijzen lager.
Marktlogica zorgt voor directe interactie tussen klant en aanbieder en misschien wel tot
machtsoverwicht bij de klant, want de vraag van de klant is het uitgangspunt.
Marktlogica is ook een reactie op het probleem van schaarste. Door de concurrentie worden de
prijzen lager waardoor meer mensen het kunnen betalen en waardoor de schaarste verdwijnt.
Bureaucratie
De waarden van bureaucratie zijn zorgvuldigheid, voorspelbaarheid en rechtsgelijkheid.
De logica van bureaucratie is vooral juridisch: wetten en procedures geven houvast en maken de
bureaucratie betrouwbaar. Iedereen moet gelijk behandeld worden. Daar geven de wetten ons recht
op. Geen uitzonderingen, want als één iemand daar recht op heeft, dan hebben alle anderen daar
ook recht op. Om alle burger gelijk te behandelen, is er veel controle en registratie nodig. Doordat
de bureaucratie zo zorgvuldig is, is het ook erg traag.
Bureaucratie van de publieke sector is een gevolg van twee van de vier genoemde ontwikkelingen,
namelijk het opknippen van functies en van de toegenomen schaarste. Daarnaast is het een
onbedoeld effect van marktwerking in de publieke sector. In professionele relaties moet niet gelijke
behandeling maar maatwerk centraal staan. Ook een bureaucratische manier van verantwoorden is
in de publieke sector vaak misplaatst. Vaak moet men de cijfers zo mooi mogelijk maken, waardoor
ze nog maar weinig met het echte werk te maken hebben.
Professionele logica
De professional wil elke cliënt zo goed mogelijk helpen, ongeacht hoeveel tijd en geld dat kost. De
professional stelt zich in dienst van het welzijn van de cliënt. Wat de klant nodig heeft staat centraal.
De professionals willen steeds beter worden en blijven leren. Het is daarom noodzakelijk dat ze
samen werken met collega’s en andere instellingen en dat ze dus niet met elkaar concurreren.
Ook willen professionals vraaggericht zijn en aan iedere cliënt geven wat die nodig heeft, en dat is
elke keer weer anders.
Zowel de markt als de bureaucratie stelt eisen aan professionals die strijdig zijn met het
professionalisme, en die ook nog eens onderling tegenstrijdig zijn. Zo verlangt de markt naar
snelheid en stelt de professional kwaliteit boven snelheid. De bureaucratie vereist daarentegen
zorgvuldigheid ten behoeve van gelijke behandeling en zorgt daarmee voor traagheid.
Zie volgende bladzijde voor de logica’s in een schema.
, De verschillende logica’s in een schema:
Professionalisme Bureaucratie Markt
Waarden Dienstbaarheid aan Dienstbaarheid aan Dienstbaarheid aan de
gezondheid/welzijn procedures. vraag.
van de cliënt.
Rechtsgelijkheid Efficiëntie
Kwaliteit
Zorgvuldigheid Snelheid
Maatwerk
Sturing Professionele sturing Proceduresturing Vraagsturing
Protocollen als Protocollen als dictaat Markttoezicht
hulpmiddel
Hiërarchische sturing
Samenwerking; Concurrentie
rivaliteit (competitie (competitie om
om kwaliteit) kosten)
Verantwoording Horizontaal via Hiërarchische Afrekenen op prestatie
intervisie procescontrole
Cliënttevredenheid
Verticaal via supervisie
(naar boven) en via
patiënten-feedback
Aanspraak op Vakinhoudelijke Juridisch en Geen: overleven op de
deskundigheid kennis en ervaring procedureel markt legitimeert je
positie
Loopbaanstreven Steeds beter worden Opklimmen Winst maken door
in je vak vergroting
marktaandeel en dus
uitbreiding bedrijf
Hoofdstuk 2 Autoriteit en mondigheid in de publieke sector
Bij de Dennendal-affaire was er een conflict over de machtsverhoudingen en omgangsvormen in
Nederland.
Paternalisme: dokters en andere hulpverleners weten beter dan patiënten wat goed voor hen is.
Volgens Carel Muller moest de maatschappij zich aanpassen aan de individuen en niet andersom.
De mens is door de moderne, technologische ontwikkelingen onmondig geworden en vervreemd
geraakt.
Muller associeerde orde voortaan met onderdrukking van spontaniteit, gevoel en echt contact.
Er is kritiek: zelfontplooiing ontaardt in zinloos geweld en brutaal gedrag tegen gezagdragers.
Zelfontplooiing ontaardt volgens Micha de Winter in grote mondigheid.
Keuzevrijheid wordt vergroot. Keuzevrijheid staat op gespannen voet met solidariteit, creëert niet
alleen vrijheid maar ook individuele verantwoordelijkheid, en verdringt vragen over de kwaliteit van
het bestaan.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller thessavb. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.89. You're not tied to anything after your purchase.