Samenvatting Spelling, Grammatica en Argumentatie
Werkwoordspelling + schema
Bij werkwoord spelling heb je 3 soorten woorden: de persoonsvorm, infinitief of een voltooid
deelwoord(als bijvoeglijknaamwoord).
Persoonsvorm: de persoonsvorm kun je vinden door de zin vragend te maken, waarbij de
persoonsvorm vooraan komt. Of door de tijd van de zin te veranderen waarbij de persoonsvorm mee
veranderd.
Persoonsvorm in tegenwoordige tijd
Enkelvoud Stam Ik lag
Lag jij?
Stam + t Jij/u wandelt
Hij/zij/het wandelt
Meervoud Hele werkwoord Wij kopen, jullie kopen
Zij kopen
De stam van het werkwoord is de vorm die je krijgt als je het werkwoord in de tegenwoordige tijd
vervoegt met ‘ik’.
Persoonsvorm in de verleden tijd
Klinker in de stam verandert:
Sterke werkwoorden
ik/jij/hij/zij/ het sliep, wij/jullie/zij
enkelvoud + meervoud
sliepen
Hele stam verandert:
ik/jij/hij/zij/het stond, wij/jullie/zij
stonden
Stam + de(n)
Zwakke werkwoorden
ik/jij/hij/zij/het gooide,
enkelvoud + meervoud
wij/jullie/zij gooiden
Stam + te(n)
ik/jij/hij/zij/het stapte,
wij/jullie/zij stapten
Als de stam eindigt op een van de medeklinkers uit ’t kofschip of ’t fokschaap schrijf je stam + te(n).
Anders schrijf je altijd de(n)
Infinitief(onbepaalde wijs): als je werkwoord moet vervoegen ga je altijd uit van de infinitief ofwel het
hele werkwoord. In een woordenboek wordt van werkwoorden altijd de infinitief gegeven. De infinitief
eindigt bijna altijd op -en.
Voltooid deelwoord: er zijn 2 verschillende vormen van voltooid deelwoorden.
Eindigen op -en. Ze veranderen nooit, ook niet als ze bijvoeglijk gebruikt worden.
Eindigen op -d of -t. Als je ze bijvoeglijk gebruik komt er een -e achter.
, Schema waarmee je goed kunt zien welke vervoegingen of uitgangen je moet gebruiken.
Meervouden
Normale woorden
Het meervoud van een zelfstandig naamwoord vorm je door er de meervoudsuitgangen -s, ‘s, -en of -
n achter te schrijven.
De -s schrijf je er aan vast als dat geen probleem voor de uitspraak oplevert( sektes, tantes, ect). Als je
een fout bij de uitspraak kunt maken schrijf je ‘s( auto’s, piano’s, ect).
Woorden op -ie of -ee
Je schrijft -ën erbij als de klemtoon op de ie of de ee valt( feeën, genieën, ect). Je schrijft -n en een
trema erbij als de klemtoon er niet op valt( bacteriën, poriën, ect).
Woorden op -f of -s
De f wordt meestal een v en de s vaan een z. Kloven, staven, laarzen, kluizen, ect.
Latijns
Sommige woorden hebben (ook) een Latijns meervoud. Politici, medici, mediums/media,
museum/musea, ect.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Soof2020. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.79. You're not tied to anything after your purchase.