Alle Vakken, Periode 1.1 Samenvatting Fontys Paramedische Hogeschool Eindhoven
All documents for this subject (5)
Seller
Follow
evaaaaaa
Reviews received
Content preview
Vragen :
WEEK 1 :
Wat is het biopsychosociaal model:
een uitbreiding van een biomedisch model over het menselijk functioneren, waarin niet alleen
aandacht is voor biomedische aspecten, maar ook voor psychologische en sociale factoren die mede
bepalend zijn voor ziekte en het genezingsproces
Uit welke 3 componenten bestaat het biopsychosociaal model uit:
Biologische, psychologische, sociale factoren
Wat verstaan we onder Biomedische:
de natuurwetenschap dat bestudeert het leven, en het leven organismen
Wat verstaan we onder Psychologie:
is de wetenschap van het gedrag en de geest, voorbeelden :
o.a. gedachten, emoties en gedrag
Wat verstaan we onder Sociale:
Alle groepen en personen die invloed hebben op het gedrag van een persoon
Wat is de definitie van gezondheid:
een toestand van volledig fysiek, geestelijk en sociaal welbevinden
Wat zijn de verschillende gebieden in het ICF model?
Functies/anatomische eigenschappen, activiteiten, participatie, externe factoren, persoonlijke
factoren
Onder welk gebied valt lopen in het ICF model?
Activiteiten
Onder welk gebied valt ‘zeer ongeduldig’ in het ICF model?
Persoonlijke factor
Welke factoren kan je inplaatsen in het ICF model onder anatomische eigenschappen?
fysiologische en mentale functies (werking en functie) / bouw van het lichaam. // stoornis in of
verlies van…. Afwijkingen aan…. KLUS
Welke factoren kan je inplaatsen in het ICF model onder activiteiten?
menselijk handelen, activiteit in het dagelijks leven, in staat om beslissingen te nemen// beperkingen
in vermogen tot…
Welke factoren kan je inplaatsen in het ICF model onder participaties?
Participaties = is in staat om deel te nemen in het dagelijks leven// moeite met uitvoer van..
Welke factoren kan je inplaatsen in het ICF model onder externe factoren?
factoren buiten het individu, - Familielid met dezelfde klachten - Druk van werkgever
,Welke factoren kan je inplaatsen in het ICF model onder persoonlijke factoren?
leeftijd, opvoeding, achtergrond, angst
Hoe noemen we in Latijn de voor- en achterzijde? Noem er twee voor de voorzijde, en noem er twee
voor de achterzijde:
Achterzijde: - Posterior - Dorsaal ….. Voorzijde – Ventraal – Anterior
Wat is craniaal en caudaal?:
Craniaal = richting het hoofd, hoger…. Caudaal = naar beneden, lager
Wat is superior en inferior :
Superior = boven of hoger dan een ander deel….Inferior = onder of lager dan een ander deel
Wat is in het latijn als iets hoger ligt dan een ander deel?
Superior
Wat is in het latijn als iets lager ligt dan een ander deel?
Inferior
Wat is mediaal en lateraal?
Mediaal = de plaatsaanduiding van een lichaamsonderdeel aan de binnenzijde……Lateraal = de
plaatsaanduiding van een lichaamsonderdeel aan de buitenzijde
Wat is de plaatsaanduiding van een lichaamsonderdeel aan de binnenzijde?
Mediaal
Wat is de plaatsaanduiding van een lichaamsonderdeel aan de buitenzijde?
Lateraal
Wat is proximaal en distaal?
Proximaal = de plaatsaanduiding van een lichaamsonderdeel dat dichter bij het romp van het lichaam
ligt dan een ander lichaamsdeel
Distaal = de plaatsaanduiding van een lichaamsonderdeel dat verder van het romp van het lichaam
ligt dan een ander lichaamsdeel
Wat is de plaatsaanduiding van een lichaamsonderdeel dat dichter bij het romp van het lichaam ligt
dan een ander lichaamsdeel?
Proximaal
Wat is de plaatsaanduiding van een lichaamsonderdeel dat verder van het romp van het lichaam ligt
dan een ander lichaamsdeel?
Distaal
Wat is superficiaal en profundus?
Superficiaal = bij het lichaamsoppervlak (oppervlakkig)……Profundus = verder van het
lichaamsoppervlak (diep)
Wat is in het latijn bij het lichaamsoppervlak (oppervlakkig)
Superficiaal
Wat is in het latijn verder van het lichaamsoppervlak (diep)
Profundus
,Wat is ipsilateraal en contralateraal :
Ipsilateraal = de plaatsaanduiding van een lichaamsonderdeel dat aan dezelfde kant ligt ten opzichte
van het lichaamsmediaan
Contralateraal = de plaatsaanduiding van een lichaamsonderdeel dat aan de andere kant ligt ten
opzichte van het mediaan
Wat is de plaatsaanduiding van een lichaamsonderdeel dat aan dezelfde kant ligt ten opzichte van
het lichaamsmediaan?
Ipsilateraal
Wat is de plaatsaanduiding van een lichaamsonderdeel dat aan de andere kant ligt ten opzichte van
het mediaan:
Contralateraal
Om welke as en vlak hoort Flexie/Extensie?
Transversale as / sagittale vlak
Om welke as en vlak hoort Abductie/Adductie?
Sagittale as / frontale vlak
Om welke as en vlak hoort Endorotatie/Exorotatie?
Longitudinale as / transversale vlak
Welke as/lijn gaat van links naar rechts door je lichaam?
Transversale as
Welk vak verdeelt je lichaam in een boven en onderkant?
Transversale vlak
Welke as/lijn gaat van voor naar achter door je lichaam?
Sagitale as
Welk vak verdeelt je lichaam in een linker en rechter kant?
Sagitale vlak
Welke as/lijn gaat van boven naar beneden in je lichaam?
Longitudinale as
Welke vak verdeelt je lichaam in een voor en achter kant?
Frontale vlak
Wat is de definitie van inspectie in rust?
Het visueel waarnemen van afwijkingen aan de stand, vorm en huid van het lichaam volgens een
bepaald schema, waarna deze afwijkingen in verband worden gebracht met de klachten van de
cliënt.
Welke methodiek hanteer je tijdens je inspectie?
- Gewoontehouding > gecorrigeerde houding - Algemeen > totaal > lokaal - Dorsaal > ventraal >
lateraal - Caudaal > craniaal - Stand > vorm > huid
, Waar let je op tijdens de algemene indruk?
Gewoontehouding - Fysiologische leeftijd – kalenderleeftijd - Lichaamsbouw volgens Kretschmer -
Voedingstoestand - Prothesen / orthesen / hulpmiddelen - Psychische gesteldheid
Welke methodiek hanteer je tijdens je lokale inspectie?
Gecorrigeerde houding - Caudaal > craniaal - Dorsaal > ventraal > lateraal - Stand > vorm > huid
Homeostase = + voorbeeld
een handhaving, de staat waarin je lichaam zich probeert te handhaven
Voorbeeld : lichaamstemperatuur, bloeddruk of hartslag van je lichaam.
Dit evenwicht blijft stabiel ondanks invloeden vanuit de omgeving
Fysiologie:
Wetenschap die de processen en mechanismen van de levensverrichtingen onderzoekt:
Het metabolisme, bewegingsmechanismen, hormonale werking, prikkelopvangst en –geleiding.
Fysiologie is de leer van de activiteiten in het lichaam van levende organismen. De fysiologie houdt
zich bezig met de werking (functie) van de organen. Het gaat er dus niet om ziekelijke veranderingen
in het organisme te leren kennen, juist de normale en gezonde werking van de menselijke organen
wordt bestudeerd.
Omschrijf de definitie van kinesiologie (bewegingsleer) :
De kinesiologie (bewegingsleer) beschrijft de motoriek van het menselijk lichaam op basis van
biomechanische, anatomische en fysiologische eigenschappen.
Kinesiologie richt zich op de energie in het lichaam, het lichaam zelf, onze voeding en onze emoties
Waarom wordt menselijk bewegen systematisch beschreven in termen van vlakken, assen, richtingen
en spiercontracties?:
Op deze manier is intercollegiale communicatie mogelijk en kunnen we klinisch redeneren
ontwikkelen
Hoe verklaar je een toename van CO2 bij verhoogde inspanning? Kun je deze veranderingen
beschrijven vanuit het concept van negatieve feedback als onderdeel van de homeostase
regulering?:
Tijdens fysieke inspanning stijgt het gebruik van zuurstof en ontstaat er een lichte daling van
zuurstof concentratie in het bloed. Tegelijk is er een toename van CO2 en CO2 concentratie in het
bloed door de verhoogde spieractiviteit en verbranding.
Negatieve feedback is een regelkring waarbij met behulp van sensoren, een regelstation en bepaalde
effectoren bepaalde waardes constant gehouden kunnen worden.
Rode vlag :
Tekenen van ernstige pathologie -> recent trauma en nachtelijke pijn
Gele vlag:
Overtuigingen en percepties, emotionele reacties en gedragingen tav pijn -> Bewegingsangst, coping
Oranje vlag:
Psychiatrische symptomen -> Klinische depressie, persoonlijkheidsstoornissen
Zwarte vlag:
Systeem obstakels -> Conflict met de verzekeraar over schadevergoeding, te beschermende familie
en zorgverleners
Blauwe vlag:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller evaaaaaa. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.66. You're not tied to anything after your purchase.