,1. De student beschrijft de kernsymptomen bij specifieke stoornissen zoals bij een VPI:
Velopharyngeale dysfunctie/insufficiëntie (VPI): er is onvoldoende sluiting van de
velopharyngeale spieren ten gevolge van;
De kernsymptomen bij een VPI:
o ontsnappende neuslucht o gemengde nasaliteit
(nasale emissie) o resonantiestoornissen
o hypernasaliteit o cul de sac resonantie: er
o hyponasaliteit komt geen lucht door de
neus.
2. De student beschrijft de kernsymptomen bij specifieke stoornissen zoals bij een schisis:
nasale afwijkingen:
De resonantiefouten door een nasale luchtstoom i.p.v. een orale luchtstroom zijn het
gevolg van een verkeerd lopende luchtstroom die vanuit de keelholte naar de neusholte
gaat i.p.v. naar de mondholte. De velofaryngeale insufficiëntie veroorzaakt deze
problemen bij de articulatie van de explosieven, fricatieven en de /l/.
o nasale emissies: er ontsnapt hoorbaar lucht door de neus bij de articulatie van
alle explosieven en fricatieven, dit kan komen door;
A = Nasolabiaal fistel
B = Anterieur oronasaal fistel
C = Poterieur oronasaal fistel
D = Varyngeale opening
o nasalisatie: bij een orale sonorant, zoals de /l/ treedt nasale resonantie op.
o nasale snurk: er treedt een velofaryngeaal wrijvingsgeluid op, dat doet denken
aan een snurk. Er verdwijnt eveneens lucht door de neus.
o nasale realisatie: het vervangen van een orale consonant door een nasale klank.
Bv. pan man
o nasale fricatief: een fricatief wordt door een nasaal wrijfgeluid vervangen; er is
sprake van turbulentie van luchtstroom in de neusholte. Bij het articuleren
kunnen faciale grimassen voorkomen.
2
, glottale afwijkingen:
De articulatiefouten door glottale realisaties zijn het gevolg van een verkeerde articulatie,
niet in het spraakkanaal (de mond-keelholte), maar in het stemkanaal (op het niveau van
de stemplooien). De velofaryngeale dysfunctie veroorzaakt deze problemen bij de
realisatie van de explosieven en de fricatieven.
o glottale realisaties: een orale explosief wordt vervangen door een glottale
explosief (/p/ door een glottisslag)
o glottale versterking: een glottale explosief wordt bijna gelijktijdig met de orale
gearticuleerd. Deze orale klank is de bedoelde klank, correct qua articulatiewijze
en articulatieplaats.
o faryngeale fricatief: het gebruiken/ aanspannen van faryngeale spieren om een
fricatief te maken.
o laryngeale fricatief: het gebruiken/ aanspannen van de stemplooien op een
fricatief te maken.
alveolaire afwijkingen:
De articulatiefouten door alveolaire afwijkingen zijn het gevolg van een afwijkende
tonghouding door de al dan niet operatief gecorrigeerde kaakwal en afwijkende dentitie.
o fronting: articulatie (inter)dentaal; naar voren in de mond. Bv. kan tan
o retractie: foutieve alveolaire plaatsing i.p.v. een dentale plaatsing; de tongpunt is
te ver naar achteren i.p.v. op de alveolairrand
o palatalisering: de alveolair wordt palataal gemaakt, waarbij het tongblad tegen
het harde gehemelte wordt gelegd; het gebruik van de tongrug i.p.v. de tongpunt
o backing: articulatie velair; naar achter in de mond. Bv. tafel kafel
o lateralisatie /s/: articulatie van de /s/ waarbij de luchtstroom lateraal over het
tongblad waaiert. Het wordt vaak een ‘l’ achtige klank = sigmatismus lateralis
o dysarthrie: spraakstoornis door beschadiging van het zenuwstelsel. Deze mensen
zijn moeilijk te verstaan; te zachte en/of te hese stem, eentonig en/of nasaal
spreken. Door de eenzijdige verlamming in het gezicht veranderd de mimiek,
ontstaat speeksel verlies en slikproblemen.
o slappe articulatie of kaakgeklemd spreken
o afwijkende prosodie
3. Articulatiestoornissen door een verminderd gehoor:
Verkeerde intonatie doordat de slechthorende de juiste articulatiewijze niet goed kan
waarnemen, waardoor deze ook verkeerd wordt aangeleerd.
afwijkingen in fricatieven en klinkers
afwijkende nasaliteit
4. De student kan de verschillende verschijningsvormen benoemen bij een algemene
articulatiestoornis:
kaakgeklemd spreken
binnensmonds spreken
slappe articulatie
retro-articulatie: klanken worden meer achterin de keel gemaakt.
stoornissen in spreektempo; te snel, te langzaam, verkeerd samenspel tijdens spreken
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maartjebuiten. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.27. You're not tied to anything after your purchase.