Hierbij een samenvatting van de minor Rechtsfilosofie in beeld en boek van de hogeschool Leiden.
Hoofdstuk 2. Natuurrecht en rechtspositivisme
Hoofdstuk 3. Ethiek
Hoofdstuk 4. Sociaal contract
Hoofdstuk 5. Cultuurrelativisme
Hoofdstuk 6. Vrije wil en determinisme
Hoofdstuk 7. Rechtsvinding
2 Discussie tussen natuurrecht en rechtspositivisme
2.1 Verschillende vormen van natuurrecht
Natuurrecht vanuit de Griekse kosmologische (theologische) visie
Het Griekse wereldbeeld van de klassieke oudheid vertoont gelijkenis met die van een organisme: de
delen zijn van het geheel afhankelijk en eraan ondergeschikt. De ethiek van de Griekse klassieke
oudheid is perfectionistisch: iedereen behoort te streven naar een ideaal van menselijke
volmaaktheid. Het recht dient er dan ook de mens in die richting te perfectioneren.
Plato stelt het natuurrecht tegenover conventiedenken (= ondoelmatig en chaotisch). Recht is niet
hetzelfde als het recht van de sterksten en rechtvaardigheid is niet gelijk aan de wens van een
toevallige meerderheid. Recht is volgens Plato gebaseerd op objectief geldende normen. Volgens
Plato gaat het erom dat de normen die gemaakt zijn door mensen en door hun verlangens worden
bepaald, elke vorm kunnen aannemen. Die normen voegen zich niet naar de natuurlijke orde en zijn
daarom per definitie een vorm van chaos.
Volgens Plato is alleen de elite in staat tot redelijk inzicht. De massa daarentegen is van natuurlijk
onredelijk en onvrij. De beste regeringsvorm is een absolutistische paternalistische regering van deze
elite. Plato zegt ook dat de menselijke wet behoort tot het veranderlijke, het chaotische, zonder doel
(telos) en natuurrecht tot het blijvende.
Natuurrecht vanuit de openbaring
Kerkvader Augustinus schreef dat er in de mens een ingeboren natuurlijk recht is dat alle mensen
kennen. Omdat in de christelijke opvatting de menselijke rede door God is geschapen, is in die visie
ook het daaruit voortkomende natuurrecht van goddelijke oorsprong.
Aristoteles was een heidense denker die van mening was dat het uitgangspunt van recht niet in God,
maar in de mens en de natuur ligt. Thomas van Aquino (1225-1274) was sterk door Aristoteles
beïnvloedt en wilde zijn werk verzoenen met christelijke gedachtengoed, zoals omschreven door
Augustinus. Thomas zei dat er een soort goddelijk recht was en onderscheidde drie soorten recht:
1. De eeuwige wet (lex aeterna):
Vastgesteld door de almachtige God. Hij heeft bepaald wat goed en kwaad is en dat is dan ook zo. Dit
kun je niet zelf verzinnen en God vergist zicht nooit. Dit is eeuwig durende en iedereen moet deze
kennen. Is door mensen zelf te ontdekken door te redeneren.
2. De natuurlijke wet (lex naturalis):
Dat deel van het goddelijke of eeuwige recht dat mensen, door te redeneren, uit zichzelf moet
kunnen ontdekken.
3. De menselijke wet (lex humana):
De toepassing van het natuurrecht op specifieke sociale omstandigheden (positieve recht)
Volgens Thomas was God dus de bron van het natuurrecht. De mens bepaalt niet zelf wat zijn doelen
zijn. God heeft al een bestemming van de mens vastgelegd. Het enige wat de mens kan bepalen is de
manier waarop hij daar wil komen. Het gevaar is wel dat mensen zich door driften laat leiden, zoals
een schip afhankelijk is van winden. Daarom is een stuurman noodzakelijk. In de bijbel staat ook
expliciet dat het gezag van God afkomstig is.
,Natuurrecht vanuit de rede
Hugo de Groot (1583-1645) geloofde dat mensen niet alleen verstandig, maar ook sociaal zijn. Ze
hebben een bepaalde gemeenschapsdrang. De regels die voor hen natuurlijk zijn (door de rede
opgelegd), zijn de regels die hen in staat stellen om in harmonie met elkaar te leven. Hij stelde dat de
hogere normen zo absoluut zijn, dat ze zelfs zouden bestaan en gelden indien er geen God bestond.
Hij maakte de morele standaard los van God en de kerk en sinds dien geldt Hugo de Groot als vader
van het natuurrecht (pater iuris naturae). Grotius ontwikkelde een allesomvattende theorie met
betrekking tot het internationale recht. Hij wordt ook wel gezien als de grondlegger van het huidige
volkerenrecht.
2.2 Rechtspositivisten
De theorie van Austin geeft een duidelijke en eenvoudige omschrijving van het recht: het recht
bestaat uit gedragsvoorschriften van de hoogste machthebber die deze zo nodig met sancties
afdwingt. Recht heeft volgens Austin de functie het maatschappelijk verkeer ordelijk te laten
verlopen. Mensen die van de regels afwijken, moeten door dwang en sancties tot de orde worden
geroepen.
Hart brengt enige nuancering in de bovenstaande theorie. Hart zegt dat het recht niet louter berust
op macht, omdat de positie van de hoogste juridische gezagdragers ook weer berust op juridische
bevoegdheidverlenende regels. Hart maakt een onderscheid tussen primaire en secundaire regels.
Primaire regels reguleren het gedrag van mensen en secundaire regels reguleren die toepassing en
reikwijdte van de primaire regels.
Kelsen zit meer in de hoek van Austin en probeert elk spoor van natuurrechtelijk denken uit te
bannen. Kenmerkend voor Kelsen is dat hij een zuivere rechtsleer heeft willen ontwikkelen: een
rechtsleer die gezuiverd is van allerlei niet juridische technische aspecten. Vooral ideologie en
politiek zou buiten de rechtswetenschap gehouden moeten worden.
Kelsen heeft drie grote bezwaren op de natuurrechtsleer:
1. De vermenging van Sein en Sollen (hoe het is en hoe het zou moeten zijn)
‘Wetenschap heeft te maken met hoe het is en niet met hoe het zou moeten zijn.’ Uit de natuur als
geheel van feitelijke verhoudingen kan nooit een norm worden afgeleid. Wie in feiten normen meent
te herkennen, in de werkelijkheid waarden meent te kunnen ontwaren, bedriegt zichzelf.
Je moet beschrijven hoe het nu is en niet hoe het zou moeten zijn in een ideale wereld, want daar
zijn we niet.
2. Het natuurrecht bestaat uit lege formules
De natuurrecht aanhanger blijkt niet in staat criteria aan te reiken die kunnen helpen het positieve
recht op zijn rechtvaardigheidsgehalte te toetsen. Volgens Kelsen produceert de natuurrechtsleer
slechts inhoudsloze frasen. Zo leert de natuurrechtsleer dat rechtvaardigheid is dat ieder het zijne
krijgt. Alleen is deze formule volledig inhoudsloos zolang onbeslist blijft waaruit dat “zijne” bestaat.
“ieder het zijne” als definitie van de gerechtigheid is dus volledig zonder betekenis.
3. Waardeoordelen als uitingen van gevoelens (en dus geen redelijke argumentatie)
Natuurrechtsleer zou alleen maar gaan om subjectieve uitingen van gevoelens, waarvoor geen
enkele redelijke argumentatie te geven is. Het antwoord op vragen als belangenconflicten is telkens
een oordeel dat bepaald is door emotionele factoren en daarmee hoogst persoonlijk. Kortom: de
natuurrechtsleer kan haar pretentie tot het vinden van bovenwillekeurige beginselen niet
waarmaken: waardeoordelen zijn immers subjectief en als uitingen van gevoelens niet redelijk te
rechtvaardigen.
, 2.3 Cultuurrechtelijk perspectief
Voor een middenweg tussen de natuurrechtsleer en rechtspositivisme is er het meer bescheiden
natuurrechtelijk denken van Perelman (1912-1984). Hij noemt het nullem crimen sine lege-principe:
geen feit is strafbaar zonder een daartoe strekkende wettelijke bepaling (oftewel het
legaliteitbeginsel) en het audiatur et altera pars-beginsel: hoor en wederhoor.
Cultuurrecht is het geheel van rechtsbeginselen, grondrechten en mensenrechten waarover wij in de
Westerse samenleving een zekere mate van consensus hebben kunnen bereiken. Ook Dworkin heeft
een soort derde rechtstheorie. Deze theorie ziet weer een noodzakelijk verband tussen recht en
moraal, maar valt niet terug op een metafysisch natuurrecht. Volgens Dworkin moet de rechter het
recht interpreteren vanuit de liberale beginselen van vrijheid, gelijkheid en broederschap.
Wat is recht? Ordening van en normering die bestemd is de gerechtigheid te dienen.
3 Discussie tussen verschillende vormen van ethiek
3.1 Ethiek: descriptieve en normatieve ethiek
Ethiek kun je omschrijven als
- De reflectie op onze moraal, op de normen en waarden (wat is goed en kwaad?)
- Waaraan wij onszelf en anderen in redelijkheid houden
- Bij de poging om ordening aan te brengen in het maatschappelijk verkeer
Moraal wordt hierbij gezien als heet geheel van normen en waarden, dat weergeeft wat wij zien als
goed en verantwoord gedrag tegenover kwaad en onverantwoord gedrag
Waarden zijn het geringst in aantal en het meest duurzaam en
universeel geldig. In de piramide is een afnemende mate van
universele geldigheid en een toenemende mate van veranderlijkheid
Waarden
Normen
Regels
Descriptieve en normatieve ethiek
Descriptieve ethiek is ook wel beschrijvende ethiek; het handelen van mensen observeren en dit
beschrijven. Op basis van descriptieve ethiek zeg he alleen iets over hoe het is. Normatieve ethiek
gaat over hoe zou de ethiek moeten zijn. Hoe zouden mensen moeten handelen? Welke normen en
waarden zouden er moeten gelden?
3.2 Deugdethiek van Plato en Aristoteles
Socrates zei dat er wel moraal was in de stadstaat. Dit beargumenteerde hij door te stellen dat de
normen van het recht en het goede niet het product zijn van onderlinge afspraken, maar zonder
meer geldig zijn.
Socrates zag zelfkennis als een voorwaarde voor een goed en gelukkig leven. Kennis over mensen
prevaleerde boven kennis over de wereld om je heen. Binnen deze kennis over mensen was
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ambermulders. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.42. You're not tied to anything after your purchase.