Seminarie 1
Vraag 1
Kellner (2000) schrijft in zijn tekst over de enorme sociale, culturele en technologische
veranderingen die aanleiding hebben gegeven tot theoretische en politieke reacties om de
situatie van die tijd te interpreteren. 2020, en meer in het algemeen het laatste decennium,
was rijk aan sociale, politieke en culturele veranderingen (BLM-protesten, Corona-19
pandemie, Donald Trump, enz.)
Welke antwoorden kunnen communicatiestudies volgens jou bieden om de huidige tijden
waarin we leven te helpen interpreteren? Spelen communicatiestudies nog een rol in de
samenleving? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke rol?
Leg je argumenten uit door concrete voorbeelden te geven.
Ja communicatiewetenschappen kunnen zeker nog een rol spelen in de samenleving en die
helpen te interpreteren. Communicatiestudies is een brede studie met als meerwaarde, haar
interdisciplinariteit. We kijken vanuit verschillende hoeken naar de media. Zo heb je bijvoorbeeld
de PE en de CS. Het is net deze interdisciplinaire aanpak dat voor nuance kan zorgen over
hedendaagse problemen zoals BLM, de pandemie, de klimaatprotesten etc.
Een voorbeeld is Fake News. Drie belangrijke concepten hierbij zijn de tot standkoming, de
verspreiding en mensen die het geloven. We moeten dus enerzijds kijken naar hoe en wie deze
produceert en met welke (ideologische) bedoelingen hierachter (PS). Anderzijds moeten we
kijken hoe het zit met mediageletterheid bij de mensen en waarom mensen fake news geloven
(CS). Een tweede voorbeeld zijn de advertenties op sociale media. Advertenties maken deel uit
van vele (online) media inkomstmodellen, hierbij komt ook vraag rond privacy aan te pas, waaruit
dan de GDPR is ontwikkeld.
Vraag 2
Hoe zijn de strijd in de wetenschappen die Kellner (2000) beschrijft verbonden met de
complexiteit waarover Colander en Kuper (2014) schrijven?
Colander en Kuper zeggen dat de maatschappij een complex en organisch systeem is met
subsystemen met elk haar eigen normen en waarden (cfr Kellner). Zo vertelt Kellner over
verschillende theorieën en de subculturen die aan bod zijn gekomen in de 20 e eeuw. Men had het
feminisme, het marxisme, seksualiteitsstudies, het postmodernisme, de globalisering, maar ook
eerder conservatieve hegemonie, enzovoort. Kellner praat ook over theory wars en fever. Na een
theory fever, waarbij men zeer enthousiast was over een nieuwe theorie, ontstond een theory
wars. Deze term houdt in dat er verschillende theorieën naast elkaar bestaan en dat ze allemaal de
‘hoofdtheorie’ willen zijn. Uit deze strijd zou er een paradigmashift voortkomen. Kellner zegt zo ook
dat de samenleving dynamisch is en altijd zal veranderen. Wat ook zo is, met de nieuwe
communicatietechnologieën. Al deze theorieën, die ik hiernet heb opgenoemd, leefden (en leven)
tegelijkertijd. Er was dus een complexe samenleving (ontstaan) en we moesten hierop kijken vanuit
verschillende visies. Hieruit is de (non-lineaire) complexiteitstheorie ontstaan die Colander en
Kuper dieper uitleggen in hun werk. Deze werd niet direct aanvaard door vroegere stromingen
(socialisme, liberalisme). Pas vanaf het postmodernisme werden grote stromingen in vraag gesteld
en kwam er plaats voor de complexiteitstheorie. Deze staat tegenover de
standaardtheorie/wetenschap die verklaart vanuit een lineair, wetenschappelijke visie. Dit kan wel
bij exacte wetenschappen, maar bij sociale wetenschappen, waarbij er complexe fenomenen en
structuren worden onderzocht, is dit niet genoeg. Hierbij moet men te werk gaan met de
complexiteitstheorie en vanuit verschillende visies kijken en ook naar andere theorieën kijken en
verbanden zoeken..
1
, Vraag 3
Plaats modernisme en postmodernisme binnen de strijd die Kellner beschrijft.
A) Hoe heeft elke denkrichting communicatiestudies beïnvloed?
B) Waar en hoe zijn de effecten van elke denkrichting nog zichtbaar in de maatschappij?
Geef duidelijke argumenten voor je antwoord met concrete voorbeelden.
A) Het modernisme is een zeer utopisch paradigma dat nog steeds een invloed heeft in onder
andere architectuur (bv platte daken: functionalistisch). Bij modernisme was rede een belangrijk
concept. Via dingen die als waar zijn aangenomen, wordt de menselijkheid verklaard. Ook
kapitalisme, industrialisering en democratisering en zijn 3 belangrijke concepten ontstaan tijdens
het modernistisch paradigma? Dit zijn 3 concepten die ook in het onderzoeksveld liggen/zijn
terecht gekomen van de communicatiewetenschappen.
Bij het postmodernisme kwam de nadruk te liggen op taal en dat er geen werkelijkheid is, dat
waarheid enkel relatief is (en er een hyperrealiteit is). Taal is (zeker bij de CS) een belangrijk
onderdeel geworden van het communicatiewetenschappelijk onderzoeksveld, omdat het deel
uitmaakt van het communicatieproces. Het is het kernconcept van de semiotiek en een concept
binnen het structuralisme. Ook gaan postmodernismen in tegen een strikte klassering, een zwart-
wit verhaal. Het einde van een dichotomisch denken. Deze manier van kijken zorgt voor een
andere en nieuwe focus binnen de communicatiewetenschapen, een veel complexere.
B) Modernisme heeft gezorgd voor democratisering en globalisering. Dit zijn vandaag de dag nog
steeds zeer belangrijke concepten aangezien we net ook door alle nieuwe technologieën nog
meer met elkaar in verbinding staan op globale schaal en dat democratie nog steeds heel
belangrijk is. Bijvoorbeeld, nu Trump de uitkomsten niet wil accepteren en valse aanmaningen
zegt over fraude, waarin andere in meegaan en duidelijk de democratie negeren en ondermijnen,
dat heeft aangetoond dat de Amerikanen voor Biden kozen.
Binnen het medialandschap zien we nog de belangrijke stromingen, oftewel de verzuiling van de
20e eeuw terug. Bijvoorbeeld bij het krantenlandschap. De kranten horen dan niet meer bij een
bepaalde politieke stroming, maar zijn wel van deze afkomstig, bv Het Nieuwsblad dat van de
katholieke zuil komt, of De Morgen van de socialistische zuil.
Bij het postmodernisme: het multiculturalisme werd en belangrijk concept binnen het
postmodernisme. Minderheidsgroepen kwamen meer en meer voor zichzelf op wat ervoor
gezorgd heeft dat ze dan meer rechten kregen. Voorbeelden van vandaag zijn de BLM-protesten,
Pride.
Het postmodernisme gaat ook in tegen de dichotomische klassering, wat we bijvoorbeeld op vlak
van gender meer en meer proberen weg te werken.
Vraag 4
Postmodernity is said to be a culture of fragmentary sensations, eclectic nostalgia,
disposable simulacra, and promiscuous superficiality, in which the traditionally valued
qualities of depth, coherence, meaning, originality, and authenticity are evacuated or
dissolved amid the random swirl of empty signals.”
― Jean Baudrillard
“Simplifying to the extreme, I define postmodern as incredulity toward metanarratives.”
― Jean-François Lyotard
A) Gebruik deze twee citaten om het postmodernistische paradigma te uitleggen.
B) Welke kritiek kun je formuleren tegen het postmodernisme in het licht van de huidige
politieke, sociale, culturele en technologische veranderingen?
A) B spreekt over simulacra, dat alles dus een imitatie is van iets, er is geen diepte meer. Hij
spreekt ook over eclectisch nostalgisme, dat er niets nieuws meer wordt gecreëerd, maar eerder
gecreëerd uit reeds bestaanden dingen. Volgens hem beïnvloeden de beelden die we in de
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller dw_vub. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.55. You're not tied to anything after your purchase.