Een compacte, overzichtelijke samenvatting van de volledige cursus. Theorie werd zowel uit de cursus als uit de powerpoints gehaald. Nummering van de titels kom overeen met de cursus voor snel opzoekwerk.
1 Scholen van de psychologie
We spraken voor het eerst over psychologie in 1879, alles daarvoor was filosofie
➔ 25 eeuwen geleden
Griekse filosofen: Socrates, Plato, Aristoteles → verkende bewustzijn en gekte
➔ Zelfde tijd
Azië: verkende bewustzijn via meditatie
Afrika: verkende persoonlijkheid en psychische stoornissen via spirituele opvattingen
➔ Middeleeuws Europa
Rooms-katholieke kerk: verkenden geest en ziel
➔ Enkele eeuwen later
→ Moderne psychologie met 6 belangrijke scholen
1.1 Medisch-biologische school: scheiding van lichaam en geest
17 eeuwse Franse filosoof René Descartes → radicaal nieuw idee → moderne psychologie
de
Moderne psychologie = scheiding tussen spirituele geest en het fysieke lichaam
400 jaar later → biologische perspectief = lichaam en geest opnieuw samenvoegen
Geest = product van hersenen
Twee standpunten:
▪ Neurowetenschap
= Wijze waarop onze ogen en hersenen lichtgolven in beelden omzetten
▪ Evolutionaire psychologie (Charles Darwin)
= onze genetische opmaak wordt gevormd door fouten uit onze genetische voorouders
1.2 Cognitieve school
Duitse wetenschapper Wilhem Wundt → de menselijke geest simplificeren zoals het Periodiek
systeem vanuit scheikunde
▪ Introspectie = Vrijwilligers beschrijven hun sensorische en emotionele reacties op
verschillende prikkels vb. prik in de hand
▪ Structuralisme = benoemen van verschillende elementen, structuren
▪ Gestaltpsychologie = groep die geloofden dat het bewustzijn meer was dan alleen structuren
was
▪ Functionalisme = Welk nut of functie heeft iets? Vb. brain imaging, persoon kijkt naar een
beeld → wat gebeurt er in de hersenen
1.3 Behavioristische school: nadruk op waarneembaar gedrag
Watson, Skinner, Pavlov, Bandura → wetenschap van het gedrag en van de meetbare
omstandigheden in de omgeving die dit gedrag beïnvloeden
Vooral aandacht voor: manier waarop ons handelen wordt gevormd door consequenties ervan
Conditioneringen = aangeleerde gedragingen
Exposure theorie → terug in contact brengen met angst in kleine stappen om angst te overwinnen
1
,1.4 Perspectieven vanuit de gehele persoon
= Whole-person perspectief → psychoanalytische theorie kon hele persoon verklaren
Freud → persoonlijkheid en psychische stoornissen onstaan uit processen in de onbewuste geest
➔ Doel van Freud: elk aspect van de geest in één theorie te verklaren
1.4.1 Psychodynamische school
= onbewuste geest (psyche) is een reservoir van energie (dynamica) voor de persoonlijkheid
Ontwikkeld als medische techniek voor de behandeling van psychische stoornissen
Eerste systeem = psychoanalyse → nadruk op analyse van dromen, versprekingen (Freudiaanse
verspreking)
Driftleer
➔ Levensdrift: behoefte om aangeraakt te worden, hebben van een band (aanraken van pen)
➔ Doodsdrift: agressie, goedheid van mens bestaat niet, religie en sociale orde om mens in
toom te houden
Oedipusconflict: 5-jarige jongen seksueel geïnteresseerd in moeder → bang van vader voor
castratie
Elektracomplex: Meisje ontdekt dat ze geen penis heeft (penisnijd)
Drift heeft een bron (psychische energie), doel (lustbevredigend) en een object (voorwerp om
drift te ontladen)
Seksuele energie:
▪ Orale fase: eerste levensjaren, geconcentreerd op de mond
▪ Anale fase: geconcentreerd op de anus
▪ Fallische fase: geslachtsorganen
▪ Latentiefase: vanaf 6 tot puberteit, rustperiode
▪ Genitale fase: geslachtsdaad
Structuur van de psyche
➔ ID = driften willen onmiddellijk ontladen, alleen in droom of fantasie, onbewust
➔ EGO = ontwikkelt uit ID door confrontatie met werkelijkheid, drift kan ontladen op bestaand
object, bewust
➔ SUPEREGO = ontwikkelt uit EGO door opvoedingsfactoren, waarden en normen, onbewust
Tussen die 3 kan spanning ontstaan
➔ ID wil driften ontladen
➔ EGO kan driften niet onmiddellijk verwezenlijken
➔ SUPEREGO remt driftontladingen
3 angstvormen:
➔ Onder ID-drift: neurotische angst, driftopwellingen van
binnenuit
➔ EGO-angst: realistische angst, gevaren uit omgeving
➔ SUPEREGO-angst: gewetensangst, schuld- en
schaamtegevoel
Hoeksteen psychoanalyse = afweer: ment wilt iets op afstand houden van het bewustzijn,
beschermen tegen angsten en spanningen
2
,1.4.2 Humanistische psychologie
Carl Rogers, Abraham Maslow → reactive op nadruk van duistere krachten van psychoanalyse,
nadruk op positieve kant namelijk onze mogelijkheden
Theorie: Opvattingen over uzelf en fysieke emotionele behoeften hebben invloed op gedachten,
emoties en handelingen
1.4.3 Psychologie van karaktertrekken en temperament
Oude Grieken → 4 vloeistoffen (humores): bloed, slijm, zwarte gal en gele gal
➔ bepaalde persoonlijkheid
Fundamentele idee van nu = verschillen tussen mensen ontstaan uit verschillen instabiele kenmerken
en neigingen die karaktertrekken en temperamenten genoemd worden
Theorie: mensen veranderen op voorspelbare wijze door invloeden van erfelijkheid en omgeving die
zich in de loop van de tijd ontplooien
▪ Cognitief: Mensen denken en handelen verschillend op verschillende momenten van hun leven
▪ Lichamelijk: De ontwikkeling is te zien in voorspelbare processen zoals groei, puberteit en
menopauze
▪ Psychologisch: de ontwikkeling van de mens is waarneembaar in het verwerven van taal, logisch
redeneren en het aannemen van verschillende rollen op verschillende momenten in het leven
1.6 Socioculturele perspectief: het individu in context
Theorie: sociale invloed staat centraal
Cultuur = complexe mix van taal, opvattingen, gewoonten, waarden en tradities
Crossculturele psychologen = wijden zich aan de immense taak de wetten van de psychologie
opnieuw te beoordelen aan de hand van andere culturele en etnische vormen
3
, 1.7 Besluit
Biologisch perspectief Behavioristisch perspectief Ontwikkelingsperspectief
➔ Zenuwstelsel ➔ Leren ➔ Veranderingen in
➔ Hormoonstelsel ➔ Beheersing gedrag psychologisch
➔ Genetica door omgeving functioneren tijdens
➔ Fysieke kenmerken ➔ Stimuli en responsen leven
maar niet op mentale ➔ Erfelijkheid en
processen omgeving
Cognitieve perspectief Whole-person perspectief Sociocultureel perspectief
➔ Mentale processen ➔ Psychodynamische ➔ Sociale invloeden op
zoals gedachten, leren, perspectief: dat zich gedrag en mentale
geheugen en perceptie richt op onbewuste processen
➔ De geest als een motivatie en ➔ Hoe individuen
computerachtige psychische stoornissen functioneren in
machine ➔ Humanistisch groepen
➔ Hoe emotie en perspectief: dat zich ➔ Culturele verschillen
motivatie gedachten toelegt op geestelijke
en perceptie gezondheid en
beïnvloeden menselijk potentieel
➔ Perspectief van
karaktertrekken en
temperament: dat
persoonskenmerken
en individuele
verschillen benadrukt
2 Conditionering en leren
Leren = relatief permanente verandering in gedrag of kennis ten gevolge van ervaringen
Komt voor in 3 vormen
➔ Klassieke conditionering
➔ Operante conditionering
➔ Observerend leren
2.1 De klassieke conditionering
2.1.1 Pavlov
→ Russische fysioloog die het zenuwstelsel en de spijsvertering onderzocht
Nobelprijs (1904):
Werking spijsverteringssappen continue registreren → daardoor nagaan hoe de secretie van
spijsverteringssappen veranderde tijdens verteringscyclus → vaststelling: veel processen worden
reflexmatig uitgelokt
Experiment:
Hond met buisje in kaak (hoeveelheid speeksel
meten) → bel rinkelen enkele seconden voor het
geven van eten → dit tiental keren herhalen →
bel rinkelen zonder eten → hond produceert
meer speeksel bij horen van de bel
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ElineStr. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.33. You're not tied to anything after your purchase.